Thim van der Laan Internationale Hogeschool voor Fysiotherapie
• Leerdoelen Pathologie (‘Share’ programma)
• Semester 1 t/m 4 (2012 – 2014)
Dit document bevat de uitgewerkte leerdoelstellingen van alle OAC lessen Pathologie (theoretische
kennis) uit semester 1 t/m 4. Deze leerdoelstellingen bevatten de stof voor de HOK tentamens en
bieden theoretische onderlegging voor de VDH, HOC en PAS tentamens gedurende de opleiding.
Proef HOK tentamens worden in een apart document aangeboden.
Middels snelkoppelingen kan snel worden genavigeerd tussen de inhoudsopgave en de inhoud.
Gebruikte afkortingen:
PT = Patient
FT = Fysiotherapeut
KIM = Keep In Mind notitie
Fys.i.o. = Fysiotherapeut in opleiding
Feedback kun je mailen naar: enstout@gmail.com.
Veel plezier en succes met je studie!
Erik N. Stout BSc
Inhoudsopgave
Thema 1
• Week 1 Welvaartziekten en Risicofactoren
Terminologie
• Week 2 Signs and Symptoms
Thema 2
• Week 1 Totale Heupprothese (THP)
Terminologie
• Week 2 Beroerte
Terminologie
• Week 3 Voorste Kruisbandletsel (VKB)
Terminologie
Thema 3
• Week 1 Inleiding in de Orthopedie
Terminologie
• Week 2 Fracturen en Luxaties I
Terminologie
• Week 3 Fracturen en Luxaties II: Schoudergordel, Bovenarm & Zenuwletsels
Terminologie
1
Terug naar Boven
,• Week 4 Pees- en spierletsels Schoudergordel en Bovenarm
• Week 5 Fracturen en Luxaties III: Elleboog, Onderarm & Pols
• Week 6 Fracturen van de Carpi en Metacarpi
Terminologie
Thema 4
• Week 1 Degeneratieve aandoeningen Onderste Extremiteit I
• Week 2 Degeneratieve aandoeningen Onderste Extremiteit II
• Week 3 Trauma’s Onderste Extremiteit: Fracturen en Luxaties
• Week 4 Weke Delen Letsels: Heup en Knie
• Week 5 Weke Delen Letsels: Knie, Enkel en Voet
• Week 6 Congenitale Aandoeningen Onderste Extremiteit
Thema 5
• Week 1 Signs and Symptoms: Lage rug- en Nekklachten
Terminologie
• Week 2 Specifieke pathologie: Lumbale Wervelkolom (LWK – ‘lage rug’)
• Week 5 Specifieke pathologie: Cervicale Wervelkolom (CWK – ‘nek’)
• Week 6 Specifieke pathologie: Thoracale Wervelkolom (TWK – ‘borst’) en
andere systemische aandoeningen
Thema 6 (PathoFysiologie)
• Week 1 Impingement Schouder & Fysiologische fasen van bindweefselherstel
diagnostiek
• Week 2 Frozen Shoulder, AC problematiek & Glenohumerale instabiliteit
diagnostiek
• Week 3 Peesklachten als gevolg van overbelasting - diagnostiek
• Week 5 Stress: Structuren van het stressregulatiesysteem; effecten van stress,
De functie van Slaap - diagnostiek
• Week 7 Stress & Chronische Pijn: Functies en fysiologische werking van alle onder-
delen van het stressregulatiesysteem en welke daarvan bijdragen aan het
tot stand komen van chronische pijn – diagnostiek (& prognostiek)
Thema 8
• Oncologie Farmacologie
Introductie in de Oncologie
Terminologie
• Hartrevalidatie Hart- en Vaatziekten
• COPD I COPD pathologie I
• COPD II COPD pathologie II
• Reuma Reumatische Aandoeningen
• Geriatrie Psycho-Geriatrie
2
Terug naar Boven
,Thema 1
Lesdoelstellingen Week 1: Welvaartziekten en Risicofactoren
• Benoem de belangrijkste welvaartziekten en geef hiervan een korte beschrijving.
Angina Pectoris:
Hartkramp door aderverkalking in de kransslagaders. Dit kan uitstraling geven naar de armen,
kaak en rug.
COPD:
Chronic Obstructive Pulmonary Disease - Verzamelnaam voor chronische bronchitis en
longemfyseem (beschadigde/uitgerekte longblaasjes).
Diabetes:
Teveel glucose in het bloed zitten door een tekort aan insuline.
Type 1: Het lichaam maakt geen insuline meer aan;
Type 2: Het lichaam is ongevoelig geworden voor insuline (meest voorkomend).
Arteriosclerose
Slagaderverkalking door plaques.
