100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Blok 1.1: Mensen in groepen, probleem 1 t/m 8 incl. artikelen €6,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Blok 1.1: Mensen in groepen, probleem 1 t/m 8 incl. artikelen

13 beoordelingen
 17 keer verkocht

Samenvatting van probleem 1 t/m 8 en de artikelen, zelf heb ik met behulp van deze samenvatting een 7.8 gehaald.

Voorbeeld 3 van de 34  pagina's

  • 14 augustus 2017
  • 34
  • 2016/2017
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (36)

13  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: annabreunesse • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: imanemoussa01 • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: dittanchilamwela • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: feline_engelkes • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: rabab13 • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: vandnicole • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: joepvanloon20 • 5 jaar geleden

Bekijk meer beoordelingen  
avatar-seller
psychologiestudent1
SAMENVATTING BLOK 1.1
Probleem 1 Head in the clouds
Leerdoelen
1. Wat is de relatie tussen spanning (arousal) en emotie?

Common sense: stimulus  emotie/fear  arousal

James Lange, Theory of emotions: stimulus  fysieke/lichamelijke reactie (arousal) 
emotie/fear
- De kern van deze theorie is dat a) gebeurtenissen of prikkels uit de omgeving
aanleiding geven tot bepaalde lichamelijke reacties, zoals een verhoogde
spierspanning, droge mond, transpiratie en verhoogde hartslag, en b) emoties of
gevoelens het gevolg zijn van de gewaarwording of beleving van deze lichamelijke
reacties. De theorie wordt vaak geïllustreerd aan de hand van gezegden als 'wij zijn
bedroefd omdat wij huilen' of 'wij zijn bang omdat wij weglopen'. De theorie gaat dus
eigenlijk tegen onze intuïtie in die zegt dat lichamelijke reacties het gevolg (en niet de
oorzaak) zijn van bepaalde emoties. De reden dat emoties voor iedereen anders
voelen, is omdat de fysiologische patronen die door elke emotie aangemaakt wordt,
verschillend is per persoon. GEEN COGNITIEVE INTERPRETATIE. Gaat in tegen
common sense.

,Cannon en Bard: stimulus  hersenactiviteit  fysieke reactie (arousal) en/of emotie/fear
- Kritiek op James Lange; een stimulus wekt een reactie op in de hersenen en zorgt dan
voor fysieke veranderingen. Te veel emoties voor aantal lichamelijke verschijnselen;
maar de fysieke veranderingen zijn bij veel emoties hetzelfde, je kunt de
veranderingen niet van elkaar onderscheiden. Bijv. een hart dat sneller klopt kan
zijn omdat je boos, bang of verdrietig bent. Lichamelijke arousal is moeilijk te
onderscheiden, meerdere emoties hebben namelijk dezelfde lichamelijke reacties
(bijv. boosheid/vrolijkheid). Ook zijn fysiologische veranderingen langzamer dan
emoties. Voorbeeld: de beer zorgt ervoor dat ik ga beven en ik ben bang. Arousal
does not have to occur before the emotion – independent and simultaneous.

Schlachter en Singer, Two-factor theory of emotions: stimulus  fysieke reactie 
cognitief evalueren  emotie/fear (experiment met injecties)
Twee factoren zijn noodzakelijk om een bepaalde emotie te voelen.
1) de persoon moet fysiologische arousal hebben (snel kloppend hart, snel ademen,
zweten)
2) daarna moet de persoon een cognitieve interpretatie van de opwinding in die
context ontdekken (kijken naar de omgeving).
Wanneer mensen hun eigen gevoelens niet vast kunnen stellen, kijken ze naar anderen.
Wanneer men opgewonden raakt door een situatie, wil men graag een uitleg daarvoor
(waarom is de emotie veranderd). Voorbeeld beer: beven wordt gekoppeld aan angst,
hierdoor wordt de situatie als gevaarlijk gezien. Kritiek op deze theorie is dat het brein niet
ter sprake kwam, wat wel belangrijk is bij het ervaren van emotie. WEL cognitieve
interpretatie.
Voorbeeld: ik ben aan het trillen omdat ik bang ben dat de situatie gevaarlijk is.
Arousal prompts (moedigt aan) a search for causes:
- Emotions are labile
- Wrong attitudes
Kritiek op deze theorie:
- Alleen in het lab werkt het zo
- Replicaties niet altijd succesvol

