100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting - Cytologie €5,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting - Cytologie

1 beoordeling
 48 keer bekeken  1 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Samenvatting - Cytologie met afbeeldingen

Voorbeeld 4 van de 45  pagina's

  • 31 mei 2023
  • 45
  • 2021/2022
  • Samenvatting

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: alessandroalessi • 6 maanden geleden

avatar-seller
Samenvatting cytologie
Inhoud
1. Inleiding ............................................................................................................................................... 2
2. Celorganellen....................................................................................................................................... 2
2.1 Mitochondria ................................................................................................................................. 2
2.2 Ribosomen ..................................................................................................................................... 5
2.3 Endoplasmatisch reticulum ........................................................................................................... 6
2.4 Golgicomplex ................................................................................................................................. 7
2.5 Lysosomen ..................................................................................................................................... 8
2.6 Peroxisomen ................................................................................................................................ 10
2.7 Endocytose .................................................................................................................................. 12
3. Nucleus en nucleolus ......................................................................................................................... 14
3.1 Nucleus (kern) ............................................................................................................................. 14
3.2 Transport van cytosol naar nucleus en vice versa ....................................................................... 16
3.3 Aanwezigheid van genetisch materiaal in de kern ...................................................................... 16
3.4 Nucleolus (kernlichaampje) ......................................................................................................... 18
4. Celcyclus ............................................................................................................................................ 19
5. Cytoskelet .......................................................................................................................................... 25
5.1 Microtubuli .................................................................................................................................. 25
5.1.1 Centriolen ............................................................................................................................. 27
5.1.2 Cilia en flagellen ................................................................................................................... 28
5.2 Microfilamenten .......................................................................................................................... 28
5.3 Intermediaire filamenten ............................................................................................................ 29
5.6 Basale membraan ........................................................................................................................ 30
6. Celjuncties en adhesiemoleculen ...................................................................................................... 32
6.1 Celjuncties ................................................................................................................................... 33
6.1.1 Occludensverbindingen ........................................................................................................ 34
6.1.2 Hechtingsverbindingen......................................................................................................... 35
6.1.3 Communicatieverbindingen ................................................................................................. 38
6.2 Adhesiemoleculen ....................................................................................................................... 39
7. Celdood: apoptose – necrose ............................................................................................................ 41
7.1 Apoptose ..................................................................................................................................... 41
7.2 Necrose........................................................................................................................................ 44
7.3 Telomeren en telomerase ........................................................................................................... 44


1

, 7.3.1 Telomeren ............................................................................................................................ 44



1. Inleiding
EXAMEN:

• Schriftelijk
• 3 onderdelen:
o Multiple choice (20 vragen) + giscorrectie
o Open vragen → zie op voorhand lijst op BB!
▪ Enkel verbeterd als je voor de 2 andere delen minstens een 8/20 hebt
o Practicum → bevraagd a.d.h.v. foto’s van preparaten (50%)
• Finale cijfer: geen mathematisch gemiddelde (zie uitleg studiegids)
• Geen partiële vrijstellingen gegeven
• Goed handboek: Histology and cell biology Kierszenbaum
• Zelfstudie: mitose & meiose

Opm.: op USB stick → MC examen, maar in realiteit moeilijker dan het echte examen.

2. Celorganellen
2.1 Mitochondria
Voorkomen

• In alle eukaryote cellen → zeer frequent voorkomende organellen
• Kunnen tot 2/5e van cytoplasmavolume innemen (heel groot deel van cytoplasma volume)
• Eivormige of langgerekte structuren
o Soms vertakt
o Kunnen ook groter worden indien nodig (giant mitochondria in cellen onder stress,
vb. in levercel bij chronische alcoholiekers)
• Zeer heterogene verdeling over het cytoplasma bij verschillende celtypes
o Vaak ophoping in gebieden waar veel energie verbruikt wordt
o Vb. bepaalde epitheelcellen → t.h.v. actieve stromen van nutriciënten (vb. niercellen:
uitfilteren van stoffen uit urine) → stoffen moeten actief uit de cel gepompt worden
= vraag heel veel energie → zwaartepunt ligt basaal → mitochondriën liggen ook
basaal/onderaan de cel
• Aantal mitochondriën = dynamisch → afhankelijk van energiebehoeften van de cel
o Kunnen splitsen en fusioneren
• Algemeen: plaats, aantal, volume = allemaal dynamisch ̴ energiebehoeften

