ARW2 – Hoorcolleges
Week 1 – hoorcollege 1
Programma:
I. Inleiding
II. Bestuursorgaan (art. 1:1 Awb) toepassen!
III. Belanghebbende (art. 1:2 Awb) toepassen!
IV. Besluit (art. 1:3 Awb) toepassen!
V. Handhaving
Inleiding:
Positief recht
o Publiekrecht
Staatsrecht verhoudingen tussen staatsorganen (hoe deze zich tot
elkaar verhouden)
Bestuursrecht verhouding tussen publiekrechtelijke organen en
publiekrechtelijke rechtspersonen in hoedanigheid vanuit hun
exclusieve bevoegdheid (onderscheid rechtspersonen en organen)
Strafrecht verhouding tussen staat en burger
o Privaatrecht (burgerlijk recht) rechtsverhoudingen tussen burgers onderling
of tussen publiekrechtelijke rechtspersonen in een hoedanigheid als
privépersoon
Trias Politica:
Wetgevende macht
o AVV’s vaststellen
Bestuurlijke macht
o AVV’s uitvoeren in de praktijk
Rechtsprekende macht
o Geschilbeslechting zonder verantwoording aan de andere machten / andere
organen
Drie machten houden elkaar in balans d.m.v. eigen autonome macht
Bestuur in klassieke zin (in de zin van de trias):
Uitvoeren van AVV’s in concrete gevallen
o Bijv. examencommissie wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk
onderzoek (WHW) uitsluiting tentamen vanwege fraude
Examencommissie mag leerling uitsluiten van tentamen o.g.v. WHW
Bevoegdheid is er alleen als deze is toegekend
o Bijv. college van burgemeester en wethouders uitvoering wet algemene
bepalingen omgevingsrecht (wabo) omgevingsvergunning
College van b&w mag volgens de wet de wabo uitvoeren d.m.v. een
omgevingsvergunning
Actoren bestuursorganen (niet de gemeente, maar de burgemeester
onderscheid geheel en orgaan!)
o Bijv. examencommissie, college van b&w
o Als er staat “op grond van openbare orde vergunning weigeren” mag dit ook
alleen op grond van openbare orde geweigerd worden
Aard bevoegdheid is exclusief (publiekrechtelijk)
, o Bijv.: alleen examinator mag examencijfers rechtsgeldig toekennen
o Alleen bepaalde organisaties hebben de bevoegdheid om iets te doen
o Eenzijdig ingrijpen in rechtspositie burger
Product is Awb-besluit
Bestuur omvat meer:
Privaatrechtelijk handelen, overheid kan doen:
o Feitelijke handelingen
Bijv. opbreken winkelstraat
Onrechtmatige overheidsdaad (als er schade ontstaat)
Rechtmatige overheidsdaad (als er schade ontstaat)
o Rechtshandelingen (niet gebruikmaken van exclusieve bevoegdheid)
Bijv. aanschaf computer
Actoren = rechtspersonen
o Bijv. Staat, provincie, gemeente, waterschap
Aard bevoegdheid = niet-exclusief
o Bijv. wegen aanleggen, BOB-campagne voeren (dingen waar je geen
overheid voor hoeft te zijn – kan ik dit ook? Antwoord: ja)
Product = privaatrechtelijke rechtsfeiten (dus niet bestuursrechtelijk en geen Awb-
besluit)
Bestuur in klassieke zin Bestuur omvat meer
Actoren Bestuursorganen Rechtspersonen
Aard bevoegdheid Exclusief Niet-exclusief
Product Awb-besluiten Privaatrechtelijke
rechtsfeiten
Bestuursrecht:
Recht van, voor en tegen overheidsbestuur
o Van (instrumentarium) (in de zin van exclusieve bevoegdheid)
Bijv. vergunning, subsidie
Bestuursorgaan heeft recht om een vergunning / subsidie te verlenen
o Voor (normen) (geven ruimte om te handelen en stellen beperkingen)
Wet, recht (geschreven en ongeschreven)
o Tegen (rechtsbescherming) (ook voorprocedures)
Bijv. bezwaar en beroep
Bezwaar = bij bestuursorgaan zelf (voorprocedure om te
voorkomen dat er te makkelijk geprocedeerd wordt +
mogelijkheid bestuursorgaan fout rechtzetten)
Beroep = kan na bezwaar of onmiddellijk
Eenzijdigheid slaat op exclusieve karakter waardoor bestuursorganen een sterke
positie innemen
Bestuusrecht:
1. Algemeen deel
a. Algemene wet bestuursrecht (Awb)
i. Gelaagde structuur belangrijkste begrippen staan uitgelegd (boek1)
2. Bijzonder deel (exclusieve bevoegdheden)
a. Bijv. belastingrecht, milieurecht, onderwijsrecht
, 3. Ongeschreven normen
a. Ongeschreven abbb’s (algemene beginselen van behoorlijk bestuur)
i. Bestuursorganen zijn hier altijd aan gehouden (ook bijv. gemeente in
privaatrechtelijke bevoegdheidsuitoefening!)
