- Wat een cel is en uit welke onderdelen een cel bestaat
- De verschillende soorten weefsel
De student legt uit:
- De functie van de onderdelen van een menselijke cel
Uitleg en de functie:
- Cel: de kleinste levende eenheid in het menselijk lichaam
- Celkern: celorganel dat DNA, RNA en eiwitten bevat
- Cytoplasma: het materiaal tussen het celmembraan en het kernmembraan
- Celmembraan of plasmamembraan: fysieke isolatie, reguleren van de uitwisseling met de
omgeving, gevoeligheid voor de omgeving en structurele stabiliteit.
- Cytosol: het vloeibare gedeelte van het cytoplasma
- Cytoskelet: het cytoskelet biedt stevigheid en structurele ondersteuning voor de cel en zijn
organellen (kleine organen) interacties tussen onderdelen van het cytoskelet zijn ook van
belang bij de verplaatsing van organellen en bij vormveranderingen van de cel
- Endoplasmatisch reticulum: In dit organel, onderdeel van de cel, worden eiwitten
geproduceerd. Eiwitten kunnen worden gebruikt als bouwsteen voor de cel zelf of kunnen de
cel uit worden getransporteerd. Het ER bouwt deze eiwitten op met behulp van ribosomen
en, zéér belangrijk, DNA uit de celkern.
- Het Endoplasmatisch reticulum (ER) heeft vier belangrijke functies:
I. Synthese: Gespecialiseerde gebieden van het ER vormen eiwitten, koolhydraten en
vetten
II. Opslag: Het ER kan gesynthetiseerde moleculen of stoffen die uit het cytosol zijn
opgenomen opslaan zonder dat deze stoffen invloed hebben op andere cel
activiteiten
III. Transport: stoffen kunnen zich door het ER van de ene plaats naar de andere
plaatsen
IV. Detoxificatie: geneesmiddelen en gifstoffen kunnen door het ER worden opgenomen
en door de daarin aanwezige enzymen worden geneutraliseerd.
- Mitochondria: Om te overleven heeft een cel energie nodig. Mitochondria zijn een soort
kleine energiecentrales die zorgen voor energie aanvoer van de cel. Ze verbranden glucose
met behulp van zuurstof. Bij deze reactie komen energie, in de vorm van ATP
(adenosinetrifosfaat), en koolstofdioxide vrij. ATP is een molecuul, die eigenlijk als drager van
energie functioneert. Mitochondria zijn uniek in het feit dat zij zichzelf kunnen voorplanten,
doordat ze over hun ‘eigen DNA’ (mitochondriaal DNA) beschikken.
- Lysosoom: Dit is een soort blaasje dat is omsloten door een membraan. Dit blaasje, het
lysosoom, kan stoffen opnemen en deze vervolgens gaan afbreken, ook wel verteren
genoemd. Door het verteren kunnen er voedingstoffen vrij komen, maar er kunnen hierdoor
ook lichaamsvreemde stoffen onschadelijk worden gemaakt.
, - Golgi-systeem: In dit systeem worden eiwitten die zijn gemaakt in het endoplasmatisch
reticulum (ER) ontvangen en nog een beetje aangepast. Daarna wordt het eindproduct (het
eiwit) omsloten door een membraan, waardoor zich een blaasje vormt met een eiwit erin.
Het Golgi-systeem transporteert deze gevulde blaasjes vervolgens binnen de cel óf de cel uit.
Diffusie/osmose
De student benoemt:
- Wat osmose en diffusie is
- Een aantal voorbeelden van osmose en diffusie
De student legt uit:
- Wat osmotische waarde is
- De termen isotoon, hypotoon en hypertoon in relatie tot osmose
- Wat er gebeurt als je een cel in een isotone, hypertone of hypotone vloeistof legt
- Diffusie: is de netto verplaatsing van moleculen van een plaats met relatief hoge
concentratie (veel botsingen) naar een gebied met een relatief lage concentratie (minder
botsingen). Het verschil tussen de hoge en lage concentratie betekent dat er een
concentratieverschil (concentratiegradiënt) is en diffusie wordt vaak omschreven als een
verplaatsing ‘met het concentratieverschil mee’, of ‘bergafwaarts’.
- Voorbeeld diffusie: Doe een beetje siroop in een glas en voeg er wat water bij. Roer in het
glas en d.m.v. diffusie zal al de siroop zich gaan verdelen in het water.
- Voorbeeld diffusie: Leander zei in de les ook wat over de radiator. Alle warmte zal zich
uiteindelijk d.m.v. diffusie zich verdelen over de huiskamer.
Osmose: De diffusie van water door een semipermeabel membraan wordt osmose genoemd
(osmose, druk)
- Drie kenmerken van osmose:
I. Osmose is de diffusie van water door een semipermeabel membraan
II. Osmose treedt op door een selectief permeabel membraan dat vrij doorlaatbaar is
voor water, maar niet voor opgeloste deeltjes
III. Bij osmose stroomt water door een semipermeabel membraan naar de oplossing die
de hoogste concentratie opgeloste deeltjes heeft, doordat daar de concentratie van
water lager is
Isotoon, hypotoon en hypertoon in relatie tot osmose en wat er gebeurt met de cel in welke
omgeving je die legt. Staat in de afbeelding hieronder:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper niekg1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,83. Je zit daarna nergens aan vast.