Antwoorden uit de werkgroep vennootschapsbelasting voor het MKB week 2 in simpele Jip en Janneke taal. Leer deze antwoorden uit je hoofd, kijk daarnaast de hoorcolleges terug en haal zo easy je tentamen.
Vennootschapsbelasting in het MKB
Week 2 – Winstbepaling.
Aantekeningen:
Zweedse grootmoederarrest.
In dit arrest ging het om een renteloze lening die door een moeder aan de dochter was verstrekt. Die
rente was renteloos gesteld vanwege de aandeelhoudersrelatie. Het is een bevoordeling van de
dochter nu dit tot een hogere winst leidt bij de dochter(die betaalt namelijk geen rente). Maar dit is
eigenlijk onterecht, want het is geen voordeel uit de ondernemingsuitoefening. Gelet op de juiste
winstvaststelling op grond van art. 3.8 IB jo art. 8 VPB dien je daarom te kijken wat de voor- en
nadelen uit de ondernemingsuitoefening zijn, welke je vervolgens scheidt van de voor-en nadelen uit
hande van de aandeelhoudersrelatie.
Dus voor een juiste vaststelling van de winst neem je bij D alsnog de rentekosten in aanmerking.
Deze kosten stel je vast door te kijken wat de bank voor die lening aan rente zou hebben bedongen.
D betaald namelijk alleen niks vanwege de aandeelhoudersrelatie. Om dit weer recht te breien dien
je dit te corrigeren door te doen of er sprake is geweest van een informele kapitaal storting van de
moeder aan de dochter.
Opgave 10.
Voor de fiscale winstbepaling moet je altijd kijken naar wat de voor- en nadelen zijn van de
ondernemingsuitoefening. Daarom moet je bij de fiscale winstbepaling altijd uitgaan van hetgeen
tussen onafhankelijke partijen zou zijn overeengekomen. Ook wel het “at arms length” beginsel
genoemd. Je moet dus altijd uitgaan van een zakelijke prijs/voorwaarden; wat zou tussen een
onafhankelijke derden overeengekomen zijn= Daar moet je vanuitgaan bij de fiscale winstbepaling.
Wanneer er een afwijking is in dit beginsel, dus wanneer er een niet zakelijke rente is
overeengekomen bijvoorbeeld. Dan kijk je naar de volgende vraag: wie bevoordeeld er wie? Zie
hieronder het stappenplan:
1. Uitgaan van zakelijke prijs/voorwaarden.
2. Wie bevoordeelt er wie?
M>D=infokap.
D>M=Verkapt div.
3. Voor welk bedrag infokap/verkapt dividend?
Bepaal je door het verschil tussen wat overeengekomen is en wat zakelijk is.
Vraag a.
In casu bevoordeeld D1 haar Moeder. Een zakelijke verkoopprijs zou 500.000EUR zijn. De procesband
wordt echter voor 400.000EUR verkocht en bevoordeeld daarmee de moeder met 100.000EUR. Dit
zien we als een verkapt dividend van de dochter aan de moeder. Om de juiste fiscale winst voor de
dochter te bepalen beginnen we met de vraag wat de verkoop zou zijn als hij aan de bank(derde toch
gewoon?) had verkocht. Dit is 500k -200k (boekwaarde)=300k winst.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper AllesInJipenJannekeTaal. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.