BLOK GEEL
Inhoudsopgave
PUBLIC HEALTH.............................................................................................................................................. 2
OOGHEELKUNDE............................................................................................................................................ 5
DERMATOLOGIE.......................................................................................................................................... 11
KNO............................................................................................................................................................. 18
HUISARTSGENEESKUNDE............................................................................................................................. 25
, PUBLIC HEALTH
Model van Lalonde bestaat uit gezondheidszorgsysteem, biologische/genetische
factoren, leefstijl, fysieke en sociale omgeving
o Cultuur valt onder leefstijl
Communicable disease: door besmetting overdraagbare en ondervoeding
gerelateerde ziekten
Non-communicable disease: chronische en degeneratieve ziekten
Injuries: restcategorie met ongevallen en geweld
Dubbele ziektelast: voorkomen van zowel NCD als CD
Een DALY telt tussen 0-1, hoe hoger, hoe erger de disability
Een demografische transitie geeft eerst een sterftecijfer en dan een geboortecijfer
afname -> tijdelijk geboorteoverschot
De epidemiologische transitie is de verschuiving van ziektepatronen en kent 5
fasen
o Fase 1: hoog sterftecijfer, hoog geboortecijfers, lage bevolkingsaantal bij
sterfte door hongersnood en epidemie
o Fase 2: minder sterfte, hoog geboortecijfers, stijgende bevolkingsaantal bij
afname pandemie en sterfte door welvaartsziekten en ongevallen
o Fase 3: fase van geboorteoverschot, sterfte door welvaartsziekten en
degeneratieve ziekten
o Fase 4: sterftedaling hetzelfde met afvlakking van bevolkingsaantal en sterfte
door delayed degenerative disease
o Fase 5: terugkeer van nieuwe infecties met sterfte door hiv, TBC
Het SDOH-model wordt gebruikt in de global health, waarin meerdere factoren
worden meegenomen dan La Londe. Cultuur, voedselproductie en politiek wordt zoal
meegenomen
Evaluatie van gezondheidszorgsystemen wordt geëvalueerd middels AAAQ:
Available, accessible, acceptable en quality
Sociaal economische status hangt af van opleiding, inkomen en beroep
Selectiemechanisme is dat gezondheid op een bepaalde leeftijd invloed heeft op
SES
Causatiemechanisme is dat SES invloed heeft op gezondheid (belangrijkste)
Inverse care law stelt dat mensen met hoge SES meer profiteren van preventieve
maatregelen
Functioneel gezondheidsvaardigheid: lezen van informatie
Interactief/communicatief gezondheidsvaardigheid: communiceren in de zorg
Kritisch gezondheidsvaardigheid: kritisch omgaan met gezondheidsinformatie
Attributional dimension: unieke eigenschappen van specifieke etnische groepen
Relational dimension: relatie tussen specifieke groep en maatschappij waarin de
groep leeft
Sufficiëntarianisme: er moet bepaald minimum voor iedereen zijn
Egalitarisme: gezondheid moet voor iedereen gelijk zijn
De volksgezondheid toekomst verkenning (VTV) bestaat uit determinanten
gezondheid, externe ontwikkelingen, beleid, preventie en zorg, en
gezondheidstoestand
Het ICF-model bestaat uit activiteiten, ziekte, functies/anatomische eigenschappen,
participatie, externe en persoonlijke factoren
Compressie van morbiditeit: afname in jaren dat mensen verwachten te leven in
slechte gezondheid (niet de diagnose zelf dus)
Expansie van morbiditeit: toename in jaren dat mensen overleven met ziekten en
beperkingen (met de diagnose zelf)
Collectieve preventie: preventie op totale bevolking of grote deelgroepen
2
, Opportunistische preventie: preventie bij wie zich een goede
aanleiding/gelegenheid voordoet
Preventieparadox: een grote groep ervaart gezondheidswinst, maar dit is niet op
individueel niveau persé terug te vinden
o Selectieve preventie is alleen beter indien hoog RR, zeldzame aandoeningen
en eenvoudig te identificeren risicogroepen
Primaire preventie: voorkomen nieuwe gevallen van ziekte, verminderen of
wegnemen van oorzaken ziekte
Secundaire preventie: aandoening in vroeg stadium ontdekken, vroegtijdige
behandeling mogelijk stellen en verergering voorkomen
Tertiaire preventie: gevolgen van aandoening voorkomen
Universele preventie: gericht op algemene bevolking
Selectieve preventie: gericht op groepen met verhoogd risico (determinant)
Geïndiceerde preventie: individuen die bekend zijn met gezondheidsproblemen
(risicofactoren – gezondheidsproblemen)
Zorggerelateerde preventie: vorm van tertiaire preventie gericht op beperken van
complicaties (ziekte)
Microniveau preventie: specifiek doelgroep 1 op 1, shaken baby bijvoorbeeld
Mesoniveau preventie: grotere doelgroep, zoals vluchtelingen of spijbelaars
Macroniveau preventie: hele bevolking, helmen dragen bij het fietsen, gordel
Gezondheidsbescherming: aangrijpen op omgeving, zoals wetgeving en
wijkinrichting. Dit is op macroniveau.
Gezondheidsbevordering: aangrijpen op gedrag/leefstijl. Dit is op mesoniveau.
Ziektepreventie: aangrijpingspunt van aandoening met behulp van bijvoorbeeld
RVP, secundaire preventie en infectieziektebestrijding.
Volkow model: dopaminegebruik in hersenen bij verslaafden neemt af, waarbij
toegenomen drive is en verlies van controle.
o Community reinforcement approach: nieuwe leefstijl implenteren tegen
middelengebruik
Bij vroegopsporing van ziekten in bevolking is een hoge specificiteit nodig
Gecombineerde leefstijlinterventie richt zich op verwerven en behouden van een
gezonde leefstijl
WMO geeft ondersteuning om ouderen zo lang mogelijk thuis te laten wonen door het
voorzien van o.a. hulpmiddelen
Participatiewet ondersteunt mensen die wel kunnen werken, maar hulp nodig
hebben
Jeugdwet is voor alle hulp rondom zorg, preventie en ondersteuning
Overgewicht kind -> huisarts
Overgewicht + schoolverzuim -> jeugdarts
Obesitas -> kinderarts
Onder de OGGZ vallen alle activiteiten op het terrein van de geestelijke
volksgezondheid die geen individuele hulpvraag hebben met als doel vroegtijdig
signaleren en zo onder andere zelfredzaamheid te vergroten en overlast te
verminderen.
Bemoeizorg is zorg voor mensen die hulp nodig hebben, maar dit niet accepteren
Inschatting maken van de woningvervuiling verloopt vanuit de gemeente
(vangnetfunctie)
Sociaal-medische spreekuren zijn er voor de daklozen die geen zorgverzekering
kunnen afsluiten, omdat zij geen woonadres hebben
Koudweerregeling vangt dak- en thuislozen op na een aantal dagen vorst
Implicit provider bias: onbewust anders handelen
Roken, alcohol en overgewicht zijn de belangrijkste speerpunten binnen de preventie
Moral hazard: rem op zorggebruik valt weg als zorg gratis wordt
DALY bestaat uit jaren geleefd met schade en jaren die men verloren is
o Verloren levensjaren: werkelijke levensduur vergelijken met theorie
3