College 1: Het potjesverhaal
Het potjesverhaal = manier om te praten met kinderen en ouders over gedrag.
Belangrijke situaties in de levensloop:
1. Welke ontwikkelingstaken passen bij de situatie? ontwikkelingstaak is
een normale uitdaging van een kind op bepaalde leeftijd
2. Welke termen zijn van toepassing op de situatie? En welke theoreticus
hoort daarbij?
Potje bestaat uit: karakter + persoonlijkheid + gedrag (=allemaal stofjes in de hersenen) = gedrag.
Driften: drie grote ‘dingen’ = angst, agressie en seks.
Bij mannen agressie hoger en bij vrouwen angst. Vrouwen: komt uit evolutie. Vrouwen beschermen
uit angst, mannen zijn agressief om eten te verzamelen.
De eerste jaren schieten die driften alle kanten op. Primaire reactie is dan ook huilen. Primair gedrag
is in het begin altijd huilen; meer kunnen ze ook niet.
Baby huilend in de wieg – de karaktereigenschappen
Onwikkelingstaken: wanneer harde vrachtwagen veel geluid maakt; niet schrikken, kind maakt door
joui gezicht meer stresshormoon aan.
Termen en theoretici: Bowlby met sensitiviteit en responsiviteit
De driften hebben vrijspel; de ouders vangen alles op. In de peuter- en kleutertijd moet dat gedrag
begrens worden en het potje zich aan gaan passen. We gaan dit gedrag in blokjes doen. Gedrag dat
past in een bepaalde situaties. Verschillende blokjes op school; thuis; winkel etc. Als
gedragstherapeut hou je het rooster boven een potje zodat er blokjes uitkomen. Deze kinderen
hebben zelf niet zoon goed rooster. Vanaf de peuter-en kleutertijd wordt het gedrag begrensd.
Peuter bouwt torentje en papa klust en timmert.
Ontwikkelingstaken: papa vleotk als hij op zn duim slaat. Kindje doet dit na adhv modelling. Wat voor
blokje laat de ouder zien.
Termen en theoretici:
Kleuterschool en basisschool periode: papa mama zijn er niet meer om het rooster er de hele tijd op
te hebben, dus soms schiet er nog wat naast. Kan tot je 25 e nog wel eens eraf schieten.
Twee peuters met schep en chips in de supermarkt
Ontwikkelingstaken: chips pakken zondervragen moet je leren wel te vragen en elkaars kasteel niet
kapot maken in de zandbak maar normaal samen spelen.
Termen en theoretici:
De ouders beschermen het potje zodat het potje in rust kan ontwikkelen. Stressfactoren, zoals
scheiding, verhuizen, pesten, mishandeling, moeten geweerd worden van het potje zodat het kan
ontwikkelen. Ook in de kleuter- en basisschoolperiode.
,Grote hond op straat – peuter en basisschool
Ontwikkelingstaken: je loopt op straat met kind en er komt een hond. Is dan afhankelijk van je eigen
angst hoe jou kind hierop gaat reageren.
Termen en theoretici:
Start basisschool: potje wordt langzaamaan stabieler. Maar je moet wel heel veel nieuwe dingen
leren en je hebt vriendjes, school, vermoeidheid. Maar rooster en potje worden één geheel nu.
Tijdens de basisschoolperiode helpen ouders en leerkracht met het rooster.
Kind valt uit klimrek en brugklasser valt van fiets
Ontwikkelingstaken: brugklasser gaat deze keer niet huilen. Misschien thuis als hij mama zet wel:
thuis gaat het rooster er namelijk af. Daar waar je je veilig voelt. Kijk dus ook uit; op de ene plek kan
het kind super functioneren, op de andere minder.
termen en theoretici:
In de pubertijd: wie ben ik? Wat zijn mijn blokjes? Hormonen hebben daarna ook nog eens effect op
alle drie de driften. Je potje gaat rammelen. Einde basisschool en begin middelbare.
Stoeien en toiletten
Ontwikkelingstaken: verhoogde seksdrift na je les van 50 min: meisjes willen frutselen en jongens
gaan wat stoeiend.
