Grondslagen van de beleidsinformatica
Geert Monsieur
Inhoud
Hoofdstuk 1: Positionering van ICT ........................................................................................................... 1
Hoofdstuk 2: Gegevenspresentatie ........................................................................................................... 4
Hoofdstuk 3: HTML EN HET WORLD WIDE WEB ....................................................................................... 7
Hoofdstuk 4: GESTRUCTUREERDE GEGEVENS: XML ............................................................................... 10
Hoofdstuk 5: DATABASES......................................................................................................................... 13
Hoofdstuk 6: De binnenkant van een computer ..................................................................................... 16
Hoofdstuk 7: De werking van randapparatuur ....................................................................................... 21
Hoofdstuk 8: systeemprogrammatuur .................................................................................................... 25
Hoofdstuk 9: communicatietechnologie en het internet ....................................................................... 28
hoofdstuk 10: ict-infrastructuur en -architectuur................................................................................... 33
hoofdstuk 11: informatie en strategie .................................................................................................... 38
HOOFDSTUK 1: POSITIONERING VAN ICT
- Informatica: leer van de methoden en technieken voor het ontwikkelen, opzetten en
gebruiken van informatiesystemen
- Informatiesysteem: geheel van samenwerkende componenten dat gegevens (data) verwerkt
tot bruikbare informatie
- Input = data; output = informatie
- Data kan niet direct gebruikt worden: wordt eerst verwerkt tot informatie (waardevoller)
- Klantenkaarten worden gebruikt om data te verzamelen (niet voor de kortingen)
- Interface: zet informatie van systeem 1 om in herkenbare informatie voor systeem 2
- IT = informatietechnologie; ICT = informatie- en communicatiesysteem
Informatiesysteem
Gegevens en Informatie
- Gegevens (data):
o Ruwe feiten, georganiseerde codes
o Gegevensbronnen: binnen/buiten de onderneming: klantenorders, facturen,
streepjescodes, RFID (informatie opslaan op een minuscule chip), …
o Gegevensvormen: numeriek, alfanumeriek (tekst), grafisch (beeld), geluid
- Informatie
o Gegevens met concrete betekenis
1
, o Overdraagbare kennis
o Wordt gecreëerd en gecommuniceerd door middel van informatiesystemen via een
gegevensverwerkingsproces
- Kenniseconomie: informatie als productiefactor (vroeger was informatie niet essentieel, nu
wel (competitiviteit)
- Data -> Informatie -> Kennis
- Kenmerken data en informatie
o Kenmerken: accuraat (nauwkeurig, zonder fouten), volledig, relevant (op de te
nemen beslissing), tijdig (verouderd = onbruikbaar) en verifieerbaarheid
(controlemogelijkheid)
Gegevensverwerkingsproces
- 1 of + activiteiten: invoer (input), verwerking (processing), opslag (storage), uitvoer (output)
- Input: ruwe gegevens + gegevensverwerkingsproces = output = bruikbare informatie
- Vergelijkbaar met fysiek productieproces: grondstoffen (+ opslag, transport) -> product
- Invoerfase
o Bepaalde gebeurtenissen doen gegevens ontstaan
o Moeten verzameld worden
o Moeten geverifieerd worden op accuraatheid en volledigheid
o Worden soms gecodeerd
- Verwerkingsfase
o Gegevens worden geclassificeerd of gesorteerd
o Bewerkingen worden uitgevoerd
o Samenvattingen en overzichten worden gemaakt
- Uitvoerfase
o Omzetten van verwerkte gegevens in een voor de eindgebruiker leesbare vorm
- Opslag
o Bewaren en beschermen van gegevens
o Kan gebeuren in elk van bovenstaande stadia
Informatie- en communicatiesystemen
- Digitale computer
o Programmagestuurde machine
o Intern geheugen voor het zelfstandig (onder programmabesturing) afwerken van
diverse taken m.b.t. input, processing, storage en output
o Hardware = apparatuur die hierbij tussenkomt (tastbare van computersysteem),
omvat interne geheugen en centrale verwerkingseenheid
o Computerprogramma = beschrijving (eindig aantal stappen) om hardware taken te
laten uitvoeren
- Interne geheugen
o Parkeerplaats voor gegevens en programmaopdrachten in verwerking
