Jurisprudentiecollege GR
Week 1 – inleiding GR
RTG Zwolle (RTG Zwolle 18 november 2016, ECLO:NL:TGZRZWO:2016:127)
è Geeft de rol en taken van bedrijfsarts goed weer.
è Geeft ook weer hoe een BA dient om te gaan met zelfregulering.
è WEERGAVE VAN TAKEN VAN BA = belangrijkste van deze zaak.
Beginnen met toetsingsnorm à art. 47 Wet BIG = eerste tuchtnorm (beroepsoefenaar gebleven
binnen grenzen van redelijke bekwame beroepsbeoefening).
BA is medisch specialist op het terrein van arbeid en gezondheid.
Geeft goed beeld van rol en taken van bedrijfsarts.
Daarbij wordt benadrukt omdat er een bedrijfsarts is die gelet op de aard van zijn functie een
dubbele taak heeft (wg en wn) dat hij moet toekomen aan werkgever en werknemer. Geeft weer
hoe bedrijfsarts moet omgaan Werkwijzer Arbeidsconflicten. Bij arbeidsconflict kijken of
werknemer ziek is, dan eerst ziekte en daarna conflict. Weergave taken bedrijfsarts.
Heel veel uitspraken van regionaal tuchtcollege beginnen met weergave van norm art. 47 Wet BIG.
In veel gevallen toetst tuchtrechter aan eerste tuchtnorm, lid 1 onder a. Defacte invulling daarvan
is invulling. Gaat er bij toetsing niet om of handelen beter had gekund, gaat erom of de
beroepsbeoefenaar binnen de grenzen van redelijk bekwame beroepsuitoefening. Lijkt sterk op
beredenering van redelijk handelend zorgverlener zoals bedoeld in art. 7:453 BW en HR
Speeckaert/Gradener.
Wordt gekeken naar professionele standaard ten tijde van handelen. Wat op dat moment de
inzichten waren en stand van wetenschap.
Wat betreft taken van bedrijfsarts: bedrijfsarts is medisch specialist op arbeid en gezondheid.
Aanleggen tegen regime Wet BIG. Begeleidende, coördinerende en arbo curatieve taken. Bij
verzuimbegeleiding adviseert BA de wg en wn. Wordt beoordeeld op gesprek met werknemer en
geeft advies over mogelijkheden en eventuele werkhervatting. Alleen bedrijfsarts kan bepalen of
werknemer zich terecht heeft ziekgemeld. Kan je niet overlaten aan verzuimbureau. Bedrijfsarts
moet volgens professionele richtlijnen van beroepsgroep handelen. Moet uitvoering geven aan
werkwijze Arbeidsconflicten.
RTG Eindhoven 11 april 2018 (RTG Eindhoven 11 april 2018, ECLI:NL:TGZREIN:2018:38, TBV
2018, p. 548-549, nt.B. Sorgdrager)
è De rol van de verzekeringsarts
è Bij functioneren verzekeringsarts is een hoge mate van zorgvuldigheid vereist vanwege zijn
publiekrechtelijke functie
è Welke eisen dienen gesteld worden aan een medisch rapport à 5 criteria waaraan
tuchtcollege toetst. (Rechtsoverweging 5)
è Rol van VA doorslaggevend voor mate van arbeidsongeschiktheid
ANIOS die taken uitvoerde als verzekeringsarts maar was niet in opleiding tot verzekeringsarts. Hier
was het nodige misgegaan. Deze persoon had geen informatie ingewonnen in het kader van de vraag
in hoeverre de werknemer als arbeidsongeschikt moest worden beschouwd. Geen informatie
ingewonnen bij behandelaar. Was daardoor niet goed gegaan bij opstellen rapport. Behalve vraag
wanneer je informatie opvraagt bij behandelaar wordt beoordeeld welke eisen worden gesteld bij
het opstellen van een medisch rapport. 5 vaste eisen:
1. Zie andere uitspraak
De uitkomst van het onderzoek wordt door de tuchtrechter marginaal getoetst, hij kijkt wel volledig
naar de criteria waaraan het rapport moet voldoen.
