100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting - Neurogene taalstoornissen €4,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting - Neurogene taalstoornissen

 6 keer bekeken  0 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling

Deze samenvatting is gebaseerd op de PowerPoints en de notities uit de les.

Voorbeeld 4 van de 57  pagina's

  • 10 augustus 2023
  • 57
  • 2022/2023
  • Samenvatting
avatar-seller
Samenvatting neurogene taalstoornissen
Examen:

- Geef de route voor … (bv. luidop lezen)
- Als er 2 mogelijke modules zijn in route waar fouten kunnen schrijf je VAS en/of FS
- Welke modules doorloop je bij auditief begrip/…?
- Afkortingen van de modules mogen maar wel legende maken
- Stel test samen voor auditief taalbegrip, hoe kan je semantiek testen? Maak zelf een
screeningsbatterij met 3 testen die zowel fonologie, syntaxis en semantiek meet. Wat kan
cognitieve screening inhouden? Licht toe waarom lijnbissectietaak opgenomen is binnen
cognitieve screening v CAT-NL
- Behandelmateriaal: casus, wat is volledige naam van test (bij zien van afkorting), ik heb dit
afgenomen, wat zou je nog afnemen om alle domeinen v ICF te onderzoeken
- Stel je maakt zelf testmateriaal voor woordniveau. Hoe zit de opbouw in elkaar
- Wat maakt woordvinding moeilijker en makkelijker?
- Casus afasiepatiënt met bepaalde taalmodaliteiten: je moet weten welke testen welke
taalmodaliteiten meten en wat moeilijk/makkelijk is
- Geef 5 aandachtspunten die volgens jullie zinvol zijn bij auditief begrip
- Idem voor woordvinding, zinsbouw, begrijpend lezen en schrijven
- Geef 5 behandelmaterialen / oefeningen die volgens jullie bruikbaar zijn bij fonologische
stoornissen
 Idem voor lexicaal-semantisch stoornissen en morfo-syntactische stoornissen
 Voor persoon met globale afasie
 Voor (thuis)werk

1. NAH
1.1. Wat?
- NAH = niet-aangeboren hersenletsel
 Engels ‘acquired brain injury’ (ABI)
 ‘parapluterm’: alle na de geboorte verworven hersenbeschadiging van gelijk welke
oorzaak

1.2. Komt het vaak voor?
- Incidentie: aantal gevallen dat er elk jaar in een bepaalde regio bijkomen, nieuwe gevallen
(bv. 28/100 000 bijgekomen in 2004 in België)
- Prevalentie: voorkomen van een aandoening op een bepaald moment in een bepaalde regio
(bv. 183/100 000 mensen met NAH in 2004 in België)
- Tekort aan data incidentie en prevalentie
 NAH is een parapluterm dus weinig afbakening
- Voorwaarde: uniforme definitie en afbakening
- Invloed ‘vergrijzing’
 Toename NAH door vergrijzing. Hoe ouder je wordt, hoe meer kans op een NAH




1

, 1.3. Oorzaken
NAH is een parapluterm en kunnen we opsplitsen in 2 oorzaken:

- Traumatische hersenletsels: door
gebeurtenis van buitenaf (bv. kogel in
hoofd, op hoofd vallen, ongeluk)
- Niet-traumatische hersenletsels: niet
door oorzaak van buitenaf
 CVA: cerebro vasculair incident
o Veroorzaakt door
bloeding
o Veroorzaakt door
infarcten: moment van
zuurstoftekort in
hersenen
 Tumoren
 Infecties
 Intoxicaties
 Degeneratief

1.3.1. Niet-traumatisch
1.3.1.1. CVA
Veroorzaakt door bloeding

- Hemorragisch CVA = bloeding (!!!)

Voor we de soorten bloedingen bespreken. Moeten we de hersenvliezen (=meningen) bekijken. We
hebben 3 soorten. Deze 3 vliezen bevinden zich tussen de hersenen en de schedel. Hieronder zijn ze
van buiten naar binnen genoteerd (schedel  hersenen)
- Dura mater: harde hersenvlies
- Pia mater: zacht hersenvlies
- Arachnoied: spinnenwebvlies

Soorten bloedingen

- Subarachnoïdaal: bloeding tussen pia mater en arachnoied
- Intracerebraal: bloeding binnen de grote hersenen
- Intracerebellair: bloeding in cerebellum
- Intraventriculair: bloeding in ventrikels
- Subduraal hematoom: bloeding tussen arachnoied en dura mater
- Extraduraal/epiduraal hematoom: bloeding tussen schedel en duramater

Oorzaak van een bloeding:

- ruptuur aneurysma: verzwakking in ader. Door druk van bloed kan zakje uitzetten. Op
gegeven moment zal het scheuren en dan is er een bloeding. Ruptuur (scheur), aneurysma
(zakje)
- angiomen: kluwen/knoop van lymfe en aders. Hiermee wordt je geboren. Daar kan makkelijk
een bloeding ontstaan door verzwakking van de aders



2

, - arteriosclerose: aderverkalking naarmate we ouder worden en invloeden van buitenaf. Aders
worden fragieler en kunnen scheuren

