Communicatie in organisaties 07/09/2022
De mens tov andere primaten
- flexibele samenwerking
- op grote schaal kunnen samenwerken met vreemden (dankzij…)
vermogen fictie te creëren, te geloven en verspreiden (geloof, boeken, vlaggen, volkslied)
vermogen activiteiten te coördineren, mede dankzij Theory of Mind
(inschatting wat een ander denkt, gedrag op elkaar afstemmen)
vermogen om lang vooruit te plannen (toekomst)
-> communicatie is cruciaal
-> hierdoor kan de mens ontdekkingen doen op grote schaal
negatief: wapens, restproducten (afval)
Samenwerking
- voordelen: de mens heeft andere nodig voor bescherming (overlevingskans vergroten)
- risico’s: je bent afhankelijk van de houding van de ander (freeriders)
Toetsing
- paper, individueel (40 procent) -> eind december ingeleverd
- multiple choice tentamen (60 procent) -> januari (28 sep uitleg erover)
-> beide met minimaal 6.0 afronden
Proces paper
- thema kiezen (09-09-2022 beschikbaar op Canvas)
- 22 sep: bouwplan indienen (voorbeeld in Canvas)
- 13 okt: eerste versie paper
- 20 okt: geven & krijgen van feedback
- 27 okt: tweede versie paper
- 22 nov: feedback tweede versie
- 8 dec: definitieve versie inleveren (fysiek!!!! Dus op papier!!!!)
-> Canvas instructies paper en verschillende versies
-> Vragen: colleges of onderwijsassistent (cominorg@uvt.nl)
Wat zijn organisaties?
- ze zijn overal in je leven/omgeving, zelfs familie
- universum ontstond 13.8 miljard jaar geleden, de aarde 4.5 miljard jaar geleden, splitsing primaten
6.8 miljoen jaar geleden, mens 300.000 jaar geleden, jagers en verzamelaars nar landbouw 10.000
jaar geleden, industriële revolutie in 18 e eeuw -> toen pas werken zoals we nu werken
- een groep mensen die in een netwerk van sociale relaties en systemen werken om een gezamenlijk
doel te bereiken
gezamenlijke doelen
coördinatie (groepje mensen bepaald voor de rest, geaccepteerd)
delen van informatie
menselijke relaties (bepaald organisatie)
- verschillende vormen (gericht op…….)
economische productie, macht en politieke doelen, integratie van doelen (vakbonden,
,rechtbank, consumentenorganisaties), ‘’behoudende’’ doelen (rode kruis, scholen, in stand houden
samenleving)
Organisatietheorieëm (eind 19e/begin 20e eeuw)
- 2e helft 20e eeuw wetenschappelijke belangstelling voor Communicatie in Organisaties
- Theory of classical management (Fayol) -> zelf leren via boek
Frederick Taylor: the principles of scientific management
- 1911, slechte werk- en leefomstandigheden, zo veel mogelijk productiviteit voor zo min mogelijk
geld
Problemen
- Uitvoeren werk op basis van gewoonte/vuistregels
- Geen motivatie voor maximaal produceren: soldiering (druk op elkaar uitoefenen om niet te hard te
werken -> bepaalde norm, niet erboven gaan zitten)
Efficiënter via wetenschappelijke principes
- Finding the one best way om taken uit te voeren (time and motion studies)
- Standaardisering en simplificering arbeid
- ‘Wetenschappelijke’ selectie (mensen moeten bij taken passen) en training werknemers
- Werknemers prikkelen door beter te belonen
- Werknemers moeten werken, managers nadenken en organiseren
Consequenties
- Verschuiving macht en controle (volledig naar management)
- Verschuiving waarden: efficiëntie, prestaties, groei, snelheid en schaal (niet meer menselijk enz)
- ‘Ontmenselijking’ van arbeid, geen oog voor menselijke relaties en welzijn in brede zin
-> Nu: distributiebedrijven, lopende band werk, fastfoodrestaurants, voedselketen (kuikentjes)
-> Waller (2002): onderzoek is niet wetenschappelijk (geen goede aantekeningen, want valse
gegevens), maar is wel invloedrijk geweest dus wel belangrijk
-> Geen theorie, want waren set van voorschriften waar geen hypothese over te maken was
Max Weber: Wirtschaft und Gesellschaft (1921-1922)
Theory of bureaucracy, aard wereld hiermee begrijpen
- Toenemende rationalisatie (moderne samenleving)
voorspelbaarheid
standaardisatie
reflexiviteit
- Bureaucratie: gecentraliseerde besluitvorming, hiërarchische structuur, onpersoonlijk, formele
geschreven regels en procedures, gespecialiseerde rollen (patroon: samenleving indelen)
- Verschuiving in gezag
van traditioneel gezag
naar rationeel-legaal gezag
(evt charismatisch gezag)
-> bureaucratische organisaties nu: belastingdienst, leger
Negatieve consequenties (bv toeslagenaffaire)
- morele verantwoordelijkheid wordt vervangen door technische verantwoordelijkheid (regels
toegepast)
- dehumanisering
, - combinatie bureaucratie en rationaliteit maakt grootschalig geweld mogelijk (Stalin)
-> logica van efficiëntie en rationaliteit (geen emoties, volgens bepaalde zaken)
Human relations: Elton Mayo (1880-1949)
Hawthorne studies (1927-1932)
- Illumination studies (experiment): Hawthorne effect (aandacht geven is verhogen productiviteit,
andere elementen maken niet uit)
- Relay assebly test room studies (n=6 vrouwen): meer betrokkenheid leiding, meer controle werk,
sterker teamgevoel
- Bank wiring studies (observatie): sociale normen en druk
Conclusie: puur economische of rationele benadering is onvoldoende, mensen zijn sociale wezens
- aandacht behoefte mensen
- aandacht sociale factoren
- aandacht managementstijl en democratisch leiderschap
Belang communicatie
- van werkvloer naar management
- horizontaal (tussen mensen op hetzelfde niveau) en binnen groepen
- informele communicatie
- gezamenlijke beslissingen
Kritiek
- onderzoek niet betrouwbaar
- nieuwe analyse van data Mayo: gevonden correlaties niet significant
- hogere productiviteit ook door traditionele factoren
-> desondanks invloed op organisaties en organisatietheorieën groot
Wat is motivatie?
- dat wat mensen in beweging brengt/tot handelen aanzet
- gaat om factoren die energie, richting en continuïteit geven aan gedrag mensen
- goal-directed
-> behoeftetheorieën, procestheorieën (kennen uit boek)
Dual factor theory (Herzberg 1959)
Oorzaken satisfactie en dissatisfactie, niet hetzelfde
1) hygiëne factoren (dissatisfiers) -> wat geef je mensen, situatie
2) motivatiefactoren (satisfiers) -> gelegenheid ontw
-> beide aanwezig = happy, alleen motivatie aanwezig = happy yet unhappy, alleen hygiëne aawezig =
not happy but not unhappy, beide afwezig = unhappy
Theory: heel invloedrijk, maar….
- indeling niet altijd door ander onderzoek bevestigd en afhankelijk van onderzoeksmethode
- factoren in hoge mate gecorreleerd (onderscheid is minder sterk)
- houdt geen rekening met individuele en contextuele verschillen
-> beloning zorgt niet altijd voor meer motivatie en betere prestaties (verschuiving extrinsiek =
minder motivatie)
- aandacht naar beloning -> neemt cognitieve ruimte in beslag voor de taak