Retailmarketing samenvatting P3
HC
Doelgroep: gebruik maken van marktsegmentatie
Waar willen we ons met het Retail concept op richten?
Heldere doelgroep is noodzakelijk, geeft focus aan het concept. Daardoor imago van winkel
verankeren in bij consument.
Het segmentatie proces. Segmenteren = verdelen
Suspects: alle mensen waarvan je ondersteld dat ze interesse hebben je product maar nog niet
hebben getoond. Allemaal zelfde criteria, zelfde segment.
Prospects: Potentiele klanten. Die interesse getoond hebben.
Ook klanten buiten je doelgroep kunnen natuurlijk kopen.
Bepalen van doelgroep:
Binnen Retail: overgroot deel zijn anonieme aankopers.
Tegenwoordig via CRM meer info over klant: enorme hoeveelheid data.
Hoe onderscheid aan te brengen:
- Groepen indelen op gelijke koopsituaties
- Inspelen op gebruik-situaties of koopsituaties. BV: HEMA VS Bijenkorf.
Segmentatiecritaria
Geografisch: Allemaal zelfde land of stad.
Demografisch: Leeftijd, inkomen, gezinscyclus
Geodemografisch: Koppeling van geografisch met demografisch, BV Utrechtse eengezinshoudens.
Psychografisch: Persoonlijkheid, levensstijl(AIO variabelen, Activiteiten interesses opinies), benefits
BV Werk hobby’s
,Hoe maken we van onze klanten loyale klanten?
Iedere winkelformule heeft bouwstenen om een eigen karakter te creëren. BV: assortiment, prijs,
imago, service, referenties, reputatie. Kwaliteit van de uitvoering op de winkelvloer.
Deze 3 bouwstenen bepalen in hoge maten de klantentrouw.
Wat is klantentrouw?
Een groot commitment om een product opnieuw te kopen dan wel afname van een dienst te
continueren, ondanks de situationele invloeden en marketingplannen van concurrenten die het
aantrekkelijker maken om van aanbieder te wisselen.
Waarom is loyaliteit zo belangrijk?
Werven van nieuwe klanten kost meer geld dan het behouden van bestaande klanten.
Loyale klanten kopen vaker, kopen meer, mond tot mond reclame -> Zorgt voor nieuwe klanten.
Wat beïnvloedt nu de loyaliteit bij klanten? (loyaliteitsmodel Indora)
Online CLV en offline hogere klantwaarde! CLV= Customer lifetime value ook wel hoeveelheid omzet
die je als bedrijf haalt uit een bezoeker gedurende tijd hij/zij klant is.
Loyaliteitsfactoren: Leverancier, klant, relatie
Loyaliteitsdrijvers: Tevredenheid, vertrouwen, binding
Loyaliteitseffect: Houdingsloyaliteit, gedragsloyaliteit
Loyaliteitswinst: Nieuwe klanten, meer klantbehoud, meer verkoop. Hogere klantwaarde
Klantfactoren: Klanttype, klantwaarde, Loyaliteit beïnvloedende kenmerken( Demografisch
segmentatiecriteria), verwachtingen toekomst.
,Marktfactoren: alternatieve aanbieders (Concurrenten), alternatieve oplossingen. overstap barrière.
Wet- en regelgeving.
Juridische samenwerkingsvormen in de detailhandel
- Inkoopverenigingen/vrijwillig filiaalbedrijf=andere bedrijven kopen in voor BV Supermarkt
Spar
- Franchising
Franchisegever ontstaan door:
Grootwinkelbedrijf dat meerdere vestigingen wil OF door een marketingorganisatie zonder eigen
winkels.
Wat is franchise?
Franchising is een vorm van commerciële samenwerking tussen twee zelfstandige partijen voor
de distributie van goederen en/of diensten. Daarbij stelt de franchisegever aan de
franchisenemer een complete, succesvolle ondernemingsformule ter beschikking.
Waarom franchise belangrijk in Retailland?
- Belangrijk en succesvol businessmodel
- Schaalvergroting met laag kapitaal mogelijk
- Biedt werkgelegenheid en ondernemerschap
- Diverse formules hebben zowel filialen als franchisevestigingen.
Bij franchising beide partijen elkaar versterken. Organisatie breidt landelijk zonder veel risico uit.
Zelfstandige ondernemer presteren vaak beter dan filiaalmanagers. Door harder werken omdat
filiaalmanagers gewoon salaris hebben. Zelfstandige ondernemer gebruikt een succesvolle
winkelformule en past eigen kennis daaraan toe.
Franchisegever VS Franchisenemer
Franchisenemer – Zelfstandige ondernemer
- Relatief klein startkapitaal
- Minder risico/bewezen franchise concept
- Richt zich voornamelijk op dagelijkse en operationele taken
- Bekend met verzorgingsgebied
Franchisegever – Organisatie
- Initiatiefnemer
- Biedt een onderscheidende bewezen formule/concept.
- Regelt de overkoepelende zaken als marketing, administratie, inkoop
- Landelijke bekendheid met lokale betrokkenheid
- Beperkt risico
Hard Franchise VS Soft Franchise
Hard franchise – Strenge regels
- 100% Assortimentsafname
- Voorgeschreven winkelinrichting
- Huisstijl staat vast
- Eisen opgesteld op alle onderdelen van de marketingmix
- Uniform voorgeschreven prijsniveau
Soft franchise – Regels minder streng
- Minimaal 70% assortimentsafname
- Geen vaste winkelinrichting
- Huisstijl wordt flexibel mee omgegaan
, - Eisen opgesteld op enkele onderdelen van de marketingmix
Conversiefranchising
Wordt toegepast in filiaalbedrijven waarbij de filialen worden omgezet van eigen filialen naar
franchisevestigingen.
Biedt vaak de filiaalorganisaties op deze manier een kans aan een filiaalleider om zelfstandig
ondernemer te worden.
- Wat is het verschil tussen een filiaal en vestiging?
Filiaal onderdeel van een groot winkelbedrijf, vestiging van een ondernemer
- Wat is het verschil tussen filiaalleider/manager en een franchisenemer?
Filiaal heeft het een franchiseleider of manager, vestiging altijd te maken met een franchisenemer
dus zelfstandige ondernemer
Wat is toegevoegde waarde van franchiseformule?
FG: Franchisegever
FN: Franchisenemer
HC 3
Gedragsloyaliteit en houdingsloyaliteit vanuit HC 1
Vier fases van loyaliteit
- Cognitief = gebaseerd op informatie, specifieke eigenschappen webwinkel en prijscategorie.
- Affectief = goed gevoel, webwinkel waardeert - goed gevoel erover
- Intentie = Intentie van plan om volgende keer bij je webshop weer te kopen
- Actie= Niet alleen overweging heeft om terug te komen maar ook bereidt om obstakels te
negeren. Stel je webwinkel is niet bereikbaar, dan blijft die klant te wachten tot die obstakels
voorbij zijn. Het hoogst haalbare.
Loyaliteitsmodel Marnix Bügel
Loyaliteitsmodel voor Retail omgeving zowel online als offline.
Loyaliteitsdrijvers, Ook wel de vier factoren die
loyaliteit direct beïnvloeden:
1. Het vertrouwen van de klanten
2. De tevredenheid van klanten
3. De kwaliteit van de alternatieven