Leerdoelen Kennis Taal & Spraak Blok B
De student benoemt mogelijke oorzaken van een afwijkende taalontwikkeling en verwoordt de invloed
van de stoornis op de taalontwikkeling (Welle-Donker, 2000):
Een afwijkende taalontwikkeling kan ontstaan door verschillende factoren namelijk:
- Slechthorendheid: De taal wordt dan niet goed of niet gehoord en dan kan je je dus ook niet goed
ontwikkelen en dan kan je een afwijkende taalontwikkeling krijgen. Het kan bepaalde klanken dan
niet goed waarnemen.(auditieve stoornis)
- Afwijkingen in bouw of bewegingsmogelijkheden van de spraakorganen: Bijvoorbeeld een
afwijking in de stembanden waardoor iemand niet goed kan praten.
- Neurologische (ontwikkelings)stoornissen: De normale ontwikkeling van een kind wordt
belemmert. Het kan bijvoorbeeld gaan om leerstoornissen, maar ook om problemen met spraak en
de zintuigen.
- Sterk onvoldoende omgevingsfactoren, deprivatie: Wanneer een kind opgroeit in een omgeving
met weinig stimulatie van taal dan ontwikkelt het de taal ook minder. Kinderen leren taal doordat
ouders en anderen praten, voorlezen of zingen.
- Algemene leermogelijkheden: Als een kind minder dan gemiddeld intelligent is, zal de ontwikkeling
van het spreken langzamer gaan dan bij anderen. De taalproductie zal dan veel fouten bevatten. De
inhoud van taal is lastig net als een moeilijk verhaal. Ze gaan van de hak op de tak en vertellen geen
relaties.
- Gedragsstoornis, o.a. autisme, pdd-nos, ADHD: Wat de ontwikkeling van het spreken belemmert.
- Extreem slechte lichamelijk condities: Wat de ontwikkeling van het spreken belemmert.
De student legt de begrippen rondom verschillende taalontwikkelingsstoornissen uit (Van den Dungen,
1998, Goorhuis-Brouwer, 2010, DSM V):
- Niet op zichzelf staande taalontwikkelingsstoornissen (niet- specifieke TOS): Een stoornis in het
kind die te maken heeft met andere (taal)stoornissen of dingen.
Auditieve stoornis (slechthorendheid, doofheid):
Blijvende
taalontwikkelingsstoornissen
Lichte gehoorverliezen, hebben invloed op de taalontwikkeling, m.n. de expressieve
Verstandelijke beperking: verstandelijke vermogens zich niet met de normale snelheid
ontwikkelen en meestal een gemiddeld niveau niet zullen bereiken.
Contactstoornis (autisme)/psychiatrische problematiek
Lichamelijke beperking, waaronder afwijkingen aan spraakorganen en neuromotorische
stoornissen.
Sociale deprivatie of ongunstige taalaanbodsituaties in de eerste levensjaren: waardoor er
minder taalaanbod is en het dus ook minder goed is ontwikkeld.
Syndromen, bijvoorbeeld Down
- Op zichzelf staande taalontwikkelingsstoornissen (specifieke TOS): Zit in het kind. Er zijn geen
andere beperkingen.
Het kind heeft dus een gemiddeld IQ. Geen gehoorverlies, geen duidelijke neurologische
stoornis, geen contactstoornis, geen deprivatie of ongunstige taalaanbodsituaties.
In het Engels SLI genoemd: Specific Language Impairment. In het speciaal onderwijs wordt
het ESM genoemd: Ernstige Spraak-/Taalmoeilijkheden. Het wordt soms ook een
, dysfatische ontwikkeling genoemd. Bij de dysfatische ontwikkeling is het begrip van de taal
hoger van niveau dan de eigen taal expressie. Er zijn vaak problemen met de vloeiendheid.
Uitsluitingsdiagnose: Als taalproblemen zijn, maar geen sensorische, cognitieve,
neurologische of emotionele problemen, dan is het een Specifieke
Taalontwikkelingsstoornis.
Kenmerken Specifieke TOS: vertraagde ontwikkeling, afwijkende ontwikkeling (taalvorm,
taalinhoud, taalgebruik). Gaat soms samen met een spraakontwikkelingsstoornis.
Kenmerken verschillen per kind.
Kind van 3 jaar: niet of nauwelijks spreken
3 tot 6 jaar: voornamelijk twee- en meerwoorduitingen. Moeite met spreken buiten het
heir en nu.
Boven de 6 jaar: Heel ongrammaticale zinnen. Moeite met het vertellen van verhalen en
samenhang.
Oudere kinderen: Woordenschat blijft achter. Grammaticale problemen. Sociale
taalvaardigheid is beperkt. Moeite met verklaringen en definities.
Let op! Kenmerken veranderen met de tijd!
- Primaire en secundaire taalontwikkelingsstoornissen:
Primair: Op zichzelf staand. Kinderen die alleen een probleem hebben in de taalontwikkeling
zonder een andere stoornis.
Secundair: Niet op zichzelf staand. Het is in je omgeving. De taalontwikkeling loopt achter als
gevolg van een andere stoornis, zoals autisme of een verstandelijke handicap.
- Semantisch-pragmatische stoornis & Pragmatic Language Impairment (PLI): De zinsopbouw is
verstoord. De verhaalopbouw raakt dan verstoord. Hierdoor verloopt de communicatie stroef en
ontstaat er een pragmatisch probleem. (Wat bedoelt de spreker te zeggen en rekening houden met
de gesprekspartner) PLI wordt vaak gekoppeld aan autisme of sydroom van Asperger.
Woordvindingsproblemen: problemen met het vinden van een woord. het bedoelde woord
is wel in het lexicon aanwezig en wordt niet gevonden.
- Taalachterstand: Achterstand in de beheersing van de taal, veroorzaakt door een stoornis bij het
kind, door onvoldoende taalaanbod uit de omgeving of een combinatie van beide.
- Blootstellingsachterstand: Een taalachterstand door onvoldoende blootstelling aan de eerste taal
van een kind wordt een blootstellingsachterstand genoemd. Met de eerste taal wordt de meest
gesproken taal bedoeld.
De student beschrijft de volgende begrippen over de Taalstandaard
- Doelgroep: Kinderen van 1;6 tot 4;0 jaar.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper studenthu03. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.