ii. Deel staat in de Awb, maar niet allemaal
II – Bestuursorgaan
Bestuursorganen:
Art. 1:1 lid 1 Awb
o Sub a: a-orgaan (fulltime) een orgaan van een rechtspersoon die krachtens
publiekrecht is ingesteld (bijv. gemeente en Staat)
o Sub b: b-orgaan (parttime) een ander persoon of college, met enig openbaar
gezag bekleed (bijv. garage die APK-keuringen doet)
Alleen in een bepaalde hoedanigheid is iemand een bestuursorgaan – bijv.
garagehouder is alleen bestuursorgaan wanneer hij APK keurt. Doet hij dat 10% van
de tijd, is hij 10% van de tijd bestuursorgaan
A-orgaan (fulltime):
Orgaan van rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld (bijv. in het BW)
Rechtspersoon
o Krachtens publiekrecht ingesteld
o Krachtens privaatrecht opgericht (bijv. notariskantoor)
Publiekrechtelijke rechtspersonen:
Orgaan van rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld
o Art. 2:1 lid 1 BW
Staat, provincies, gemeenten, waterschappen, lichamen
verordenende bevoegdheid krachtens Gw zijn rechtspersonen
o Art. 2:1 lid 2 BW
Andere lichamen met overheidstaak, indien bij of krachtens wet
Bijv. Politie (art. 26 Politiewet)
En een orgaan van publiekrechtelijke rechtspersonen:
Organen van publiekrechtelijke rechtspersonen, hen is exclusief een bevoegdheid
toegekend
Art. 1:1 lid 1 sub a Awb jo. 2:1 lid 1 BW
o Staat: regering, ministers
o Provincie: GS (gedeputeerde staten), PS, CvK (commissaris van de koning)
o Gemeente: Gemeenteraad, college b&w, burgemeester
Art. 1:1 lid 1 sub a Awb jo. 2:1 lid 2 BW
o RUG: examencommissie, examinator
B-orgaan (parttime):
Een ander person of college, met enig openbaar gezag bekleed
o Meestal onderdeel van privaatrechtelijke rechtspersoon
Bijv. APK-erkenninghouder
, Bestuursorgaan:
Uitzonderingen: o.a. wetgever, rechterlijke macht, Raad van State, Rekenkamer,
Nationale Ombudsman (zijn toch geen bestuursorganen, ookal voldoen zij aan alle
eisen volgens art. 1:1 lid 2)
En de koning? Geen bestuursorgaan
III – Belanghebbende
Wiens belang rechtstreeks bij het besluit betrokken is
Vereiste om gebruik te maken van rechtsbescherming voorkomen dat elke burger
tegen elk besluit een rechterlijke procedure start
o Normadressaat degene naar wie het besluit gericht is, bijv. een cijfer.
Geen ander kan bezwaar maken dan diegene
o Derde-belanghebbende
Eigen
Persoonlijk
Objectief (emotioneel niet)
Actueel
Direct
IV – Besluit
Definitie
Soorten
Bevoegdheid
Normen bij nemen besluiten
A – Definitie:
Schriftelijke beslissing
Van een bestuursorgaan
o Art. 1:1: Awb
Inhoudende een publiekrechtelijke
o Eenzijdig ingrijpen in rechtspositie burger
Rechtshandeling (beoogd rechtsgevolg)
Aan alle 4 voldoen = sprake van besluit in de zin van Awb
B – Soorten:
Algemeen verbindend voorschrift
Concretiserend b.a.s. (besluit van algemene strekking, niet zijnde een avv)
Beleidsregel
Beschikking
Algemeen verbindend voorschrift:
Bijv.: verbod stallen van fiets
Art. 5:12a APV Groningen lid 3. Het is verboden op door het college (…)
aangewezen plaatsen fietsen (…) onbeheerd buiten de daarvoor bestemde ruimten
of plaatsen te laten staan. Lid 4: Het is verboden op door het college (….)
aangewezen plaatsen fietsen (….) langer dan een door het college vastgestelde
periode onafgebroken te laten staan.
Kenmerken: