In dit document zijn alle lessen van GNGT2 duidelijk samengevat (Vooral voor mensen die moeite hebben met dit jargon). Ik hoop dat dit jou ook kan helpen. Ik heb dit vak met een 7 afgesloten.
Inhoudsopgave
Congruentie: herhaling en inleiding.......................................................................................................2
Leerdoelen:.........................................................................................................................................2
Kennisclip:..........................................................................................................................................2
Opdrachten:.......................................................................................................................................4
Soorten vormveranderingen, werkwoord klassen en paradigma´s........................................................6
Leerdoelen:.........................................................................................................................................6
Opdrachten:.......................................................................................................................................9
Congruentietypologie: arm en rijk........................................................................................................11
Kennisclip......................................................................................................................................12
Directionele werkwoorden: vooruit & achteruit en volledig & gedeeltelijk.........................................15
Leerdoelen:.......................................................................................................................................15
Congruentiedragers: hulpwerkwoord OP.............................................................................................19
Leerdoelen:.......................................................................................................................................19
Congruentiedragers: seriële werkwoorden..........................................................................................20
Pro-drop en pro-copy...........................................................................................................................22
8 lessen, MC vragen bij NGT fragmenten en leerstof.
1
, Bijeenkomst 1
Congruentie: herhaling en inleiding
Leerdoelen:
De studenten kunnen een definitie geven van congruentie, en uitleggen wat de meest elementaire
principes daarvan zijn.
De studenten kunnen de definitie van congruentie toepassen op de congruerende werkwoorden in de
NGT, met andere woorden, zij kunnen motiveren waarom deze vormveranderingen te beschouwen zijn
als congruentie.
De studenten kunnen uitleggen waarom congruentie zowel met morfologie als syntaxis te maken heeft.
De studenten kan toelichten wat de relatie is tussen de termen ‘congruentie’ en ‘vervoeging’.
De studenten kennen het onderscheid tussen congruerende en niet-congruerende werkwoorden in de
NGT, en kunnen uitleggen welk type werkwoorden over het algemeen geen congruentie kan
ondergaan.
De studenten kennen het verschil tussen het lexicaal en grammaticaal realiseren van zinsdelen in NGT
zinnen.
De studenten kunnen in video-fragmenten van de NGT herkennen welke werkwoordsgebaren
congruentie hebben ondergaan en wat de functie daarvan is.
De studenten kunnen benoemen of zinsdelen lexicaal of grammaticaal zijn gerealiseerd in een NGT zin.
Kennisclip:
Taalniveaus:
Fonetiek: hoe word een taal geproduceerd.
Fonologie: Hoe zijn woorden/gebaren opgebouwd (fonemen).
Bijvoorbeeld: BOEK – B Handen – Voor het lichaam – open/sluit gebaar
Morfologie: hoe zijn woorden opgebouwd.
Bijvoorbeeld: HUIS + tong naar buiten (huis-je)
Syntaxis: Hoe zijn zinnen opgebouwd.
Bijvoorbeeld: Ik loop naar huis – loop huis ik naar
Semantisch: de letterlijke betekenis
Bijvoorbeeld: door de zin ‘ik loop naar huis’ snappen wij dat zij richting haar
huis gaat.
Pragmatiek: De gebruiksregels van de taal.
Bijvoorbeeld: geen ‘yo’ tegen je docent zeggen of naam afkorten.
Discourse: De manier waarop ik een gesprek voer is verbonden aan regels. Het moet
aansluiten op elkaar.
Bijvoorbeeld: welkom bij de les van dovenstudies, pak twee eieren en roeren
Congruentie:
Congruentie: Con (samen) gruentie (gaan) -> overeenkomst (dat wat bij elkaar hoort in vorm)
Bijvoorbeeld in gesproken Nederlands: ‘Jij loop-t’, ‘Jij plaag-t’.
-t word altijd gebruikt bij 2e of 3e persoon enkelvoud. Hier is ‘jij’ 2e persoon enkelvoud) het
onderwerp van de zin.
Dit is de overeenkomst tussen de werkwoordsvorm en het onderwerp.
NGT:
NDEX2 INDEX1 2PLAGEN1/ ‘Jij plaagt mij.’
INDEX2 is jij – 2e persoon enkelvoud. Dit is het onderwerp
INDEX1 is mij – 1e persoon enkelvoud. Dit is het lijdend voorwerp
De manier waarop jij PLAGEN gebaard (welke richting), is de overeenkomst tussen de
werkwoordsvorm, het onderwerp en het lijdend voorwerp.
2
, Congruentie heeft met morfologie (woordbouw) en syntaxis te maken (je weet hierdoor hoe de zin in
elkaar zit)
Congruerende en niet-congruerende werkwoorden:
- Congruerende werkwoorden (kunnen van vorm veranderen)
- Locatieve werkwoorden
Congruentie met éen zinsdeel
Bijvoorbeeld: VINDEN - AAIEN
Directionele werkwoorden (Bijvoorbeeld: BEZOEKEN)
Congruentie met twee zinsdelen
- Niet-congruerende werkwoorden (kunnen niet van vorm veranderen)
- Plaats: vaak ‘lichaams-gebonden’
Vaak iconisch (HOUDEN-VAN)
Soms toevallig (VERRADEN)
Morfologie:
Morfeem: betekenis dragende bouwsteen.
Gebonden morfeem: Zit verbonden aan een vrij morfeem. Kan niet op zichzelf bestaan.
vrije morfeem: Kan vrij gebruikt worden, zit nergens aan vast.
Bijvoorbeeld: HUIS-JE – BAL(LETJE)
Nederlands:
stam + ‘-t’: loop-t, plaag-t, lach-t.
‘-t’ voegt toe aan de betekenis van het woord: Onderwerp is 2e of 3e persoon enkelvoud. (jij of
hij/zij)
NGT:
Het middel van congruentie is vervoeging
2GEVEN1, 2PLAGEN1, 2BEZOEKEN1
Onderwerp is 2e persoon enkelvoud en Lijdend voorwerp. Meewerkend voorwerp, etc. is 1e persoon
enkelvoud.
Syntaxis:
Functie van constituenten:
• Constituenten kunnen drie functies vervullen: predicaat, argument of adjunct
• Predicaat: drukt een relatie uit met andere constituenten in de zin óf specificeert eigenschap
van andere constituent.
• Predicaat vaak verbale constituent
index1 zus index3a, morgen index3a werken
groenten gezond
• Argument: een constituent die door de betekenis van het predicaat vereist wordt (kan niet
weggelaten worden, weglaten = ongrammaticaal)
vanavond index1 vriend dvd huren
• Adjunct: optionele toevoegingen in een zin
Adjuncten kunnen weggelaten worden
vanavond index1 vriend dvd huren
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kaylee8. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,39. Je zit daarna nergens aan vast.