Opbouw

• Dubbele membraan




2

, o Buiten membraan = glad
▪ Heel permeabel (vnl.
morfologische functie)
▪ Omgeeft het ganse
mitochondrion → geeft finale
vorm
▪ TOM complex = transporter
outer membrane
• = kanaalvormige
eiwitten
• Nodig om eiwitten die gemaakt worden buiten de mitochondria naar
binnen te brengen
• HOE? → a.d.h.v. presequence/label = korte sequentie die specifiek
herkent wordt door het complex
• Opm.: eiwitten in cel → kunnen veel reacties ondergaan DUS
begeleidt door een chaperon om het eiwit af te
schermen/camoufleren (vb. Hsp60 → vouwt eiwitten).
o Intermembranaire ruimte
o Binnen membraan
▪ Sterk geplooid → cristae mitochondriales
▪ Helemaal niet goed doorgankelijkheid
▪ Regelen van deze doorgankelijkheid → geeft mitochondriën de mogelijkheid
om hun werk te doen
• TIM complex (analoog aan TOM-complex)
▪ Vb. krebscyclus: creëert gradiënt over het mitochondriale binnenmembraan
→ gebruikt om ATPase aan te drijven
• Mogelijk dankzij integriteit mitochondriaal binnenmembraan!
▪ Toepassing: vb. antitumormedicatie → grijpen in op permeabiliteit van het
mitochondriaal binnenmembraan.
▪ DUS fysiologisch heel belangrijk én ook therapeutisch aangrijpingspunt.
• Matrix
o Bevat enzymen van vetzuuroxidatie en deel van de
citroenzuurcyclus
o Ronde matrixkorrels = neerslagen van calcium-en
magnesiumzouten = onder de vorm van kristallen
o Hier gebeurt:
▪ Oxidatie van lipiden
▪ Oxidatie van pyruvaat
▪ Krebscyclus

Buitenmembraan Binnenmembraan
• Veel transporteiwitten • Sterk geplooid (crista)
• Permeabel voor kleine-matig grote o = vergroting van oppervlak
moleculen t.o.v. de matrix of
o Incl. kleine eiwitten mitochondriale inhoud
→ samenstelling intermembranaire • Cristae = blad- of buisvormig
ruimte = afspiegelen van omliggend



3

, cytoplasma • Bestaat voor 3/4e uit eiwitten
→ kan hier geen gradiënt inbouwen (ademhalingsenzymen,
• Bevat enzymen die conversie van transporteiwitten)
bepaalde substraten bewerkstelligen • Minder permeabel
(gebeuren wel al bepaalde • Hogere metabole activiteit → ↑
omzettingen) plooiing membraan
• Bevat enzymen voor
vetsynthese/vetzuurmetabolisme


Functie

• 95% van de energieproductie voor de cel
o 5% door gradiënt over het celmembraan (protonengradiënt)
• ATP vorming door afbraak van organische moleculen
o Reactieketen waarbij O2 wordt verbruikt en CO2 aangemaakt
• Metabolisme = katabolisme + anabolisme

Bijzonderheden

• Bevatten eigen circulair DNA (maternaal) en ribosomen
o Ook enzymen om proteïnen te synthetiseren → aantal eiwitten nodig in het
mitochondriaal proces komen van de mitochondriën zelf (mitochondriaal DNA)
o → kunnen voor stuk autonoom functioneren (maar ook nog wel ribosomen van rest
van cel nodig)
• Mitochondriaal DNA en geassocieerde enzymen lijken sterk op deze die in bacteriën
voorkomen
→ mitochondriën kunnen instaan voor:
o Eigen onderhoud
o Groei
o Vermenigvuldiging
• Aantal en grootte van de mitochondriën = veranderlijk ̴ energiebehoefte van de cel

Synthese van mitochondriale proteïnen

• Meerderheid door cytosolische ribosomen (niet gebonden aan ER)
o Buiten het organel
• Opname door binding aan receptor proteïnen op het oppervlak van de mitochondriën via
herkenning van specifieke uptake-targeting sequences aan de nieuwe proteïnen
o = kleine eiwitsequenties gebruikt als soort adres label
o Achteraf afgeknipt
• Aanwezigheid van dubbele membraan → vereist voor sommige proteïnen een sequentiële
actie van 2 sequenties en 2 membraangebonden receptorsystemen

Mitochondriaal DNA

• = circulair
• Heeft aantal genen
o Protein-coding regions: geven aanleiding tot bv. het NADH dehydrogenase subunit
▪ Achteraf aan elkaar geplakt



4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper saar12345. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 73918 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€5,49  1x  verkocht
  • (1)
  Kopen