CLL 1.4 Leefstijl en ziekteleer
College inleiding gnm en ziekte 9/5
Literatuur aantekeningen
NHG-standaard cardiovasculair risicomanagement(2019)
Risicoprofiel (nierschade, ziekten in familie, risicofactoren(roken, obesitas, stress) diabetes
mellitus) , meten naar bloeddruk, frequentie hartslag, kijken naar cholesterol,
dit alles om risicoschatting te kunnen bepalen, dit gaat met een SCORE- tabel (bij mannen
sneller een risico)
Voorlichting, behandeling (niet-medicamenteus: leefstijlaanpassing)
Medicamenteuze behandeling:
cholesterolverlaging (atorvastatine, rosuvastatine, simvastatine bij LDL < 40% , ook
nog pravastatine)
bloeddrukverlaging (dioretica, ACE-remmers, ARB’s, calciumantagonisten en
bètablokkers
elke vijf jaar of vaker risicoschatting herhalen
stoppen met roken NHG-richtlijn(2017)
ongeveer 24% rookt in NL, overlijden sneller, verhoogd risico op longkanker en hart- en
vaatziekten, groei vertraging tijdens zwangerschap
herhaal advies om te stoppen met roken, vooral als ze een kinderwens/ gezondheidsklachten
hebben
bied patiënten die willen stoppen met roken een motivatie verhogende interventie aan
nicotine vervangende middelen eerste keus
e-sigaret niet adviseren, langetermijneffecten niet bekend
Mc fadden, H2 aantekeningen:
Waarom eiwitten geschikte aangrijpingspunt voor geneesmiddelen:
- heel veel verschillende soorten
- spelen een belangrijke rol bij fysiologische processen
- elk orgaan en elk weefsel heeft een eigen , specifiek eiwit dat kenmerkend is voor dat
orgaan
,mediatoren: plaatselijk werkende stoffen die binden aan receptoren op aangrenzende of
nabijgelegen cellen en daar een effect sorteren. Vb Histamine (maagwand, stimuleren t
afgeven van maagzuur)
natuurlijke chemische boodschappers = liganden
Actiepotentiaal, depolarisatie/repolarisatie
Modulatoren beïnvloeden ion- kanalen p een andere manier: veranderen het gedrag van ion-
kanalen door hun werking te stimuleren of te remmen. Vb anxiolyticum diazepam
(antidepressiva) en het antihypertensivum verapamil (hart gaat langzamer kloppen)
De stof die door een enzym in een andere stof wordt veranderd = substraat
biochemische
reactieketen
MKA 3.34, 3.35, en 3.36 (brightspace)
Biologische mechanisme van celschade:
gestoorde energievoorziening, door hypoxie depletie van ATP-reserve acidose en
stilstand Na/K pomp (cel zwelt op)
defecte permeabiliteit van de biologische membranen, kan dus door ATP tekort, en
bacteriële toxinen, virale eiwitten, ‘’membrane attack complex’’, cytotoxische
lymfocyten en toxische chemicaliën OF vrijkomen van cytochoom C cel in apoptose
aanwezigheid van vrije radicalen
verlies van enzymactiviteit, cyaniden en fluoracetaat, - invloed op synthese ATP
beschadiging van het genoom, cel niet meer in staat de repliceren apoptose
herstel van beschadigd weefsel
, huid (1 maand- 2 jaar) : na verwonding direct bloedstolling, dan inflammatoire fase
(opgeruimd en groeifactoren), vervolgens proliferatieve fase (regeneratieve
processen), tot slot collageenbundels geremodelleerd en bepaalde overbodige cellen
opgeruimd (dit gebeurd zonder een ontstekingsrespons)
orale mucosa (2-4 weken) : verloopt ongeveer hetzelfde als bij de huid, epitheel heeft
hoge turnover, rijk doorbloed, speeksel heeft veel invloed (directe mondsluiting)
bot: breukspleet direct worden overbrugd door uitgroei van Haverse kanalen, indirect
door callusvorming
ontregeling van de celgroei
celgroei en gezwelgroei(neoplasma), niet op een normale manier gereguleerd,
kwaadaardige uitzaaiing en compressie, goedaardig alleen compressie,
