Qing dynastie
Keizer met hoogste ambtenaren die mandarijnen heten, deze moesten een examen maken
over de leer van Confucius (eens in de 3 jaar en moeilijk), hierdoor is het bestuurssysteem
stabiel.
Het is ook stabiel door het hemels mandaat > de keizer wordt gesteund door de hemel.
Confucianisme: juiste gedrag, wat u voor uzelf niet wenst, wenst een ander ook niet
- De leer van 5 menselijke relaties (broer, vader/zoon, trouwen) > dit moest zorgen
voor harmonie maar zorgde soms tot verstarring.
- Hogere: vriendelijk, lager: gehoorzaam en toegewijd.
- Tradities en rituelen zorgden voor het voortleven ervan
China en het westen
Vanaf de 16e eeuw, meer handel maar Europeanen mochten niet in China, alleen factorijen
aan de kust > ziet zichzelf als superieur.
Problemen in de Qing dynastie
Gezag nam rond 1800 steeds verder af, oorzaken:
- Intern: politieke crisissen (opstanden), corruptie (ambtenaren), hongersnoden
(mislukte oogst).
- Extern: in het westen wetenschappelijke en industriële revolutie > Europa had een
technologische voorsprong en was veel sterker, dit zorgde voor modern
imperialisme.
(de moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie)
- Engeland wil graag handel en invloed afdwingen, dit doen ze door heel veel opium te
verkopen voor veel geld, China maakt nu verlies > sociale ontwrichting. De Chinese
regering verbiedt de opiumhandel.
1839: de keizer vernietigd heel veel opium > de Britten zijn woest en starten de eerste
opiumoorlog (1839-1842). De Engelsen waren veel sterker dus China verloor, dit leidde tot
een vredesverdrag van Nanking (1842) hier stond in dat:
- Schadevergoeding betalen aan de Britten
- Hongkong geven aan de Britten
- 5 verdragshavens openstellen voor de Britten
- Toestaan dat Britse kooplieden hun gang konden gaan
Dit verdrag is een van de eerste ongelijke verdragen, Frankrijk en de VS volgen en krijgen dus
meer invloed in het oosten van China.
Tweede opiumoorlog (1856-1860): China wil zich weer verzetten tegen de opium oorlog
maar verliest weer, de invloed van buitenaf nam nog meer toe, nog meer havens.
, Chinees-Japanse oorlog (1894-95) > meer invloed van buitenland (GB, VS, FR, RUS, JP, namen
zelfs taken over als importheffingen)
Het binnenlandse verzet en kritiek begint toe te nemen, ze zijn boos op het falende centrale
gezag en de slechte economische positie door de boeren (doordat gele) rivier overstroomd
was) en buitenlandse invloeden.
Nian opstand (noord) (1851-1868)
Wie > plunderende bendes, stelen van rijken en geven aan armen
Wat > geen politiek programma, voedsel en rijkdommen veroveren van Qing (geen
toekomstplannen.
Waarom mislukt > niet samengewerkt, Qing is te sterk.
Gevolgen > financiële schade.
Taiping opstand (zuiden) (1850-1864)
Wie > Hong xiuquan (christelijke sekte), vooral boeren en tegen de Qing dynastie
Wat > afschaffing confucianisme, opheffing ongelijke verdragen, gelijkstelling van mannen
aan vrouwen.
Waarom mislukt > niet samengewerkt met Nian, westen helpt Chinese keizer (opstand is
slecht voor handel).
Gevolgen > 20 miljoen doden.
KA: (Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme (tijdvak 9))
Reactie van Chinese overheid op tegenslag:
Zelfversterkingsbeweging (1861-1895)
Beweging van de regering waarbij China alleen gered kon worden met de westerse techniek
en industrie, maar met nieuwe bloei van confucianisme.
Wat wilde de beweging > militaire en industriële modernisering (fabriek schepen etc.),
betere betrekking met het westen (onderwijssysteem en boeken vertalen)
Voorbeeld: westers Japan: snelle modernisering, militair, snelle industrie.
Probleem China: een botsing van waarden (Traditie vs. Nieuw)
- Onderwijs wordt negatiever gezien dan confucianisme
- Westerse militairen winnen niet van mandarijnen
- Industrie werd door ambtenaren gecontroleerd waardoor landbouw beter werd
gevonden.
- Mislukt definitief na Chinees-Japanse oorlog (1894-1895) met als gevolg verlies van
oorlog en respect waardoor GB FR en VS meer gaan mengen.
KA: (Moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie)
Keizer gaat toch proberen hervorming te maken > weerstand bij de conservatieven +
landloze boeren > gaan zich verzetten wat leidt tot de bokseropstand.