Uitwerkingen van de kennisclips van Cyclus 1.1.4 Fysiologie WEEK 19 (LTK 1.2 De Gezonde Mens) aan de Rijksuniversiteit Groningen uit Bachelor 1/ Propedeuse Collegejaar .
Het hart is verantwoordelijk voor het rondpompen van bloed.
Er zijn 2 bloedsomlopen:
- naar longen
- naar het lichaam
Er zijn 2 harthelften:
1. rechter harthelft pompt van het lichaam naar de longen toe.
2. linker harthelft pompt van de longen naar de rest van het lichaam.
Om dit te kunnen doen heeft het hart allemaal bloedvaten die ernaartoe en er vanaf lopen.
De bekendste is de aorta.
Aorta is de grootste slagader van het lichaam.
Aorta zorgt voor O2-rijk bloed voor het hele lichaam.
Als het bloed door het hele lichaam is geweest, komt het O2-arm bloed weer terug naar het hart via de vena
cava/ v. cava.
Bloed uit de onderste lichaamshelft zal via de onderste vena cava/ vena cava inferior/ v. cava inferior
terugkomen naar het hart.
Bloed uit de bovenste lichaamshelft zal via de bovenste vena cava/ vena cava superior/ v. cava superior
terugkomen naar het hart.
Vervolgens zal het bloed naar de longen gepompt worden via de longslagader/ arteria pulmonalis/ a.
pulmonalis.
Longslagader/ arteria pulmonalis/ a. pulmonalis splitst al snel naar de linker en rechter om naar de long te
gaan.
Voor de splitsing heet het de truncus pulmonalis.
Daarna de linker longslagader/ arteria pulmonalis sinistra/ a. pulmonalis sinistra en de rechter longslagader/
arteria pulmonalis dextra/ a. pulmonalis dextra.
Na de longen zal het bloed terugkomen naar het hart via de venae pulmonales sinistra en de venae
pulmonales dextra.
Het binnenkant van het hart ziet er als volgt uit:
- tussenschot/ septum
- linker atrium
- linker ventrikel
- rechter atrium
- rechter ventrikel
Om de bloeddoorstroming te regelen zit er kleppen in het hart:
- mitralisklep (tussen de linker atrium en linker ventrikel)
, - tricuspidalisklep (tussen de rechter atrium en rechter ventrikel)
- aortaklep (tussen de linkerventrikel en aorta)
- pulmonalisklep (tussen de rechterventrikel en arteria pulmonalis)
De mitralisklep en de tricuspidalisklep zijn de atrioventriculaire kleppen.
Atrioventriculaire kleppen lijken een beetje op fliebertjes die zijn opgehangen aan draadjes.
Deze fliebertjes bewegen heen en weer tijdens de hartslag.
De ophangdraadjes houden ze tegen, zodat ze de kleppen niet richting de atrium gaan.
Hierdoor wordt bij druk in de ventrikel de klep gesloten, waardoor het bloed niet terug kan stromen door het
atrium toe.
Maar in de goede richting wordt geduwd.
De ophangdraadjes heten chordae tendineae.
Chordae tendineae zijn kleine pezen.
Om de pezen op spanning te houden tijdens de samentrekking van het hart zitten er kleine spiertjes bij het
uiteinde, de musculi papillares.
De aortaklep en de pulmonalisklep zijn semilunaire kleppen.
Semilunaire kleppen betekent halvemaanvormige kleppen.
Semilunaire kleppen zijn 3 halve maantjes.
Semilunaire kleppen zorgen ervoor dat het bloed niet terugstroomt van de slagader naar het hart.
,KENNISCLIP HART: ACTIEPOTENTIALEN
In het hart zijn er 2 typen cellen:
1. myocardcellen
2. geleidingssysteem (geel)
- sinoatriale knoop (SA-knoop)
- atrioventriculaire knoop (AV-knoop)
- Bundel van His
- Purkinje cellen
Myocardcellen zijn cellen met contractiele eiwitten.
Contractiele eiwitten zijn verantwoordelijk voor de pompfunctie van het hart.
2e type cellen behoren tot het geleidingssysteem.
