3.4C Problemen in de Complexe Werkelijkheid
Probleem 1: Just (b)eat it!
LD 1: Wat is anorexia nervosa?
Anorexia Nervosa
❖ DSM-V criteria
➢ Restrictie van energie-inname relatief ten opzichte van wat men nodig heeft
resulterend in een significant laag gewicht, rekening houdend met leeftijd, geslacht,
ontwikkelingsfase en fysieke gezondheid. Een significant laag gewicht wordt
gedefinieerd als een gewicht dat lager is dan normaal of, voor kinderen en
adolescenten, lager is dan wat minimaal verwacht wordt
➢ Een intense angst om in gewicht toe te nemen of dik te worden, of persistent gedrag
dat gewichtstoename belet, terwijl er juist sprake is van een significant laag gewicht
➢ Een verstoring in de manier waarop de patiënt haar/zijn gewicht of lichaamsvormen
ervaart, waarbij er een zeer grote invloed van gewicht en lichaamsvormen is op de
zelfevaluatie of een hardnekkig gebrek aan erkenning van de ernst van het lage
gewicht
❖ Typen
➢ Het beperkende type: dit type vermagert door weinig te eten en veel te bewegen
➢ Het eetbuien-purgerende type: dit type beperkt eveneens haar/zijn voedselinname,
maar heeft bij tijd en wijle eetbuien en purgeert nadien. (Purgeren verwijst naar de
zuivering of reiniging van het lichaam en daaronder vallen alle gedragingen die erop
gericht zijn om het voedsel zo snel mogelijk weer uit het lichaam te verwijderen, zoals
het zelf opwekken van braken en het gebruik van laxantia)
❖ Kenmerken
➢ Gewichtsstatus: significant laag gewicht
➢ Eetbuien
■ Eetbui-purgerend type
■ Vaak subjectieve eetbuien
➢ Gewichtscontrole: persisterend gedrag dat gewichtstoename belet
■ Restrictief/beperkend (vasten, bewegen)
■ Eetbui-purgerend (braken, laxantia)
➢ Lichaamsbeeld: zelfevaluatie beïnvloed door gewicht en lichaamsvormen
❖ Fasen
➢ Eerste symptomen
➢ Volledig beeld
➢ Autoregulatie van de stoornis (kan worden voorkomen met hulp)
➢ Cerebrale atrofie (kan worden voorkomen met hulp)
❖ Symptomen
➢ Angst (soms leidend tot purgeren)
➢ Verminderd eten/drinken
➢ Verandering in eetgedrag (kleine happen, traag eettempo, voedsel verkruimelen,
vegetarisch worden)
➢ Gewichtsafname
■ Te weinig eten
■ Wel trek
■ Wel bezig met eten/gewicht
■ Onderschatten van ernst
➢ Hoofd vol (di)eetgedachten (erger bij of na eten)
➢ Controleverlies (glijbaan-effect: versnelling)
➢ Verstoorde terugkoppeling
■ Lager gevoel van honger
■ Hoger gevoel van vol zijn
1
, ■ Onderschatten (onder)gewicht
■ Foppend spiegelbeeld
■ Geen moeheid
➢ Bewegingsonrust
■ Veel bewegen
■ Rusteloosheid
➢ Vergelijkend denken
➢ Menstruatie verdwijnt
❖ Lichamelijke gevolgen
➢ Cardiovasculair: afname van gewicht
■ Fysiologische gevolgen van ondergewicht (buitenkant)
■ Pathologie (binnenkant)
➢ Endocrinologisch: ontregeling van hormonale systeem
➢ Orofaciaal: erosie van het tandglazuur (indien sprake van braken), beschadiging van
gehemelte (gebruik van voorwerpen om te braken)
➢ Gastro-intestinaal: sneller gevoel van vol zijn
➢ Hematologisch-immunologisch: suppressie van immuniteit
➢ Neurologisch: lagere spanningsboog
➢ Renaal-urologisch: stoornissen in de nieren
➢ Huidafwijkingen: droge huid
LD 2: Wat zijn de omgevingsfactoren en hoe hebben deze invloed op de uitingen van anorexia
nervosa?
