Hoofdstuk 1
Ondernemingsvormen:
Niet-commerciële organisaties / non-profit organisatie: zij streven niet naar winst
Vereniging: leden, bestuur en een doel.
Stichting: bestuur en een doel.
Rechtsvorm is de juridische vorm van een organisatie
Commerciële organisaties:
Eenmanszaak: één eigenaar die overal voor verantwoordelijk is. Kan personeel in
dienst hebben. Bij schulden privé-aansprakelijk.
Vennootschap onder firma (vof): twee of meer vennoten oefenen een bedrijf uit
onder gemeenschappelijke naam (Gezamenlijk bedrijf). Voordelen: meer geld om te
investeren, elkaar opvangen bij ziekte, teken verdelen. Bij schulden privé-
aansprakelijk.
Naamloze en een besloten vennootschap (nv en bv): rechtspersoon waarbij de
eigenaren beperkt aansprakelijk zijn. Bij nv mogen aandelen vrij verhandeld worden.
Hoofdstuk 2
Procent: geheel: 100 = 1% 0.01
5% van 1200= 1200:100 x 5 = 60
Promille: geheel: 1000 = 1% 0.001
5%. van 1200= 1200:1000 x 5 = 6
Procent rekenen
Deel: geheel x 100
(Nieuw-oud):oud x 100= nieuw
(Oud-nieuw):nieuw x 100= oud
Indexcijfer
Een indexcijfer is een getal dat de verhouding weergeeft tussen de waarde van een
grootheid in een bepaalde periode en de waarde van die grootheid in de basisperiode. Een
indexcijfer is een verhoudingsgetal.
Formule: waarde: waarde basisjaar x 100 = indexcijfer
, Voorbeeld:
2013?= 32.500: 30.000x100= 108.3
Indexcijfer 2013= 108.3
2 manieren gemiddelde uitrekenen
1. Ongewogen gemiddelde: getallen: het aant. getallen
2. Gewogen gemiddelde: weging x getallen : wegingsfactoren
Bijv: 3 voor so (1) en 7 voor pw (2)
Ongewogen gemiddelde= 3+7:2
Gewogen gemiddelde= 1x3 + 2x7 : 1+2 =
Gewogen indexcijfer: weging x indexcijfer : wegingsfactoren
Hoofdstuk 3
Verkoopprijs x afzet
- inkooprijs x afzet
= brutowinst
- bedrijfskosten
= nettowinst
Balans: moment opname
Debit = bezit Credit = vermogen
Vaste activa= bezittingen lang in bezit >1j Eigen vermogen= eigen geld
Vlottende activa= voorraad <1j Vreemd vermogen lang= hypotheek / lening
Debiteuren = mensen die nog moeten
betalen
Liquide middelen= Vreemd vermogen kort= crediteuren, als je
Bank bijv. je leverancier moet betalen
Kas
Winst / verlies rekening: periode scontrovorm
Debit= kosten Credit= opbrengsten
Inkoopwaarde omzet Omzet
Overige kosten
Nettowinst (zodat winst en verlies in balans Nettoverlies (zodat winst en verlies in
is) balans is)
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper babsgubbels. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.