Dit zijn cellen die verantwoordelijk zijn voor het hartritme.
Beide typen cellen communiceren via elektrische signalen/ actiepotentialen.
Deze elektrische signalen zijn het gevolg van ionbewegingen via kanalen in de celmembraan.
,Vorm van actiepotentiaal is verschillend voor deze 2 typen cellen.
Actiepotentialen in de myocardcellen hebben 4 fasen:
- Fase 4 = rustmembraanpotentiaal
- Fase 0 = depolarisatie (Na+ influx (snel))
Na depolarisatie openen spanningsafhankelijk Na+-kanalen.
Na+-ionen stromen naar binnen.
Binnenkant van de cel gaat nog meer depolariseren, wordt meer positief.
Uiteindelijk leidt dat tot opening van nieuwe Na+-kanalen.
Er ontstaat een positief membraanpotentiaal.
- Fase 1 = initiële repolarisatie (Na+ inactivatie en K+ efflux)
Na verloop van tijd gaan spanningsafhankelijke K+-kanalen open.
K+-ionen stromen naar buiten.
Dit zorgt voor de repolarisatie.
- Fase 2 = plateau (Ca2+ efflux (L-type) en K+-efflux)
Opening van spanningsafhankelijke Ca2+-kanalen.
Ca2+-ionen stroomt naar binnen.
K+-kanalen zijn nog steeds geopend.
K+-ionen stromen naar buiten.
Deze twee heffen elkaar een beetje op, daarom is er sprake van een plateaufase.
- Fase 3 = repolarisatie
Er zijn verschillende typen K+-kanalen.
Deze verschillende typen gaan steeds achter elkaar open.
Waardoor na de plateaufase nog steeds sprake is van repolarisatie.
Dit zorgt er uiteindelijk voor dat de cel weer terugkomt in fase 4.
- Fase 4 = rustmembraanpotentiaal
,Actiepotentialen in de cellen van het geleidingssysteem heeft een hele andere vorm.
Bij actiepotentialen in de cellen van het geleidingssysteem zijn fase 1 en fase 2 zijn niet aanwezig.
Fase 1 is initiële repolarisatie.
Fase 2 is plateau.
Bij actiepotentialen in de cellen van het geleidingssysteem wordt tijdens fase 3 hele speciale kanalen geopend.
Actiepotentialen in de cellen van het geleidingssysteem bestaat uit:
- Fase 0 = depolarisatie
Depolarisatie is het gevolg van opening van spanningsafhankelijke Ca2+-kanalen.
Ca2+-ionen stromen de cel in.
Binnenkant van de cel wordt positief.
- Fase 3 = repolarisatie (K+ efflux en Ca2+ inactivatie)
Na verloop van tijd gaan K+-kanalen open.
De cel gaat repolariseren.
Tijdens de repolarisatie, op het moment dat de cel meer negatief wordt dan -50 mV, dan gaan er
speciale kanalen open.
Deze kanalen heten funny-kanalen.
Funny-kanalen zijn doorgankelijk voor zowel Na+- als K+-ionen.
- Fase 4
Door het openen van funny-kanalen ontstaat uiteindelijk weer een depolariserende stroom.
Depolariserende stroom zorgt ervoor dat spanningsafhankelijk Na+-kanalen en spanningsafhankelijke
Ca2+-kanalen weer open gaan.
Deze depolarisatie zorgt dan er weer voor dat er nog meer spanningsafhankelijke Ca2+-kanalen open
gaan.
- Fase 0 = depolarisatie
Start van een nieuwe actiepotentiaal.
De opening van die funny-channels tijdens de repolarisatie (fase 3) zorgt op zijn beurt dus voor die
depolarisatie.
Dit heet de automaticiteit van het hart.
Dus zonder enige input gaat nogmaals de repolarisatie automatisch over via de funny-kanalen in de
depolarisatie.
De meeste funny-kanalen zitten in de SA-knoop.
En in mindere mate in de AV-knoop.
Dit betekent dus dat de SA-knoop als het ware een trigger/ start vormt voor een nieuwe actiepotentiaal.
,De actiepotentiaal ontstaat in de SA-knoop, in het geleidende systeem.