Etiologie
❖ Biogenetisch
➢ AN is erfelijk → genetische kwetsbaarheid
➢ Rol van serotonine
■ Predisponerend: verhoogt de kwetsbaarheid voor ontwikkelen
■ Onderhoudende: verhoogd activiteit leidt tot gevoel van verzadiging en een
angstig vermijdend temperament
➢ Afwijkingen in de hypothalamus
■ Mensen met AN hebben acute stress continu
■ Onderproductie van cortisol
➢ Afname lepteniveau als gevolg van ondergewicht
■ Honger- en verzadigingsgevoel raakt ontregeld
■ Toename hyperactiviteit
➢ Ghreline: hormoon dat honger veroorzaakt
■ Gewichtsverlies zorgt voor minder aanmaak van dit hormoon → minder
honger
❖ Cognitief
➢ Disbalans: honger, verzadiging, inspanning, vermoeidheid en zelfgevoel
➢ Terugkoppelingsmechanismen functioneren slecht
➢ Somberheid, concentratieproblemen, snelle irritatie, vergeetachtigheid,
doorslaapproblemen
➢ Slechter presteren op sensomotorische snelheidstaken, grotere gevoeligheid voor
interfereren en moeite met flexibel wisselen van taken
❖ Sociocultureel: AN wordt niet veroorzaakt door een specifieke gezins- of sociale cultuur →
waarschijnlijk wel door de heersende maatschappelijke cultuur
Risico- en beschermfactoren
❖ Risicofactoren
➢ Geslacht: meisjes en homoseksuele mannen
➢ Leeftijd: adolescentie
2
, ➢ Sociale druk om dun te zijn, internalisering van slankheidsideaal, perfectionisme →
intense ontevredenheid over eigen lichaam, te realistisch beeld van eigen lichaam
(zien eigen imperfecties te veel)
➢ Lijngedrag: cognitieve en fysiologische gevolgen → stimuleren van eetlust
■ Cognitief
● Te strike lijnregels → wordt snel overtreden → faalervaring →
controleverlies
● Intense emoties → controleverlies → impulsiviteit
■ Fysiologisch → serotonine: belonend gevoel en hongergevoel
➢ Seksueel misbruik
➢ Biologische kwetsbaarheid → deels erfelijk
❖ Beschermende factoren
➢ Beoefenen van sport
➢ Hoge zelfwaardering
➢ Optimistische levensvisie (niet onderzocht)
➢ Hogere frequentie van gezinsmaaltijden
Algemene verklaringen (er is niet 1 oorzaak)
● AN is een hypofyseaandoening
● Psychoanalytisch gedachtegoed: onbewuste angst voor orale bevruchting, seksualiteit en
volwassenheid
● Sociocultureel: AN is een psychosomatische ziekte
● Psychosomatisch gezin: pathologisch gezinsfunctioneren
● Belonen en straffen: kind maakt verkeerde keuzes
● Relatie AN en culturele druk om slank te zijn
Modellen voor verklaringen
❖ Cognitief-gedragstherapeutische model
➢ Minder belangrijke rol van piekeren over lichaamsvorm en gewicht
➢ Extreme behoefte aan controle staat centraal
❖ Transdiagnostisch model
➢ Model waar alle eetstoornissen in passen
➢ Zelfwaardering is ook aanwezig
❖ Interpersoonlijk kwetsbaarheidsmodel: verstoringen in de vroege ouder-kindrelatie leiden tot
onveilige hechting → verstoringen in het zelfbeeld → inadequate emotieregulatiestrategieën
→ eetproblemen
3
, Onbegrensde lichtheid; neurobiologie en anorexia nervosa (Elburg, 2008)
❖ Structureel: CT-onderzoeken
➢ Vergroting van de sulci
➢ Verwijding van ventrikels
❖ Functioneel: inconsistent
❖ Neurofysiologie
➢ Verminderd vermogen tot set-shifting: vermogen om flexibel te wisselen in gedrag en
gedachten bij het doen van taken en de daarbij benodigde oplossingsstrategieën
➢ Uitval op aandachtstaken, verbale problemen, geheugenproblemen en lagere scores
op visueel-ruimtelijke taken
❖ Neuro-endocrinologie
➢ Ons lichaam is in balans → je eet als je honger hebt; als je wil afvallen, eet je minder
➢ Om af te vallen, is enorm veel wilskracht nodig of een ziekte
LD 3a: Wat is het effect van “alcoholgebruik van de moeder” op de ontwikkeling van kinderen met
anorexia nervosa?
Very preterm birth, birth trauma and the risk of anorexia nervosa among girls (Cnattingius et al. 1999)
4