dyplasie(gering, matig of ernstig): wanneer de stoornis in de groei en differentiatie
van de cel leidt tot morfologische veranderingen, wordt ook wel carcinoma in situ
genoemd (hierbij gezwel kenmerken van kwaadaardig zonder invasieve groei),
tumorcellen pas te waarnemen na ongeveer 30 verdubbelingen, tumorcellen zijn dan
afhankelijk van de ontwikkeling van tumorstroma met vaten = angionese
invasie en metasering(uitzaaiing via lymfe- en bloedvaten), invasie als epitheliale
tumorcellen de basaalmembraan doorbreken, verlies van intercellulaire adhesie
nodig om te doorbreken, metastasering in lymfeklier eerste tumorcel =
schildwachtklier (kan opgespoord worden door inspuiten van radioactieve tracers)
oncogenese; traject van gewone cel naar invasieve en metastaserende tumor,
oncogenen zijn afwijkende celgroei-bevorderende genen, twee groepen:
poortwachters en opzichters
chemische carcinogenen, kunnen zich binden aan nucleotiden en veroorzaken DNA-
schade
fysische carcinogenen, gevolg van ioniserende- en UV straling mutatie DNA
virale en bacteriële oncogenese
tumorimmuniteit (mensen met verworven immunodeficiëntie hebben een
verhoogde kans op het ontwikkelen van kanker), tumoren worden niet makkelijk
herkend door immuunsysteem, veel onderzoek naar WBC die specifieke tumoren wel
kunnen herkennen
Abraham-Inpijn, L. et al. (1990): “de medische anamnese”. (Brightspace)
Onderzoek gedaan naar gebruik van EMRRH (soort vragenformulier?) bij tandarts om beter
op de hoogte te zijn van risico gerelateerde factoren van patiënten??
Conclusie: werkte goed bij 10 Europese landen
College aantekeningen
Leeruitkomsten:
3. beschrijft de effecten van geneesmiddelen, gebruik makend van de begrippen
farmacokinetiek en farmacodynamiek.
, 5. beschrijft de relatie tussen leefstijlfactoren en ziektebeelden aan de hand van concrete en
waar mogelijk mondzorg gerelateerde voorbeelden
Doodsoorzaken WHO schema, lage SES landen meer door bacteriën/virussen (tekort aan
antibiotica)
Leefstijl, overgewicht BMI > 25
Voeding, beweging, ontspanning leiden tot duurzame gedragsverandering
Belangrijkste ziektes die met leefstijl samenvallen: COPD, diabetes type 2, hart-vaatziekten,
kanker
Richtlijnen:
(para-) medische richtlijnen ondersteunen de klinische besluitvorming en dragen bij aan
betere zorg, meer transparantie en minder ongewenste praktijkvariatie. Wetenschappelijk
onderbouwd, consensus. Het zijn geen dwingende voorschriften, maar afwijken moet goed
onderbouwd worden.
Herhaling definitie van gezondheid WHO
Op systeem/orgaan/weefsel of celniveau: homeostase wordt verstoord
Energiehuishouding, 38 ATP, mitochondriën
Insuline/glucagon
Oorzaken ziekte: fysisch(arm breken, huidkanker door straling), chemisch(longkanker door
roken/asbest), genetisch (down syndroom, borstkanker, diabetes), microbiologisch (caries,
HIV, HPV), immunologisch (allergie)
Farmacodynamiek, hoe werkt het gnm
Boodschapper(vb, histamine, adrenaline, dopamine), signaal en effect (actie, reactie)
Boodschappers: hormonen ((nor)adrenaline), mediatoren(histamine) en neurotransmitters
(dopamine)
Medicijnen werken op eiwitten,
categorie 1: receptoren(eiwitten) op de cel blokkeren of stimuleren
categorie 2: ionkanalen, vb lidocaïne blokkeert NA+ kanaal, geen pijnsignaal)
categorie 3: enzymen, versnellen chemische proces, medicijnen remmen dit
categorie 4: transporteiwitten, zorgen voor actief transport van ionen en
neurotransmitters, vb maagzuurremmers omeprazol remt de protonpomp in
celmembraan. Vb2: anti-depressiva zijn serotonine-heropnameremmers (SSRI’s)