De actiepotentiaal verspreidt zich via myocardcellen naar andere myocardcellen.
Die geleiding verloopt via hele kleine, elektrische kanaaltjes/ gap junctions.
Gap junctions bevinden zich tussen 2 myocardcellen.
Myocardcel is herkenbaar aan de aanwezigheid van vele contractiele eiwitten.
Op deze wijze zal de actiepotentiaal dus van de SA-knoop zich over de atria verspreiden en uiteindelijk via de
AV-knoop naar de ventrikel gaan.
,
,SA-knoop ligt in het rechter atrium.
AV-knoop ligt onder in het rechter atrium.
De elektrische stroom start in de SA-knoop.
De elektrische stroom verspreidt zich over beide atria.
Maar gaat niet naar de ventrikels.
De ventrikels zijn namelijk elektrisch gescheiden van de atria.
Die scheiding komt door bindweefselring/ annulus fibrosus.
De elektrische signalen van de atrium kunnen dus alleen maar naar de ventrikel via AV-knoop.
Zie kennisclip voor illustratie van voortgeleiding van AP over de atria en ventrikels.
In de AV-knoop wordt het elektrische signaal vertraagd.
Zonder enige input klopt een SA-knoop in de ritme van ongeveer 100x/minuut.
AV-knoop klopt ook.
AV-knoop klopt in een veel lager ritme.
Dit betekent dat in een normale situatie de SA-knoop dus de hartcyclus regelt.
Er wordt gesproken van een sinusritme.
Sinusritme is een ritme wat bepaald wordt door de SA-knoop.
,In een gezond persoon is de sinusritme in rust ongeveer 70-80x/ minuut.
Dus dit is de situatie waarin de SA-knoop wel informatie ontvangt van externe factoren.
De AV-knoop klopt ongeveer 40-60x/ minuut.
De bundel van His klopt nog veel langzamer.
Dus omdat de SA-knoop het snelste klopt, bepaalt de SA-knoop het ritme van de hartfrequentie.
, KENNISCLIP ECG: DE BASIS
ECG is een elektrocardiogram.
ECG betekent letterlijk elektrische afbeelding van het hart.
ECG is een manier om naar het hart te kijken.
Hiervoor wordt er gebruik gemaakt van de elektrische stroom die door het hart gaat.
Elektrische stroom begint bij de sinusknoop, gaat vervolgens via de atria naar de AV-knoop, waar het kort
pauzeert, en vervolgens in de bundel van His richting de ventrikels.
Als er een ECG wordt gemaakt, dan wordt er meestal een 12-kanaals-ECG gemaakt.
12-kanaals-ECG verwijst naar de 12 richtingen waarop er vervolgens naar het hart kan worden gekeken.
Hiervoor wordt de patiënt aangesloten aan 10 elektroden.
Deze afleidingen zeggen of de elektrische stroom richting de elektrode gaat of er vanaf.
Als de elektrische stroom richting de elektrode gaat, ontstaat er een positieve uitslag.
Als de elektrische stroom van de elektrode afgaat, ontstaat er een negatieve uitslag.
Om het hart dus goed te kunnen beoordelen, moet er vanaf zo veel mogelijk richtingen worden bekeken.
Dit wordt mogeijk met 12 afleidingen van de 12-kanaals-ECG.
Er worden 4 elektroden geplakt op de extremiteiten, waardoor het hart kan worden bekeken in het coronaal
vlak.
De plakker op de rechter been is in aarde, dus deze telt niet mee met het bekijken van het hart.
3 plakkers blijven over, hiermee kan er aVR/ rechts, aVL/ links en aVF/foot.
Verder kan afleidingen I, II en III ook worden bekeken.
Meer opties zijn er niet in het coronale vlak.
Dan zijn er nog 6 plakkers.
De 6 plakkers worden rondom het hart geplakt.
Hierdoor wordt het hart bekeken in het transversaal vlak.
Hier kan er ook weer 6 kijkrichtingen uit worden gehaald.
De 6 kijkrichtingen zijn V1 t/m V6.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper RUGtandheelkundestudent20222023. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €8,99. Je zit daarna nergens aan vast.