Hoorcollege 1; ontwikkeling, bouw en functie
Functies nieren
1. Excretie
a. Metabolieten
b. Medicatie en toxinen
2. Homeostase
a. Volume
b. Osmolariteit
c. Elektrolyten
d. Bloed pH
3. Endocrien
a. Erythropoëtine
b. Renine (RAAS)
c. Prostaglandine
d. Calcitriol (Vit D)
Hoe ontstaan de nieren
Ze ontwikkelen uit intermediair mesoderm, deze ‘nefrogene lijst’ loopt
van de halsregio naar caudaal. Hierbij ontstaan verschillende gebieden,
van craniaal naar caudaal;
- Pronephros; aanzet tot ontwikkeling, bij lagere dieren nog vaak
wel een echte functie, bij zoogdieren niet.
- Mesonephros; functionele nier in embryonale fase
o Amfibieën en vissen
- Metanephros; functionele nier in volwassen dieren
o Reptielen, zoogdieren en vogels
Ontwikkeling metanephros
De oerbuis (ductus mesonephricus) voerde urine af van de
mesonephros. Uit deze ductus onstond een knop, de uretherknop.
De groeide richting het toekomstige nierweefsel, de metanefrogeen
blasteem. Als de knop aan is gekomen bij het blasteem, gaat hij zich
steeds meer vertakken. De cellen rondom de vertakkingen gaan zich
ook differentiëren en vormen zich langzaam tot een buis. Dit buisje
gaat uitgroeien en daaruit ontstaan de; proximale tubulus, Lis van
Henle en de distale tubulus
Bij vrouwtjes verdwijnt de ductus mesonephricus, bij mannetjes blijft deze als onderdeel van het
voortplantingsstelsel.
,De uretherknop splitst zich steeds verder op en aan het uiteinde van die splitsingen
gaan de cellen differentiëren. Daaruit ontstaat een buisvormige structuur, deze gaat
uiteindelijk aansluiten op de verzamelbuizen naar de ureter toe. Er ontstaat een
trechter rondom endotheel cellen (bloedvat) en deze gaan dan ontwikkelen tot een
glomerulus. Je hebt dan een glomerulus en een tubulus die aansluit op de
verzamelbuis.
Ureterknop vormt; Metanefrogeen blasteem
vormt;
- Verzamelbuizen
- Nierbekken en kelkjes - Nefronen
- Interstitium en kapsel
In de vroege ontwikkeling worden de nieren heel erg gelobd
aangelegd, maar later versmelten ze via secundaire fusie van de
nierlobben (van buiten naar binnen). Dit is echter diersoort
verschillend. De ureterknop zet omgevende cellen aan tot
differentiatie en daaruit komen uiteindelijk allerlei structuren
die weer uitmonden in de ureter. De mate van fusie heeft geen
invloed op de functie van de nier. De fusie begint met de
oppervlakte (buiten) en in de meest uitgesproken vorm zullen al
die papillen ook 1 nier vormen zoals bij paard (binnen)
Papillair zegt iets over de binnenkant, gelobd of glad over de
buitenkant.
Gelobd, multipapillair;
- Honderden/duizenden lobjes Glad, mulipapillair
(zeezoogdier)
- Gladde buitenkant
- 12-25 lobben (rund)
- Papillen niet gefuseerd
- Druiventros
- Calyces-nierbekken-ureter
- Geen (echt) nierbekken
- Varken, mens
- Calyces-gangensysteem-ureter
Glad, unipapillair
- Gladde buitenkant
- 1 papil; crista renalis
- Vleeseters, kleine herkauwers en paard
,De nieren ontstaan helemaal caudaal in het bekken gebied en uiteindelijk liggen ze veel verder naar
craniaal. Er vindt dus een relatieve migratie plaats; hij migreert dus niet actief, maar het lichaam groeit
verder naar achteren waardoor er dus een relatieve migratie is.
