College 1 ‘basisprincipes: embryologie en opbouw zenuwstelsels’
Zenuwstelsel kennen een ongelofelijke cellulaire diversiteit
Zenuwstelsel zijn elektrisch
Communicatie met lichaam en connecties vormen tot gedrag
2 principes van toepassing op alle zenuwstelsel
Neuronen zijn dynamisch gepolariseerd (input dendrieten/soma, output axon)
o Dus alle neuronen werken hetzelfde
Er is een gecombineerd/sequentieel elektrische- chemische informatieflow (actiepotentiaal
– neurotransmitter release)
86 miljard neuronen in de hersenen, ongeveer evenveel gliacellen
Een neuronen maakt aan beide kanten contact (input en output)
Neuroanatomie= gaat om de manier waarop groepen neuronen verbonden en georganiseerd zijn
Neuro-architectonische principes van bilateraal symmetrische dieren
Analoge ontwikkeling, een worm lijkt in bepaalde opzichten op mens
Worm is bilateraal symmetrisch dier (doormidden snijdt zijn linker en rechterhelft gelijk)
o Mens ook bilateraal symmetrisch
Worm is ook gesegmenteerd: een serie van min of meer op elkaar lijkende blokjes
Symmetrie betekent dat lichaam rechter en linker helft heeft, middels 3 assen
o Rostro-caudaal
o Dorso-ventraal
o Medio-lateraal
Worm liggend op de grond: (vergelijkbaar met mens)
Centrale neurale massa in de kip = brein/hersenen
Langwerpige neurale massa in de lichaamsmediaan= merg
Verzameling van neurale somata in het lichaam = ganglia
Axonen die het lichaam in gaan = spinale zenuwen en hersenzenuwen
Alle symmetrische dieren hebben feitelijk 3 zenuwstelsel
Centraal zenuwstelsel (CZS): clustering van neuronen in een centraal deel van het dier:
hersenen en ruggenmerg
Perifeer zenuwstelsel (PZS): neuronen in de periferie verbonden met CZS en met
anatomische structuren
Enterische zenuwstelsel (EZS): netwerken van neuronen in de wand van spijverteringskanaal
Vertebraten: het neurale merg/koord verplaatst naar dorsaal (= ruggenmerg)
Invertebraten: merg ventraal van de darm
Embryologie= ontwikkelingsleer (2-8 weken)
, CZS ontstaat als eerst, als dat niet goed gaat dan vaak miskraam
Prenatale ontwikkeling CZS: neurulatie (week 2-3)
Neurulatie= een embryonale laag (neurale plaat) rolt zichzelf op en vormt een buis
Blauwe laag (rug kant) wordt cilinder
In dat blauwe zit vroege neurale buis is een soort tuinslang waar vruchtwater doorheen loopt. Later
wordt hier cerebrospinale vloeistof geproduceerd. Buis bestaat uit 1 laag cellen (stamcellen)
Derest van de blauwe laag is je opperhuid
Belangrijkste principes: groei, differentiatie, vorm
Drastische morfologische veranderingen binnen slechtst een paar weken
o Groei, differentiatie en vormverandering van de wand neurale buis
o ….
