Samenvatting Organisatiepsychologie
Hoofdstuk 1: Introduction to Organizational Behavior
What is Organizational Behavior?
Een organisatie is een verzameling van
mensen die samenwerken en hun acties
coördineren om een grote variëteit van
doelen te bereiken.
Organizational behavior (OB): “het
onderzoeken van de vele factoren die een
invloed hebben op hoe mensen en
groepen doen, denken, voelen en
reageren op werk en organisaties, en hoe
organisaties reageren op hun omgeving. “
“Het onderzoeken van gedrag in
organisatie en het onderzoeken van het
gedrag van organisaties.”
Levels of OB: OB wordt onderzocht op drie levels: het individu, de groep, en de organisatie als
geheel.
- Een groep is twee of meer mensen die samenwerken om hun doelen te bereiken.
- Een team is een groep waarin leden intensief samenwerken en teamspecifieke routines
ontwikkelen om een gezamenlijk doel te bereiken.
- Een virtueel team is een groep wiens leden intensief via elektronica samenwerken met
gebruik van een gezamenlijk IT platform, en wie mogelijk nooit echt elkaar ontmoeten.
OB and Management
Managers: mensen die toezicht houden op activiteiten van een of meerdere werknemers.
Top-management teams: Hooggeplaatste leidinggevenden die een bedrijfsstrategie plannen zodat
het bedrijf zijn doelen kan bereiken.
Organizational effectiveness: De mogelijkheid van een organisatie om haar doelen te bereiken.
Managerial Functions
Management: Het proces van plannen, organiseren, leiden en controleren van de mensen,
financiën, materialen en andere bronnen van een organisatie om de effectiviteit te verhogen.
- Planning: besluiten hoe bronnen het beste verdeeld en gebruikt kunnen worden om
organisatiedoelen te bereiken.
- Organizing: regels en hiërarchische structuur vaststellen waardoor mensen
organisatiedoelen kunnen bereiken.
- Leading: aanmoedigen en coördineren van individuen en groepen zodat ze naar
organisatiedoelen kunnen werken.
1
, o Self-managed teams: groepen van werknemers die autoriteit en
verantwoordelijkheid krijgen om zelf hun organisatiegedrag te regelen op veel
verschillende aspecten.
- Controlling: evalueren van hoe goed de organisatie zijn doelen bereikt en actie onderneemt
om prestatie te behouden en verbeteren of juist corrigerende acties onderneemt.
Managers hebben drie principiële vaardigheden nodig om effectief te kunnen werken:
- Conceptual skills: de mogelijkheid om een situatie te analyseren en diagnosticeren en
verschil te zien tussen oorzaak en gevolg.
- Human skills: de mogelijkheid om gedrag van anderen en groepen te begrijpen, mee te
werken, en te controleren.
- Technical skills: werkspecifieke kennis en technieken die een manager nodig heeft om een
organisatorische rol uit te voeren.
Challenges for Organizational Behavior
Een organisatie kan gezien worden als een open systeem. Hierin neemt de organisatie middelen van
haar externe omgeving en verwerkt of bouwt deze om in goederen en diensten die weer terug in die
omgeving worden gestuurd, waar klanten ze kunnen kopen.
Organizational procedure: een gedragsregel of routine die een werknemer volgt om een taak het
meest effectief uit te voeren.
Challenge input stage: to create a set of organizational behaviors or procedures that allow
employees to identify and purchase high-quality resources at a favorable price.
2
,Challenge conversion stage: to develop the set of behaviors and procedures that results in high-
quality goods and services produced at the lowest possible cost.
Challenge output stage: to develop the set of behaviors and procedures that attract customers to a
company’s products and who come to believe in the value of a company’s goods and services and
thus become loyal customers.
Challenge 1: The Changing Social and Cultural Environment
Het ontwikkelen van ethiek en welzijn binnen de organisatie. Ethiek gaat over de waarde, het geloof
en de morele regels die managers en werknemers zouden moeten gebruiken om een situatie te
analyseren en interpreteren en daarna besluiten wat de ‘juiste’ manier van reageren is. Soms zitten
managers in een lastig parket wanneer ze moeten besluiten hoe te reageren om voor ieder zo goed
mogelijk het juiste te doen, ook als dat betekent dat ze tegen hun eigen of organisaties belangen in
gaan (=ethisch dilemma).
Naast het definiëren van goed en slecht gedrag voor werknemers, definieert ethiek ook een sociale
verantwoordelijkheid van de organisatie, of de verplichting tegenover mensen en groepen buiten
de organisatie die beïnvloedt kunnen worden door de acties van een organisatie.