Etalagebenen
Snelle kramp in je benen a.g.v. te weinig zuurstof – hierdoor verminderde prestatie.
Kanker
Pathologische (onophoudelijke) celdeling
CVA
Cerebro Vasculair Accident: Beroerte (bloedeloze CVA) of Hersenbloeding (Bloedige CVA)
• Wat zijn de belangrijkste risicofactoren van de welvaartziekten?
o Te weinig Beweging
o Roken
o Te veel Alcohol
o Te eenzijdige Voeding / overgewicht
o Stress / slecht Ontspannen
• Welke leefstijlfactoren en persoonsgebonden factoren dragen bij aan gezondheid en
levensjaren?
Persoonsgebonden factoren
• Genetische factoren (ziektes of aanleg hiervoor)
• Bloeddruk
• Cholesterol
• Lichaamsgewicht
• Immuunsysteem
• Persoonlijkheid
• 24 uurs ritme
3
Terug naar Boven
,Leefstijl
• Roken, Eetgedrag
• Omgaan met stress
• Te veel of te weinig lichamelijke activiteit
Onderwerpen
Welvaartsziekten:
Bepaalde benaming voor elk der ziekten welke het gevolg zijn van onder meer het opnemen
van een teveel aan voedsel met teveel vetten. (bron: encyclo.nl)
Risicofactoren:
Factoren die in verband worden gebracht met het zich ontwikkelen van een ziekte.
Ongezond gedrag:
Bewegen (te weinig)
Roken
Alcoholgebruik (te veel)
Voeding (te veel suikers en vetten)
Ontspannen (te weinig c.q. te veel stress)
Terminologie
Bij het zoeken naar oorzaken van ziekten (etiologie) komen diverse medische en epidemiologische
termen voorbij. Beantwoord bij de onderstaande lijst met termen de volgende vragen:
1 Wat wordt precies bedoeld met deze term?
2 Welke definities van deze term worden gebruikt of zijn er in omloop?
3 Welke synoniemen van deze term kom je tegen?
4 Noem de bronnen waar je deze definities gevonden hebt (volledige URL of titel plus
auteurs opgeven met jaar van uitgifte)
5 Waarom denk je dat deze bronnen betrouwbaar zijn en jou de juiste informatie
geven?
Lijst met termen (terminologie)
Medische/wetenschappelijke vakgebieden:
• Anatomie: Ontleedkunde; de leer van de samenstellende delen van levende organismen
(bron: Coëlho, zakwoordenboek der geneeskunde)
• Fysiologie: de leer der levensverrichtingen (bron: Coëlho)
verrichtingsleer; natuurleer (mijnwoordenboek.nl/synoniemen)
De fysiologie is de leer van de activiteiten in het lichaam
van levende organismen. Fysiologie houdt zich bezig met
en bestudeert de normale werking (functie) van de
organen en systemen (voor de FT relevant: van het
menselijk lichaam).
4
Terug naar Boven
, De fysiologie is de biologische wetenschap die de levensverrichtingen (zoals de stofwisseling)
van organismen bestudeert. Terwijl de histologie de structuur van cellen, weefsels en
organen bestudeert en de anatomie de morfologie en de macroscopische structuur
beschrijft, houdt de fysiologie zich bezig met de werking van de stofwisseling en de
mechanismen ervan. (bron: Daphne v. Iwaarden).
• Pathologie: Ziekteleer; het ontstaan en verloop van ziekten/kennis der ziekten – onderzocht
worden de ziekelijke veranderingen in het organisme;
• Etiologie: onderzoekt de oorzaken van ziekten;
Epidemiologie: onderzoekt de frequentie van het optreden van ziekten en de factoren die de
frequentie bepalen (letterlijke betekenis: datgene wat er onder het volk is)
De epidemiologie houdt zich dus niet bezig met de diagnose en behandeling, maar probeert
uit te zoeken wie er door een ziekte getroffen worden en welke factoren dat in de hand
werken of juist niet (leeftijd, geslacht, besmettingsbronnen, voeding, etc.). Statistische
analyses van vaak grote databestanden zijn daarbij een belangrijk hulpmiddel.
• EBM/EBP Evidence Based Medicine / Practice: (letterlijk: Op bewijs gebaseerde
geneeskunst/praktijk). Deze term beschrijft het systeem waarbij zorgverleners beslissingen
nemen die gebaseerd zijn op (klinisch) wetenschappelijke inzichten.
Welvaartsziekten
• Welvaartsziekten: Bepaalde benaming voor ziekten die het gevolg zijn van een leefstijl in
welvarende gebieden, t.w.: te weinig bewegen, roken, te veel alcohol, eenzijdig en vetrijk
eten en slecht of niet (kunnen) ontspannen.