o Tijdelijke opslag
o Meestal aangevuld met hulpgeheugens: aanvulling én permanente opslag van
gegevens (harddisk, geheugenkaart, USB-sticks, dvd-roms, blue-rays, …)
- Centrale verwerkingseenheid
o Verwerking van gegevens
o Besturingsorgaan (CU, control unit) heeft een stuur-en controlefunctie
▪ Ophalen van gegevens en programmaopdrachten uit interne geheugen
2
, ▪ Opnieuw wegschrijven van resultaten
▪ Interpretatie, initiatie en bestuur van programmaopdrachten
▪ Besturen van invoer- en uitvoerbewerkingen
o Rekenkundige logische eenheid (ALU, arithmetic logic unit)
▪ Uitvoeren van rekenkundige en logische (waar of onwaar) bewerkingen op
gegevens
▪ Gegevens uit interne geheugen worden naar tijdelijke opslagplaats in ALU
gebracht, resultaten worden opnieuw gekopieerd naar interne geheugen
- Invoerapparatuur
o Gegevens en programma’s in het intern geheugen brengen
o Toetsenbord, muis, magnetische lezers, …
- Uitvoerapparatuur
o Verwerkte gegevens vanuit interne geheugen opnieuw beschikbaar stellen in
bruikbare vorm
o Beeldschermen, printers, …
Software
- Programmatuur
o Systeemsoftware: ondersteunende en beheersmatige taken, brug tussen hardware
en applicatiesoftware (operating systeem, vertaalprogramma’s, …)
o Applicatiesoftware: oplossing voor specifieke eindgebruiker (Excel, Word, …)
Telecommunicatie
- Vb. wanneer je iets koopt communiceert het systeem dat de voorraad vermindert
- Kan gaan tot bij de leverancier
Mensen
- Verschillende jobs in ICT (nood aan kennis van “de business”)
- Vroeger: alleswetende informaticus (ICT-toepassingen maar geen oog voor noden gebruiker)
- Quick & dirty: gebruikers bouwen zelf toepassingen
- Nu: gebruikers = klanten en ICT = service
IT doesn’t matter
- Nicholas Carr
- IT is handelsproduct (vergelijkbaar met waterleiding)
- Focus op kostenreductie, standardisatie, stabiliteit
- Niet streven naar differentiatie of competitief voordeel
- ICT is een enabler van competitief voordeel maar meestal tijdelijk (gekopieerd door
concurrentie)
Business value van ICT
- Sneller, beter, slimmer
- Sneller: automatiseren (bv. online toepassing waarmee klanten lening aanvragen)
- Beter: organisational learning (bv. kredietwaardigheid van klanten evalueren)
- Slimmer: ondersteuning van strategie (bv. voor hogere winstgevendheid -> strengere selectie
van leningen maar voor groei van de bank -> minder strenge selectie)
- Belangrijkste: ondersteuning business strategie
3
, Why ICT matters
- Accounting & finance
o Ondersteuning controle en up-to-date info aan management
o Uitwisseling financiële informatie met leveranciers en klanten
- Productie & logistiek
o Voorspellingen, geautomatiseerde verwerking van orders
o Connectie systemen afnemers en toeleveranciers
- Humanresourcesmanagement
o Job sites op web
o Communicatie met werknemers via intranet
o Analyse personeelsgegevens
o Misbruik internet? Privacy?
- Marketing
o Directe interactie klanten via internet
o CRM: identificatie en analyse marktsegmenten
o Aantrekken en behouden klanten
HOOFDSTUK 2: GEGEVENSPRESENTATIE
Gegevens en codes
- Gegevens worden vastgelegd in gecodeerde vorm
- Digitale computer werkt op basis van stroomstoten: beperkt aantal toestanden (= digitaal ><
analoog): 0 (afwezigheid) of 1 (aanwezigheid)
- Bit = binary digit
Positionele talstelsels
- Basisgetal (radix): aantal symbolen in het talstelsel (bv. decimaal, binair, …)
- Waarde positie = (basisgetal)positienummer
- Waarde symbool in positie = symbool x waarde positie
Binaire gegevenseenheden
- Bit = 0 1
- Byte = 8 bits (1 byte: 28 = 256 getallen)
- B, KB, MB, GB, TB, PB (altijd x 210) → Byte naar KB = x/210 , byte naar MB = x/220
- !!! Kilobit ≠ kilobyte
- N-posities = 2N-combinaties/getallen
- Optellen: !!! 1 + 1 = 0 met overdracht van 1 naar volgende positie
- Aftrekken: complement en tweecomplement: het negatieve getal:
o Eerst juist aantal bits
o Dan omkeren
o Dan 1 bijtellen
o Als er een bijkomende positie is wordt die weggelaten (ook al is het een 1)
o 1e bit resultaat = tekenbit (0 = +, 1 = –)
o Indien resultaat – dan opnieuw omkeren en 1 bijtellen
- Vermenigvuldigen: verschuiven en optellen
- Delen: verschuiven en aftrekken
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper HIRstudent123. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,49. Je zit daarna nergens aan vast.