De nieren liggen retroperitoneaal; niet volledig omgeven door
peritoneum. De ventrale zijde van de nieren liggen in het peritoneum,
maar in de dorsale kant liggen ze tegen de wervelkolom aan. Bij alle
diersoorten geldt dat de rechter niet meer naar craniaal ligt.
Rund; R 13e thoracale wervel, L 3e lumbale wervel
Nefron = functionele eenheid van de nier waar de processen plaats vinden; filtratie.
Het aantal is diersoort afhankelijk. Het bestaat uit de volgende onderdelen;
- Nierlichaampje; glomerulus + kapsel van Bowman; hierin vindt filtratie plaats en dat wordt dan
opgevangen in het kapsel van Bowman.
- Proximale tubulus; resorptie van filtraat
- Lis van Henle;
- Distale tubulus; resoprtie van filtraat
De nier heeft een enorme overcapaciteit → daarom kan je een
nier doneren zonder er last van te hebben. Echter als je nier
beschadigd wordt, kunnen je nefronen niet meer regenereren.
De nier bestaat uit de medulla (merg) en de cortex (schors). In de
cortex liggen de nierlichaampjes; dus de glomerulus met
daaromheen het kapsel van Bowman.
Je hebt verschillende soorten nefronen
1. Juxtamedullaire nefronen; deze liggen dicht bij de medulla en hebben
een lange lis van Henle.
2. Corticale nefronen; kortere lis van Henle en zijn dus minder belangrijk
voor het opbouwen van een gradiënt
Glomerulus met een afferente en efferente arteriole die je beiden apart kan
reguleren. Het is een netwerk van bloedvat met daaromheen epitheelcellen;
podocyten. Het bloed wordt dan gefiltreerd door het endotheel om de
bloedvaten heen en dan aan de buitenkant zitten de podocyten wat nog dient
als filter want niet alles kan er doorheen.
, Juxtaglomerulaire apparaat; VOOR FUNCTIE ZIE VOLGENDE HC
- Regulatie voor de regulatie van de GFR; glomerulaire filtratie rate. De distale tubulus ligt heel
dicht tegen de glomerulus aan door de vorm van het nefron en ze communiceren hierdoor met
elkaar; paracrien.
- Macula Densa; deze meet iets in de distale tubulus???
o Distale tubulus
o Na/ K/ 2Cl tansporter (NKCC)
- Juxtaglomerulaite cellen (granulaire cellen)
o Geven renine af
- Extraglomerulaire mesangiumcellen
Proximale tubulus; eerste deel van het buisje
- Reabsorptie; >60% water + opgeloste stoffen. Dit gebeurt iso-osmotisch; je haalt de deeltjes
eruit en het water volgt de osmotische gradiënt. Om dit goed te doen heb je veel oppervlak
nodig, dus je hebt net zoals in de darmen microvilli.
- Secretie
- Brush-border
Lis van Henle; woestijndieren hebben een lange Lis van Henle voor goed uittreden water
- Concentratie gradiënt merg
- Afdalend dun; permeabel voor water (osmose)
- Opstijgend dik; actief NaCl transport en impermeabel voor water
- Counter Current Multiplication
Proximale tubulus veel resoprtie, Lis van Henle belangrijk voor concentratie gradiënt en in de distale
tubulus ook wat reabsorptie.
Verzamelbuizen; De verzamelbuizen zijn gevoelig voor ADH (antidiuretisch hormoon ofwel
vasopressine) dat door de neurohypofyse wordt afgegeven. ADH kan binden en zorgen dat er
aquaporines worden ingebouwd in de verzamelbuis, dit zorgt ervoor dat deze doorlaatbaar zijn voor
water en dat er osmose plaatsvindt.
Vascularisatie van de nieren
Je hebt een a. renalis die zich vertakt en dan via de venen terug gaat naar de v. renalis.
Sommige dieren hebben nog een soort poortadersysteem, maar zoogdieren hebben dit
niet. Normaal heb je een arteriole die over gaat in het veneuzesysteem, maar bij de
nieren heb je dus ook nog na de glomerulus een arteriole die je op en en dicht kan
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Jorien01. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.