• Kanker: ongeremde deling van cellen
• COPD: Chronic Obstuctive Pulmonary Disease verzamelnaam voor chronische,
onomkeerbare, diffuse vernauwingen van de luchtwegen (bronchitis) en longemfyseem
(kapotte longen)
• Hart- en vaatziekten: Hart- en vaatziekten is de verzamelnaam voor aandoeningen aan het
hart- en vaatstelsel. {voorbeelden hartziekten: Angina Pectoris (hartkramp), Hartinfarct,
Hartritmestoornissen, Hart ontstekingen, Hartfalen, Hartklepaandoening, Hartspierziekte;
voorbeelden vaatziekten: Arteriosclerose (slagaderverkalking), Fenomeen van Raynaud,
Trombose en longembolie, Vernauwing van de beenslagaders, Aneurysma, Spataders,
Vernauwing van de halsslagader)
• Diabetes: Suikerziekte
• Obesitas: Verzucht, corpulentie
• Mortaliteit: {1} sterfelijkheid ; {epidemiologie, 2} het aantal overledenen in een omschreven
populatie in een omschreven periode
• Morbiditeit: {1} frequentie van één bepaalde ziekte in een totale bevolking (populatie); {2}
ziekelijkheid, vatbaarheid voor ziekte; {3} de mate van invaliditeit die overblijft na het
doorstaan van een ziekte
• Incidentie: het aantal nieuwe gevallen van een bepaalde ziekte in een omschreven populatie
gedurende een omschreven periode
5
Terug naar Boven
, • Prevalentie: het aantal gevallen van en ziekte dat in een omschreven populatie in een
omschreven periode voorkomt (periode prevalentie), of dat op één bepaalde tijd voorkomt
(puntprevalentie)
Oorzaken
• Determinanten/Gezondheidsdeterminanten: factoren/gezondheids (risico)factoren
• Genetische factoren: erfelijke factoren/oorzaken
• Risicofactor: factor die mede bepaalt hoe groot het gevaar voor schade, verlies of ziekte is
• Biomedische risicofactoren: [Rode vlaggen] factoren die te maken hebben met het
biologisch proces, zoals genetische stoornissen, infecties, intoxicaties
• Psychosociale of gedragsmatige risicofactor: [gele vlaggen] factoren die te maken hebben
met risicovolle activiteiten (misbruik, mishandeling, verwaarlozing, huiselijk geweld, sociale
deprivatie) al dan niet in combinatie met drug- en/of alcoholgebruik
• Sociale risicofactoren: [blauwe vlaggen] factoren die te maken hebben met sociale
interactie en gezinsinteractie, zoals stimulering en ‘responsiveness’ van de ouder(s) en/of de
omgeving
• Economische risicofactoren: [blauwe vlaggen] Laag gemiddeld inkomen gaat vaak gepaard
met behuizing in een minder veilige buurt (fysieke risicofactor?) met relatief veel snackbars
en afhaalrestaurants en weinig speelplaatsen voor kinderen
• Beroepsmatige risicofactoren: [zwarte vlaggen]
BRAVO
• BRAVO: (slecht) Bewegen, Roken, (te veel) Alcohol, (slechte) Voeding, (slecht) Ontspannen
• Arbeid: Het verrichten van bezigheden in economische zin
• Kracht: Voorwaarde om arbeid te kunnen verrichten / bewegen
• Leefstijl: Min of meer stabiel patroon van gedragingen op het gebied van voeding, kleding,
huisinrichting, relaties en recreatie
• Lichamelijke activiteit: Elke krachtsinspanning van skeletspieren resulterend in méér
energieverbruik dan in rustende toestand
• Fitnorm/NNGB Ziektelast: Minimaal drie keer per week minimaal 20 minuten intensief
lichamelijke activiteit/minimaal vijf dagen per week 30 minuten matige lichamelijke activiteit
(volwassenen)
• Milieufactoren: Niet-erfelijke factoren die ook bepalend zijn voor het ‘fenotype’ (bijv.
voeding, ziekte, verwondingen, licht)
{Het fenotype is het totaal van alle waarneembare eigenschappen (kenmerken) van een
organisme; een voorbeeld is de huidskleur bij mensen. Deze wordt deels door het genotype
bepaald, maar ook beïnvloed door de zon (het milieu). In dit geval heeft dus ook de omgeving
invloed op het fenotype.
Fenotype zou bijvoorbeeld uitgedrukt kunnen worden met de formule:
fenotype = genotype + invloed van buitenaf
• Passief Roken: Blootgesteld worden aan omgevingstabaksrook
• ADL: Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen
Hart- en vaatziekten
6
Terug naar Boven