22-23 Focuspunten week 4.6 & 4.7 (Sturing &
beheersing)
Enkele voorbeeldvragen (op de stippeltjes plaats je een
focuspunt):
* Wat houdt ... in?
* Wat is een verschil/ overeenkomst tussen ... en ...?
* Wat is een voorbeeld van ...?
* In welke situatie wordt ... gebruikt?
* Is het verstandig om ... te gebruiken in een gegeven situatie?
Onderwerpen Week#
Informatieladder 4.6
Soorten Bias 4.6
CRAP-test 4.6
Organisatieperformance 4.6
Kritische Succesfactoren, Key Performance indicator 4.6
Balanced Scorecard 4.6
Informatiedashboards 4.6
E-commerce, C2C, C2B, B2C, B2B 4.7
Inter-, intra- en extranet 4.7
Cloud, IaaS, PaaS, SaaS 4.7
Does IT matter (kern artikel van N. Carr, 2003) 4.7
Informatiesystemen, TPS, DSS, MIS/EIS, ERP, CRM 4.7
Componenten van een informatie systeem 4.7
Databasetransacties 4.7
Data-integriteit 4.7
Redundantie 4.7
Referentiële integriteit 4.7
Betrouwbaarheid van data (GIGO) 4.7
Toegangsbeveiliging (verschillende niveaus) 4.7
, Deze samenvatting is gemaakt door Marc van den Berg
1. Samenvatting per focuspunt (week 4.6)
Informatieladder:
De informatieladder zoals die hierboven gepresenteerd is heeft de volgende treden:
1) Feiten: dit zijn gebeurtenissen of omstandigheden die daadwerkelijk gebeuren.
Bijvoorbeeld een auto die 160 km/ uur rijdt.
2) Gegevens: Wanneer feiten op papier of digitaal vastgelegd worden noemen wij dit
gegevens. Gegevens zijn dus registraties van feiten. Bijvoorbeeld wanneer de auto
die 160 km/ per uur rijdt geflitst wordt. Gegevens is niet altijd hetzelfde als data. Als
gegevens met een computer met elkaar in verband worden gebracht, dan spreek je
van data.
3) Informatie: Dit zijn feiten die voor jou van betekenis zijn. Dit is dus ook een groot
verschil tussen gegevens en informatie. Op het internet vind je bijvoorbeeld heel
veel gegevens, maar slechts een klein deel ervan zal voor jou informatie zijn. Of iets
informatie is hangt af van de ontvanger van de informatie. Wanneer het sneeuwt in
Canada is dit geen informatie voor iemand die in Nederland woont.
4) Kennis: vloeit voort uit de informatie, als die is aangevuld met vaardigheden en
ervaringen. Kennis kan zijn dat je weet hoe je een computer moet repareren. In een
organisatie wordt kennis bijvoorbeeld opgeslagen in handboeken, bouwtekeningen
en werkmethoden.
5) Competenties: wat de persoon uiteindelijk doet met zijn kennis. Je hebt
competenties nodig om je werk goed te doen, maar ook in het HBO worden een
aantal competenties verwacht, bijvoorbeeld dat je kunt samenwerken. Maar wat is
nou eigenlijk een competentie? ‘’Een competentie is de combinatie van kennis,
vaardigheden, houding en gedrag die nodig is om een bepaalde beroepssituatie
goed te kunnen functioneren’’
2
Deze samenvatting is gemaakt door Marc van den Berg