7
SEPTEMBER 2022
3Z.1.1 ONDERSTEUNINGSPLAN
INDY ESSELMAN (660215), KLAS LCZ1
HOGESCHOOL INHOLLAND, ALKMAAR
,Inhoudsopgave
Inleiding............................................................................................................................................2
H.1 Theoretisch kader.......................................................................................................................3
1.1 Herstelondersteunende zorg........................................................................................................3
1.2 Rehabilitatie..................................................................................................................................3
1.3 Triple-C.........................................................................................................................................3
1.4 Individuele Rehabilitatiebenadering (IRB)....................................................................................3
H.2 Analyse persoon en omgeving.....................................................................................................4
2.1 Wonen en zelfzorg........................................................................................................................4
2.2 Werken, dagbesteding en vrije tijd...............................................................................................4
2.3 Opleiding en leren........................................................................................................................5
2.4 Sociale en familiecontacten..........................................................................................................5
2.5 Relevante elementen uit de analyse.............................................................................................5
H.3 Verantwoording en onderbouwing.............................................................................................6
H.4 Ondersteuningsplan....................................................................................................................7
H.5 Ethische vraagstukken.................................................................................................................9
Bibliografie......................................................................................................................................12
Bijlagen............................................................................................................................................13
Bijlage A: Verdere uitleg van het Triple-C Behandelhuis...................................................................13
Bijlage B: Casus Daniel......................................................................................................................15
Bijlage C: Ingevuld ecogram Daniel...................................................................................................17
1
,Inleiding
Voor u ligt mijn uitwerking van de toets 3Z.1.1 Ondersteuningsplan. Deze toets is uitgevoerd in
opdracht van de opleiding Social Work aan de Hogeschool Inholland te Alkmaar door studente Indy
Esselman (660215) uit klas LCZ1. In dit verslag leest u de vijf uitgewerkte deelproducten die samen de
uitwerking vormen van het door de student gemaakte ondersteuningsplan.
2
,H.1 Theoretisch kader
Voordat we naar de casus kijken, is het van belang om ons te verdiepen in herstelondersteunend
werk. Want wat is herstel? Herstel is een persoonlijk proces waarbij iemand (opnieuw) moet leren
leven met een lichamelijke of psychische kwetsbaarheid (Korevaar & Dröes, 2016). Hieronder
omschrijf ik verschillende vormen en methodieken van herstelondersteunend werk.
1.1 Herstelondersteunende zorg
In het proces van herstel kan een cliënt ondersteund worden door de eigen omgeving. Dit wordt ook
wel herstelondersteuning genoemd. Het streven is dat deze ondersteuning plaatsvindt buiten de
zorg. Zodra een cliënt wordt ondersteund vanuit de zorg wordt dit herstelondersteunende zorg
genoemd. Een hulpverlener kan dan ondersteuning bieden bij het herstelproces aan de hand van de
hieronder omschreven methodieken. Maar omdat herstel een persoonlijk proces is, is ook hierbij het
streven om zo min mogelijk professionele hulp in te zetten (Korevaar & Dröes, 2016).
1.2 Rehabilitatie
Rehabilitatie is een hulpverleningsvorm dat dient als een zogenoemde overkoepeling voor de andere,
onderstaande methodieken. Rehabilitatie richt zich op het ondersteunen van mensen met ernstige,
langdurige beperkingen en participatieproblemen bij het herstel van het dagelijks functioneren en
rolfunctioneren. Hulpverleners kunnen deze ondersteuning bieden aan de hand van de vier fasen van
doelverwerkelijking, namelijk verkennen, kiezen, verkrijgen en behouden. De twee doelen waar
rehabilitatie zich op focust zijn participatiedoelen en activiteitendoelen. Participatiedoelen betreft
het vervullen van rollen, zoals de rol van een moeder of partner. En activiteitendoelen richten zich op
het weer kunnen uitvoeren van (dagelijkse) activiteiten, zoals boodschappen doen. Het uitgangspunt
van rehabilitatie is dat de cliënt zijn beperkingen en participatieproblemen overwint. Hulpverleners
kunnen cliënten hierin ondersteunen door samen doelen te realiseren. En door samen te kijken naar
de mogelijkheden en capaciteiten van de cliënt om deze doelen te verwezenlijken (Korevaar & Dröes,
2016). Hieronder ligt ik twee methodieken toe die voortvloeien uit deze rehabilitatiebenadering.
1.3 Triple-C
Triple-C is een behandelmodel dat zich richt op mensen met een (verstandelijke) beperking met
daarnaast gedragsproblemen of psychische problemen. Het uitgangspunt van dit model is dat
mensen met een verstandelijke beperking ook het gewone leven kunnen ervaren, net zoals ieder
ander mens. Dat betekend dat ze bijvoorbeeld ergens kunnen wonen, een dagbesteding hebben,
sociale contacten hebben, etc. (Van Wouwe & Van de Weerd, 2021). Triple-C staat voor cliënt, coach
en competentie. De samenwerking tussen een cliënt en zijn coach (hulpverlener) draagt bij aan
gewone leven kunnen ervaren. Want door deze samenwerking wordt een vertrouwensrelatie
opgebouwd en worden competenties versterkt. Hulpverleners kunnen cliënten ondersteunen door
gebruik te maken van het Triple-C Behandelhuis. De focus van dit Behandelhuis ligt op de menselijke
behoeften van de cliënt, in plaats van op het probleemgedrag. Door de focus daarop te leggen krijgt
de cliënt meer vertrouwen in zichzelf, anderen en de omgeving (Triple-C, z.d.). Zie Bijlage A voor een
verdere uitleg van het Triple-C Behandelhuis.