Termen en theoretici:
Tijdens middelbare: als je potje al wankel is, kom de stress ook nog eens van buiten. Vriendschappen
worden nog ingewikkelder, verzet ouders, docenten, zelfstandigheid, school, wie ben ik? Etc.
Alle docenten verwachten ook andere blokjes. En thuis ook weer. In de pubertijd gaat het rooster er
daarom soms af. Het roosters wordt soms ook dichtgemetseld. Die pubers krijgen internaliserende
problematiek. Dat is veilig voor ze en je hebt geen last van ze. Deze kinderen komen later in de
hulpverlening. Externaliserend is wanneer het rooster er volledig wordt afgegooid. Komen vaak in de
criminaliteit etc.
Voortgezet ow – figuur zagen bij de techniek
Ontwikkelingstaken: iemand met een lager iq heeft minder trucjes om uitbarstend gedrag door
frustratie omdat het zagen niet lukt, in te perken. Oorzaak/gevolg, relativeren, nadenken.
Termen en theoretici:
Potje moet zich ontwikkelen. Wat als ouders geen rooster bieden? Of wat als er te veel stress van
buitenaf komt? (oorlog, wonen, ruzie, scheiding, armoede, psychiatrie, etc) ontwikkelingsstoornis,
of te veel van een drift.
Het vervolg van pubertijd tot … : de ontwikkeling van de remblokjes: normen, ego + EQ, IQ en
zelfbeeld. De lagen van deze blokjes zijn soms een gatenkaas. Die lagen kunnen het soms begeven
door privé problemen, alcohol, honger, werkdruk, hormonen, stress, vermoeidheid, etc.
,Je eigen lagen opbouwen en door je lagen klappen
Ontwikkelingstaken: voetbalwedstrijden, uitgaan belangrijk om een uitlaatklep te hebben om te
ontspannen. Even door je lagen klappen
termen en theoretici
Taak 1: Normale en abnormale ontwikkeling van kinderen
Leerdoel 1: Wat zijn de normale ontwikkelingstaken van een kind?
Leerdoel 2: Wat is de visie van belangrijke stromingen op deze ontwikkelingstaken?
, Leerdoel 3: Wat is een abnormale ontwikkeling en hoe definieer je deze?
Leerdoel 4: Wat is invloed van nature-nurture op de boxen?
Doel van de taak: de casussen te verklaringen en onderbouwen aan de hand van de
stromingen.
Doel: je moet de theorieën in je achterhoofd hebben en daarop ga je baseren wat je gaat doen met
de casus. Dit moet je dan kunnen uitleggen aan de casus. Je moet dus ook weten welke
ontwikkelingstaken wanneer in het geding komen.
Saartje
Bowlby en onveilige hechting.
Transactioneel model
Piaget: je moet weten wat wanneer
Jorn
Bowlby, want hij wil in de buurt blijven en angst heeft om gescheiden te worden
Emotieregulatie zorgelijke claimen
Freud met oedipuscomplex
Skinner en Bandura (modelling)
Sam
Goodness of fit model: in hoeverre is er een mismatch tussen Sam en ouders
Bronnfenberger: micro systeem heeft hem in de steek gelaten
Vygotsky: ontwikkeling gestaakt (hij wordt stiller) door traumatische gebeurtenis
Piramdie van Maslow idem
Diathese stress model
Nicole
Rollen
Diathese-stress model
Bio-ecologisch mode
Model van Colberg stadia? Normen uit samenleving heel rigide kan voor stress zorgen
Parentificatie en traingitifactie?
Box 1 Risicofactor
Box 2 Behavioristisch
Box 3 Rijping
Boek: Delfos (2005) – Ontwikkeling in vogelvlucht, hoofdstuk 4
Nature versus nurture
Aanleg vs omgeving grondleggers zijn John Locke en Jean-Jacques Rousseau.
Locke (17e eeuw): kwam met tabula rasa, een onbeschreven blad dat ter wereld komt en ‘alles’ kan
leren. Hij was groot voorstander van uitgangspunt ‘omgeving’.
Roussea (18e eeuw): heeft het idee van ‘een van nature goede mens’ die zich moet kunnen
ontplooien.