In het rapport waren aannames gedaan die niet werden gedragen door voldoende informatie. Geen
info vanuit behandelaar, dus niet aan de eisen voldaan rapport. Daar komt nog bij dat niet alleen
een bedrijfsarts bepaalde taken heeft (waaronder wn van hem afhankelijk is), dat geldt ook voor
een verzekeringsarts. Het handelen van een verzekeringsarts kan grote gevolgen hebben voor een
werknemer (krijgen van uitkering), aan dat handelen mogen hoge zorgvuldigheidseisen worden
gesteld. Soortgelijke redenering kan je ook ophangen bij taken bedrijfsarts wegens afhankelijke
werknemer. Handelen moet streng worden getoetst.
,Bij rechtsoverweging 5 worden de eisen gesteld die aan het rapport worden gesteld. Wanneer
verzekeringsarts op eigen oordeel kan varen en wanneer hij contact dient op te nemen met anderen
zoals behandelaar om oordeel te vormen. Vaste rechtspraak van tuchtrechter. Aan het eind van de
tuchtspraak laat het college zwaar wegen dat de rol van de verzekeringsarts doorslaggevend is bij
de beoordeling voor uitkering, dus ernstige gevolgen voor inkomen, vereist hoge mate van
zorgvuldigheid.
In dit geval was de ANIOS de arts die de taken van de verzekeringsarts vervulde tot een % gekomen
dan de eerdere beoordeling, daardoor kreeg hij geen uitkering meer, juist in dat geval moet je
extra zorgvuldig zijn en rapport goed motiveren.
EHRM 8 april 2021, ECLI:CE:ECHR:2021:0408JUD004762113, EHRC Updates 2021/109,
m.nt. A.J. Hendriks, GJ 2021/64 >>> Uitspraak Europees Hof voor Rechten van de Mens 10 mei
2021 Fabrizia/Tsjechië
Wordt er terecht een vaccinatieplicht over burgers ingeroepen?
Art. 8 EVRM: recht op familie leven, recht op toestemming voor behandeling, fundamentele
rechten. Art. 1, 10 en 11 van grondwet.
Hof oordeelt dat maatregelen die Tsjechië heeft genomen (niet gevaccineerde kinderen krijgen
geen toegang tot naschoolse activiteiten) was dat de maatregelen
Uitspraak laat zien dat EVRM veel waarde hecht aan de bescherming van het algemene collectieve
gezondheidsbelang en dat het individuele belang om zelf keuzes te kunnen maken zou moeten
wijken. Lastig om die afweging te maken, uitspraak is bijna 100 pagina’s. Na uitgebreide afweging is
dus aangenomen dat Tsjechië voorrang mocht geven aan het algemene gezondheidsbelang dat
betrokken is bij vaccinatie.
Tsjechië heeft de nodige ruimte gelaten.
Hof toetst marginaal het beleid van de Tsjechische overheid.
Week 2 – preventie
Ktr. Beetsterzwaag 6 januari 1998, JAR 1998, 76
In hoeverre moeten medewerkers meewerken aan bepaalde handelingen zodat ze geschikt zijn,
worden of blijven om hun werkzaamheden te verrichten?