Longitudinale ontwikkeling: 3 hersenblaasjes (van rostraal naar caudaal) (embryonale termen)
Prosencephalon (voorhersenen) (meest rostraal (kopkant))
o Groeit naar --> telencephalon (eindhersenen) en diencephalon (tussenhersenen)
o Retina en oogzenuw komen uit diencephalon (dus eig deel van van CZS)
o In de eindhersenen komt er een inkeping in, laterale deel groeit sneller
Mesencephalon (middenhersenen)
Rhombencephalon (achterhersenen) (diamond-shaped)
o Groeit naar --> metencephalon (achterhersenen) en myelencephalon
(ruggenmergachtig brein)
Myelum= ruggenmerg (spinal cord)
Encephalon= in de hersenen
Verschil embryologie en anatomie
Telencephalon --> cerebrum: cortex en nuclei (basal ganglia)
o Begint kleinst, wordt grootst/ ontwikkelt meest (bij mens)
Diencephalon --> thalamus, hypothalamus, epithalamus
Mesencephalon --> middenhersenen (bijv. Tectum)
Metencephalon --> pons en cerebellum
Myelencephalon --> medulla oblongata (verlengde merg)
Ontwikkeling van de holte van de neurale buis: het ventrikelsysteem
Laterale ventrikels (gepaard)
3e ventrikel (ongepaard)
4e ventrikel (ongepaard)
De neurale buis wordt uiteindelijk een gekke structuur waarin het ventrikel terug te vinden is
Meest simpele schema= 3-zone CZS (alleen in ruggenmerg)
Zone 1: cellen op grens met ventrikels= ventriculair (dit wordt ‘epitheel’ van het ventrikel
systeem
Zone 2: neuronen schuiven na differentiatie een zone naar buiten op = intermediaire zone
Zone 3: axonen van deze neuronen groeien op hun beurt uit naar buiten = marginale zone
Migratie van neuronen van neuronen naar de marginale zone (daardoor meerdere lagen)
o Bij mensen veel extra migratie, ontstaan cortex
o 16 miljard neuronen in de cortex
Lissencephalie: is onvoldoende migratie van neuronen naar cortex (glad), achterstand ontwikkeling
Gat in het midden is groot (ventrikels), doordat er minder cellen in de wand zitten
Ventro-dorsale differentiatie van de neurale buis
Neuronen in dorsale intermediaire zone worden sensibele neuronen
Neuronen in ventrale intermediaire zone worden motor neuronen
Scheiding is sulcus limitans, overgang motorisch en sensibel
o Heel duidelijk in ruggenmerg en medulla oblongata, meer rostraal vager
Telencephale ontwikkeling:
Hemisferisatie
Fissura longitudinalis cerebri --> splijt het cerebrum in 2 delen tot corpus callosum
(hersenbalk)
o Niet helemaal door, zodat er nog communicatie tussen links en rechts is.
Fissuur: diepe groeve
De mediaan van het cerebrum (niet-gescheiden deel)
Lamina terminalis: rostrale grens van de embryonale voorgesneden. Brein groeit daar feitelijk
overheen --> van daaruit L-R communicatie ontwikkelt
Holoprosencephalie: aandoening met 1 oog, dus maar 1 ventrikel in het midden, geen hemisferisatie
Sagittale vouwing (C-vorm)
Voorbeelden van structuren met omgekeerde c-vorm: (gebeurt vrijlaat in embryo)
o Laterale ventrikels
, o Nucleus caudatus
o Hippocampus
Fases telencephale ontwikkeling:
Primaire groei
o Hemisferen ontstaan
o Laterale delen groeien sneller: fissura longitudinalis cerebri ontwikkelt
Secundaire groei
o Ontstaan lobi (kwabben)
o Ontwikkeling fissura lateralis
Tertiaire groei
o Gyri, sulci ontwikkelen
o Overgroei diepe delen (bijv. Insula) door cortex
Connectiviteit:
Spectaculaire ontwikkeling van axonale uitgroei: nuclei worden gespleten door axonale
verbindingen tussen gebieden
Myelinisatie:
o Vaak pas na de geboorte
o Hele veel connecties zijn daarom nog niet meteen online
o Sommige connecties pas volledig gemyeliniseerd in het derde decennium
College 2 ‘terminologie en macroscopie’
Mensen hebben een neuroaxis (verlengde ruggenmerg met brein) die het brein in een hoek van
bijna 90 graden maakt.
Terminologie voor richting en positie: er zijn verschillende termen die op elkaar lijken
Relatief:
Dorsaal/ ventraal
Rostraal (snuit)/caudaal
Mediaan/lateraal
Door de kromming van rostraal/caudale as bij mensen staat ventraal/dorsaal haaks op de as
Dorso-ventrale as (ontstaan vanuit ventrale of dorsale deel neurale buis)
CZS longitudunaal x dorsoventraal
Dorsaal ventraal belangrijk, voor motorisch of sensibel
Doorgeknipte buis richting mediale as ventraal.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper sanne.381. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,99. Je zit daarna nergens aan vast.