1.4 Individuele Rehabilitatiebenadering (IRB)
De Individuele Rehabilitatie Benadering (IRB) richt zich op het ondersteunen van de eigen wensen
en doelen van cliënten met een psychische beperking. Het uitgangspunt van de IRB is het kunnen
versterken van de eigen kracht door het inzetten van de eigen vaardigheden en hulpbronnen
(Korevaar & Dröes, 2016). De wensen en doelen waar cliënten aan willen werken hebben meestal
betrekking op de gebieden wonen, werken, leren, dagbesteding, vrije tijd en sociale contacten. Een
hulpverlener kan een cliënt hierin ondersteunen door samen een doel op te stellen. Vervolgens
3
, wordt er stap voor stap aan dit doel gewerkt aan de hand van de vier fasen van doelverwerkelijking,
namelijk verkennen, kiezen, verkrijgen en behouden (R92, z.d.).
H.2 Analyse persoon en omgeving
Zie Bijlage B voor de casus van Daniel. Om inzicht te krijgen in de leefwereld van Daniel breng ik in
dit hoofdstuk beïnvloedende factoren binnen zijn leefwereld in kaart. Hiervoor zoomen we in op
verschillende leefgebieden. De leefgebieden waar Rehabilitatie zich in de praktijk op richt zijn:
Wonen en zelfzorg.
Werken, dagbesteding en vrije tijd.
Opleiding en leren.
Sociale en familiecontacten (Korevaar & Droës, 2016).
2.1 Wonen en zelfzorg
Daniel is een Amerikaanse 29-jarige man. Hij woont samen met zes andere cliënten intramuraal bij
de Raphaelstichting in Haarlem. Daniel woont daar omdat hij een licht verstandelijke beperking en
een stoornis binnen het autistisch spectrum heeft. Daarnaast is zijn sociaal-emotionele leeftijd 9
maanden. Op de afdeling waar hij woont wordt antroposofische zorg aangeboden. De begeleiding
die Daniel ontvangt is vooral gericht op het structureren van zijn dag door middel van pictogrammen.
Ontspanning is voor Daniel belangrijk in het dagelijks leven. Opbouwende spanning zorgt namelijk in
veel gevallen bij Daniel voor zelfbeschadiging. Hij bekrast dan zijn polsen. Daniel krijgt hiervoor een
lage dosis paroxetine in combinatie met homeopathische middelen voorgeschreven. Verder staat
Daniel onder curatele. Zijn moeder is zijn curator en beheert ook zijn financiën.
Het wonen bij de Raphaelstichting zie ik als een kracht binnen de positieve gezondheid van Daniel.
Met positieve gezondheid spreek ik over de benadering van Huber. Huber heeft een benadering
ontwikkeld dat een bredere kijk geeft op de gezondheid van mensen aan de hand van zes pijlers (Van
Iersel & Van Wijngaarden-de Bodt, 2018). Ik heb ervoor gekozen om deze benadering te gebruiken
omdat deze veelzijdig en overzichtelijk is. Wonen bij de stichting heeft invloed op de pijler kwaliteit
van leven. Onder deze pijler verstaan we onder andere hoe je woont (Hordijk & Van Genugten,
2021). Bij de Raphaelstichting wordt antroposofische zorg aangeboden. Dat houdt in dat de zorg zich
voornamelijk richt op het vinden en benutten van ontwikkelingsmogelijkheden (Raphaelstichting,
z.d.). Deze zorg sluit aan op de behoeften van Daniel.
Zelfbeschadiging zie ik als een klacht voor Daniel. Dit heeft invloed op de pijlers lichaamsfuncties en
mentaal welbevinden. Lichaamsfuncties gaat onder andere over je gezond voelen en klachten en
pijn. Onder mentaal welbevinden verstaan we onder andere omgaan met veranderingen en een
gevoel van controle (Hordijk & Van Genugten, 2021). Regelmatig spanningen ervaren kan ongezond
zijn. Zelf vind ik de copingstrategie van Daniel erg ongezond. Doordat hij moeite heeft met
veranderende structuren kan ik mij voorstellen dat hij daardoor een gevoel van controle mist, wat
kan lijden tot zelfbeschadiging. Maar hierdoor ervaart Daniel alleen maar meer klachten en pijn.
2.2 Werken, dagbesteding en vrije tijd
Daniel werkt bij de tuinwerkplaats. Op zijn werk kan hij grotendeels zelfstandig zijn taken uitvoeren.
Het kunnen uitoefenen van werk zie ik als een kracht van Daniel. Kunnen werken komt terug in de
pijler dagelijks functioneren (Hordijk & Van Genugten, 2021) waar zijn huidige werk invloed op heeft.
In zijn vrije tijd zou Daniel graag meer willen bewegen en buiten zijn. Dit zorgt voor ontspanning. Zijn
wens is om te gaan zwemmen of basketballen. Maar om deze nieuwe activiteiten op te zetten is
extra begeleiding nodig. De behoefte om meer te willen bewegen en buiten zijn zie ik als een kracht
van Daniel. Zijn behoefte heeft invloed op de pijler zingeving. Onder zingeving verstaan we onder
andere een zinvol leven leiden, idealen willen bereiken en blijven leren (Hordijk & Van Genugten,
4