Wat kan je van werknemer verlangen als hij ziek is en er moet worden gewerkt aan herstel. Kan het
onder omstandigheden zo zijn dat je een behandeling kan eisen, bijv. bepaalde operatie. Geeft aan
in lijn met parlementaire geschiedenis Wet Uitbreiding Loondoorbetaling bij Ziekte. Werknemer
heeft zeker vrijheid om in samenspraak met een bedrijfsarts te kiezen voor een behandeling die
men het meest geschikt acht. Werknemer moet dus niet instemmen met behandeling, er is marge,
zolang werknemer voldoende meewerkt en herstel niet bewust vertraagt. Dan worden grenzen
redelijkheid en billijkheid overschreden en is loonopschorting van toepassing. Er is dus wat marge
voor eigen keuze behandeling. Bij geen resultaat wel ander beleid. Recht op eigen lichaam, recht
op privacy. Rechter kent bewegingsruimte toe om van die rechten gebruik te kunnen maken. Wordt
dus omlijnd door redelijkheid en billijkheid bij bewust tegenwerken of vertragen. Rechter is wel
ruim, zal niet snel sprake van zijn. Mogelijk dat huidige zaken de rechter iets strikter zal zijn.
Kantonrechter Geleen: werknemer moet bepaalde medicatie nemen voor ploegendiensten te
kunnen doen, was de rechter strikter, maar in principe kan je zelf beleid kiezen.
Ktr Leiden 22 augustus 2012 (Ktr. Leiden 22 augustus 2012, JAR 2012/303, m.nt. M.W. Koole)
Obesitas = chronische ziekte à wet gelijke behandeling bij chronische ziekte
Reflexwerking opzegverbod wegens ziekte. Ontbindingsverzoek kan in beginsel niet worden
gehonoreerd. Maar met uitzondering wel…
Toetsing à ontbindingsvordering niet gerechtvaardigd als wn niet geïnformeerd is door wg en een
laatste kans is gegeven om mee te werken aan een programma tot het verliezen van gewicht. Wn
werkzaam in groot bedrijf, andere passende plek in dat bedrijf à dan slaagt ontbindingsverzoek
niet = plaatsing andere plek in bedrijf.
Ontbindingsverzoek werkgever aan werknemer wegens obesitas. Uitspraak illustreert dat
kantonrechter morbide obesitas (evenals commissie gelijke behandeling) aanmerkt als chronische
ziekte. Wet Gelijke Behandeling en Chronische Ziekten. De bestuursrechter (centrale raad v beroep)
is altijd terughoudend geweest bij het aanmerken van chronische ziekte, met name door gevolgen.
Als iemand ziek wordt door overgewicht dan neemt bestuursrechter ook ziekte en
arbeidsongeschiktheid aan, maar is terughoudender dan civiele rechter. Civiele rechter gaat uit van
chronische ziekte. Zegt dat er dan moet worden gelet wanneer je ontbinding aanvraagt moet je
, rekening houden met opzegverbod wegens ziekte. Betekent dat ontbinding in beginsel niet kan
worden gehonoreerd. Bij bijzondere omstandigheden toch mogelijk. Ondanks WGBHZ. Ondanks dat
hij wegens obesitas ziek is, staat niet in de weg van eventuele mogelijkheid van ontbinding. Een
ontbindingsvordering strandt over het algemeen wanneer 1. Werknemer is niet voldoende vaak
gewezen op levensstijl en niet genoeg faciliteiten gekregen van werkgever. 2. Wanneer je niet op
het laatst nog een kans hebt gegeven om werknemer een programma aan te bieden voor verliezen
lichaamsgewicht. Goed documenteren dus, procedure doorlopen en mogelijkheden bieden, dan is
het mogelijk. Belangrijk feit: werknemer werkzaam in groot bedrijf zodat hij met zijn
lichaamsgewicht nog in een andere plek kan werken in het bedrijf, slaagt het vaak niet. Dan wordt
van werkgever verlangt dat hij wn op andere plek wijst. Als het gaat om een klein bedrijf toont een
andere uitspraak dat het wel kansrijk verzoek is.