2. Wat is de relatie tussen spanning (arousal) en gedrag?

Zillman, excitation transfer model: stimulus 1  arousal  stimulus 2  de reactie op
stimulus 2 is veel intenser geworden door stimulus 1.
Een stimulus waar je later nog op reageert. Voorbeeld: onderweg terug van de sportschool
neemt iemand je parkeerplek in, excitation door de gymsessie zorgt voor verbale agressie.
Arousal versterkt emotionele reacties.
MODEL
1. Aangeleerd gedrag  stimulus 1
2. Opwinding door een andere reden  arousal
3. De interpretatie van een persoon over de status van opwinding, bijvoorbeeld dat
diegene vindt dat een agressieve reactie passend/normaal is. stimulus 2

Misattribution theory of arousal:
The Misconception: You always know why you feel the way you feel.

, The Truth: You can experience emotional states without knowing why, even if you believe
you can pinpoint the source.
Denkfout in de oorzaak waarom ze aroused zijn.
Spanning van de ene stimulus wordt gekoppeld aan spanning van een tweede stimulus. Alle
stimulus is op dat moment nog aanwezig (in tegenstelling tot het excitation transfer model).
Het verkeerd toeschrijven van arousal, verkeerd cognitief evalueren.
Passionate love: een voorbeeld van misattribution of arousal. Passionate love wordt
veroorzaakt door enorme fysiologische arousal en de interpretatie dat deze opwinding
wordt veroorzaakt door de geliefde persoon. De passionate love vermindert vaak na enige
tijd.  Werkt ook zo bij agressie

3. Hoe zag het experiment eruit?

Dutton, D. G. & Aron, A. P. (1974). Some evidence for heightened sexual attraction under
conditions of high anxiety. JOURNAL OF PERSONALITY AND SOCIAL PSYCHOLOGY, 30(4),
510-517.
Het onderzoek van Dutton & Aron gaat over seksuele aantrekkingskracht in situaties van
verhoogde spanning (anxiety). In het eerste experiment werden 85 mannen op een
hoge/spannende brug of lage/saaie brug aangesproken. Bij de hoge brug schreven de
mannen (bij een vrouwelijke experimenter) seksueel getintere verhaaltjes en belden vaker
terug. Arousal door de brug werd toegeschreven aan vrouw (misattribution). Een kritiekpunt
is dat bij het experiment de selectie van de proefpersonen echter niet goed kon worden
gedaan (wie op welke brug liep, hun persoonlijkheid).
In het tweede experiment zijn de resultaten nogmaals gevonden (veldreplicatie  zelfde
resultaten).
Bij het derde experiment werd gekeken hoe hoog de spanning was wanneer ze een schok
(mild/zwaar) zouden krijgen. Resultaat: aanwezigheid vrouw (lotgenoot)  minder angst +
des te zwaarder de schok, des te aantrekkelijker de vrouw.

Meston, C. M., & Frohlich, P. F. (2003). Love at first fright: Partner salience moderates
roller-coaster-induced excitation transfer. Archives of Sexual Behavior, 32, 537-544.
Meston & Frohlich keken ook naar verhoogde seksuele aantrekkingskracht. In hun
onderzoek ondervroegen ze mannen en vrouwen voor en na een ritje in een achtbaan over
de aantrekkelijkheid van zowel hun buur in de rit, als een gemiddeld aantrekkelijke foto van
iemand van het andere geslacht. In lijn met voorspellingen van de excitation transfer theory
beoordeelden mensen de aantrekkelijkheid en de kans dat ze met de andere persoon, of de
persoon van de foto zouden daten hoger na de rit. Wanneer men met hun vriend of
vriendin zat had de rit geen significante invloed op aantrekkelijkheid. Drie verklaringen voor
dit effect worden gegeven; 1) de partner ziet er na de rit minder goed uit door bijvoorbeeld
zweten, 2) men weet de attributie van de spanning beter te plaatsen (bij de achtbaanrit) of
3) men verwachtte dat de partner de response op de vragen zou inzien.
Mensen vonden de persoon waarmee ze in de achtbaan zaten ná de rit aantrekkelijker dan
voor de rit. Dit is een voorbeeld van excitation transfer. Dit kan komen doordat: mensen
spanning ervaren tijdens het wachten in de rijonderdrukken van aantrekkingskracht tot
ander individu. De opluchting na de rit goed gevoel aantrekkelijk. Mensen in een relatie
na achtbaan  minder/even aantrekkelijk. Komt doordat: ze kijken naar elkaar i.p.v. foto en

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper psychologiestudent1. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 62774 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49  17x  verkocht
  • (13)
In winkelwagen
Toegevoegd