Omgaan met een divers personeelsbestand. Als leden van een groep verschillen in leeftijd, etniciteit,
en andere karakteristieken zal hun houding, gedrag
en reacties ook verschillen. Organisaties komen
hiermee voor 3 grote uitdagingen te staan.
1. Fairness and justice challenge. Managers
worden uitgedaagd om werk, promotie en
beloningen eerlijk en gelijk te verdelen.
2. Decision-making and performance
challenge. Hoe voordeel te halen uit de
verschillen in houding en perspectieven van
mensen met verschillende leeftijden,
geslacht, of ras.
3. Flexibility challenge. Gevoelig zijn voor de
behoefte van werknemers en werknemers
welzijn proberen te verhogen.
Challenge 2: The Evolving Global Environment
Global organizations: bedrijven die produceren of verkopen in landen en gebieden over de hele
wereld.
Globale verschillen begrijpen. Ten eerste wordt OB erg complex op een globaal level omdat houding,
doelstellingen en waarden van het personeelsbestand verschillen per land. (Bijv in US is 1-2 weken
vrij per jaar normaal waar dat in Europa 4-6 weken per jaar is). Verder zijn de problemen met het
coördineren van activiteiten van een organisatie een stuk complexer als de organisatie op
verschillende plekken over de wereld zit. (Bijv beslissingen nemen en overleggen met managers uit
verschillende culturen). En ten derde wordt er veel gedaan aan outsourcing (productie van een
3
, bedrijf naar lagelonenlanden verplaatsen) om zo productiekosten te kunnen drukken. Dit kan
binnenlandse productie op belangrijke punten beïnvloeden.
Global learning.
Global learning: “The process of acquiring and learning the skills, knowledge, and organizational
behaviors and procedures that have helped companies abroad become major global competitors. “
Expatriate managers: Mensen die voor een overzees bedrijf werken en verantwoordelijk zijn voor
het ontwikkelen van relaties met organisaties in landen over de hele wereld.
Global Crisis Management. Door veel global learning zijn er effectievere reacties mogelijk op het
toenemende aantal crisissen of rampen die zowel door toedoen van natuur en mens ontstaan. Crisis
management bevat belangrijke beslissingen zoals (1) creëren van teams die versnelde
besluitvorming en communicatie vergemakkelijken, (2) opzetten van organisatorische hiërarchie en
de hiërarchische structuur die nodig is om een snelle reactie te mobiliseren, (3) vinden en selecteren
van de juiste mensen om dit soort teams te sturen of in te werken, en (4) ontwikkelen van
onderhandelstrategieën om conflicten te managen die ontstaan wanneer mensen en groepen
verschillende interesses en doelen hebben.
Challenge 3: Advancing Information Technnology
We leven in een andere wereld dan slechts een decennium geleden; verbeteringen in IT hebben de
manier van denken en de aard van OB veranderd. Information Technology (IT): de verschillende
manieren van computer en communicatie hardware en software en de vaardigheden van hun
ontwikkelaars, programmeurs, managers en technici. IT wordt gebruikt om feiten, data en
informatie te verzamelen, definiëren, organiseren, manipuleren, op te slaan en te versturen om
kennis te creëren en organizational learning te promoten. Organizational learning: Het proces dat
informatie en kennis managed om een betere match tussen de organisatie en haar omgeving te
bereiken.
Het effect dat IT heeft op twee verschillende soorten OB:
- IT and Organizational Effectiveness. Doordat informatie meer toegankelijk, correct en gratis
is, zorgt IT voor een makkelijkere uitwisseling van know-how en vergemakkelijking van
probleemoplossing. IT heeft er voor gezorgd dat organisaties een stuk makkelijker kunnen
inspelen op de behoefte van hun klanten.
- IT, Creativity, and Organizational Learning. Voor innovatie in een bedrijf is creativiteit nodig.
IT draagt bij aan het creatieve, innovatieproces doordat het met bulletinboards, chatrooms
en teleconferenties het proces versneld.
Challenge 4: Shifting Work and Employment Relationships
Door globalisering en het ontstaan van nieuwe IT is er veel veranderd de afgelopen decennia. Deze
veranderingen hebben op veel vlakken invloed gehad op OB zoals een kortere hiërarchische
structuur door downsizing, de groei in aantal van tijdelijke werknemers en outsourcing.
- Downsizing: het proces waarbij organisaties werknemers en managers ontslaan om kosten
te besparen. De overgebleven werknemers komen hierdoor vaak onder meer werkstress te
staan, zijn bang dat ze ook ontslagen worden en moeten werk overnemen van ontslagen
4