Rb. Gelderland 11 juni 2019 (Rb. Gelderland 11 juni 2019, ECLI:NL:RBGEL:2019:2729)
Oordeel: BA kan aanvullende deskundigheid vragen om aanvulling te krijgen op zijn eigen
deskundigheid. Inschakelen van derden voor verkrijgen van aanvullende expertise. Je mag van wn
verwachten dat deze akkoord gaat met de uitvoering van aanvullende expertise, ook al is deze in
behandeling in de curatieve sector. !! Medewerking onderzoek verplicht, maar niet verplicht om
zich te laten behandelen in dit expertisecentrum à recht op vrije artsenkeuze (werking van
zelfbeschikking; vrije artsen keuze à bij curatieve behandeling NIET bij BA als zodanig).
OR vraagt: als het beleid van werkgever zorgvuldig was (beleid hield in dat wn in bepaalde gevallen
van gecompliceerde arbeidsongeschiktheid, wn verplicht konden worden om mee te werken aan een
verwijzing naar een expertise centrum.) Kunnen werknemers verplicht kunnen worden door een
verwijzing van bedrijfsarts naar expertise centrum om erheen te gaan en in behandeling te
gaan. Belangrijk punt: verwijzing zou plaatsvinden bij werknemers die al onder behandeling waren
in curatieve sector. Kunnen ze dan toch geacht worden om die verwijzing op te volgen?
Rechter geeft aan: de bedrijfsarts kan zonodige aanvullende expertise inschakelen als dat nodig is
voor zijn eigen oordeel. En dan mag je ook, gelet op de bevoegdheid van aanvullende expertise, van
de werknemer verwachten dat hij akkoord gaat met de verwijzing naar degene die aanvullende
expertise heeft en onderzoek gaat doen. Mag je dus meewerking verwachten, ook al is de
werknemer al onder behandeling van curatieve sector. Er is wel een grens: wanneer dat onderzoek
bij expertise centrum heeft plaatsgevonden, is de werknemer niet verplicht om zich ook bij dat
centrum te laten behandelen. Want daar raak je het recht van vrije artsen keuze. Als werknemer
daar niet bereid toe is, is er dus geen reden voor een loonstop. Kan niet gedwongen worden op
verdere behandeling daar.
CTG 23 oktober 2020 (CTG 23 oktober 2020, ECLI:NL:TGZCTG:2020:181, GJ 2020/145, GZR
Updates.nl 2020-0349)
BA werkzaam bij defensie vernam dat een sollicitatie bij defensie liep door een BA en deze niet een
arts zou zijn als een ba bij defensie. In het kader van deze sollicitatie heeft BA de wervende partij
gewaarschuwd. Uiteindelijk toch aangesteld, maar collega BA kreeg klachten over de BA.
Uitspraak laat zien:
è Er werd getoetst aan de tweede tuchtnorm (art. 47 Wet BIG) à geen behandelrelatie
tussen BA’s
è CTG vindt dat BA juist goed heeft gehandeld en refereert aan het feit dat BA een
belangrijke preventieve functie heeft. BA heeft zijn functie niet misbruikt en niet
buitenkaders gehandeld. Voorkomen van gezondheidsschade door de
arbeidsomstandigheden, gevraag en ongevraagd wg adviseren over...
è BA dient eerst met college BA in gesprek te gaan. Alleen in dit geval goede reden om niet in
eerste plaats in gesprek te gaan met BA, want dan zou hij zijn beroepsgeheim moeten
schenden. In vertrouwen genomen en gegevens niet delen met de collega. Dus wending naar
tuchtrechter juist.
Bijzondere zaak, opgenomen omdat er ruimere aandacht voor is geweest. Bedrijfsarts werkzaam bij
defensie vernam sollicitatie huisarts. Hij wist dat die huisarts, met name bejegening van mensen,
niet een arts was voor defensie. De betreffende bedrijfsarts heeft in het kader van die sollicitatie
contact opgenomen met betrokkenen bij sollicitatie. Huisarts is toch aangesteld. Toch kreeg de
bedrijfsarts klachten van werknemers over het functioneren van de huisarts. Bejegende mensen
onheus, was niet geschikt om als huisarts bij defensie te functioneren. Toen kwam de vraag: wat