Veroorzaakt door infarct

- Ischemisch CVA = infarct (!!!)
 Te weinig zuurstof. Zuurstoftoevoer naar hersenen komt in gedrang
- Oorzaken:
 Trombose (= bloedklonter): Door ouderdom en levensstijl kan dit ontstaan. De aders
vernauwen door ophopingen, maar het bloed blijft snel en met veel druk erdoor
stromen. Daardoor kan een trombus/ophoping losschieten. Die gaan mee met de
stroom maar die kan vast komen tussen andere ophopingen. Bloed kan niet meer
door. Waar geen bloed is is er een trombosezone. Kan in hersenen loskomen
 Embolie: als bloedklonter (trombus) los schiet en stroomt mee naar nauwere aders.
Als ze daar zorgen voor infarct noemen we embolie. Uit ander deel dan hersenen
komt bloedklonter los.
 TIA (transient ischemie attack): van voorbijgaande aard. Je hebt uitval maar dit komt
spontaan goed. Meestal voorloper op iets erger zoals CVA. Klonter die vanzelf oplost
in bloedbaan. Zorgt even voor opstopping maar bloed duwt propje verder
≠ CVA: CVA heeft blijvende schade door infarct of bloeding

Het is belangrijk om tijdig te reageren bij een infarct. Je controleert het door (FAST):

- Is er een asymmetrie in het gezicht?
- Kan hij/zij zijn arm opheffen? (motoriek controleren)
- Spreekt hij/zij raar, gebruikt hij/zij andere letters of benoemt hij iets met een anders woord?

1.3.1.2. Tumoren
- Tumor: ruimte innemend proces. Geen plaats voor in hersenen om uit te zetten dus gaat ten
koste van gezond hersenweefsel
 Primair: zonder uitzaaiing, ontstaan binnen zenuwstelsel
 Secundair: met uitzaaiingen, ontstaan in andere weefsels en drongen zenuwweefsel
binnen
 Meningeoom: betere prognose, op alle plaatsen waar hersenvliezen zitten, ook
ruggenmerg
 Glioom: kwaadaardigste, ook bij behandeling komt het terug. Kan overal voorkomen
in hersenen
 Intracraniale tumor: tumor ontwikkelt binnen schedel. Binnen schedel is er
verstoring van hersenen op 3 manieren. Schedel kan niet uitzetten dus ten koste van
gezond hersenweefsel
o Samendrukken omringende structuren
o Bloedcirculaties en cerebraal vocht belemmeren
o Hersencellen zelf aantasten

1.3.1.3. Infecties
- Wanneer virussen of bacteriën het weefsel binnendringen en zich vermenigvuldigen.
- Meningitis: ontsteking v hersenvliezen
- Encefalitis: ontsteking v hersencellen
- Myelitis: ontsteking v ruggenmerg



3

, - Als door een infectie/ontsteking weefsel afsterft ontstaat een abces. Het is een steeds groter
wordende holte met etter. Als het abces in de hersenen zit kan het dezelfde symptomen
veroorzaken

1.3.1.4. Degeneratieve stoornissen
Progressieve en irreversibele beschadiging zenuwcellen

- Bv. dementie, Alzheimer, Parkinson
- Schade in hersenen kunnen we niet terugkeren

1.3.1.5. Intoxicatie
Hersenen kunnen verstoord geraken door vergiftiging/intoxicatie. Giftige stoffen/toxines

- Geproduceerd in lichaam: door teveel stress
- Van buitenaf via inname: drugs, alcohol, geneesmiddelen

1.3.2. Traumatisch
Craniocerebrale traumata (letsel v schedel en hersenen)

- Schedeltrauma
 Gesloten fractuur: barst, hersenen niet in buitenlucht
 Open fractuur: hersenvlies zien, hersenen in buitenlucht
- Hersentrauma
 Letsels
o Hersenschudding (commotio cerebri): geen beschadiging v weefsel, van
voorbijgaande aard
o Hersenkneuzing (contusio cerebri): lichte beschadiging v weefsel, letsel
ontstaat
o Laceraties: scheuren
 Oorzaak
o Directe beschadiging: schotwond
o Indirecte beschadiging
 Acceleratie- (versnelling) en deceleratieletsel (vertraging):
 Acceleratie: schedel wordt door object in beweging
gebracht
 Deceleratie: hersenen zijn in beweging en worden tegen
schedel gedrukt door plotse stilstand (coup: eerste impact).
Soms ook letsel aan tegenovergestelde kant (contre-coup
letsel = terugstoot-letsel)
 Diffuse axonale letsels (DAI): door snelheid kunnen axonen
scheuren en afsterven, verspreid over hersenen

1.4. Gevolgen
- Focale versus diffuse schade
 Focale: lokaal, op een bepaalde plaats
 Diffuse: verspreid over verschillende delen, meer gevarieerde uitval, verspreid in
hersenen
- Afhankelijk lokalisatie letsel(s)
 links (taalproblemen), achteraan (visueel)



4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper juliedc47. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 52510 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,49
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd