Hoorcollege 1/11
Functie respiratoir systeem
- Uitwisseling van gassen: O2 <-> Co2
- Creëren van geluid
- Reuk
- Afweer
- Opvangen bloedstolsels
- Homeostatische regulatie pH
Wet van Boyle: P x V = constant
Wet van Charles: V / T = constant
Wet van Gay-Lussac: P/T = constant
Wet van Avogadro: volume van een ideaal gas bij gelijke druk en temperatuur is evenredig
met het aantal deeltjes
PV = nRT
In longblaasje is de partiële zuurstofdruk 105 mmHg.
In longblaasje is de partiële CO2 druk 40 mmHg
Alveoli bevat macrofagen, endotheelcellen, fibroblasten en pneumocyt type 1 en 2 cellen.
Pneumocyten type II produceren surfactant om de alveolaire oppervlaktespanning te
verlagen.
Diafragma gaat contraheren, longen worden groter, volume wordt groter, de druk wordt
kleiner, zodat er een luchtstroom van buiten naar binnen kan gaan.
F = Palv - Patm / R
Bij uitademing relaxeert het diafragma en worden longen dus kleiner. Volume daalt en druk
wordt groter. Luchtstroom van binnen naar buiten.
Astma zorgt voor een verdikking van de bronchiën, gladde spiercellen contraheren. Er is dus
sprake van een luchtwegobstructie.
Er is een pleurale ruimte, tussen je borstkas en je longweefsel.
De druk in de intrapleurale ruimte is altijd negatief tov de druk in de thorax wand en de
intrapulmonaire druk.
Hoe minder energie de vergroting van het longvolume kost, hoe groter de compliantie
Obstructieve longziekten: de passage van de lucht door de luchtwegen is belemmerd.
- COPD:
- emfyseem: longaandoening met kortademigheid en hoesten
- chronische bronchitis: langdurige ontsteking van de luchtpijp vertakkingen.
- astma: chronische ontsteking van de luchtwegen in de longen
Restrictieve longziekten: verminderde hoeveelheid longweefsel voor de diffusie van O2.
- longfibrose
- aantasting van de ademhalingsspieren
- klaplong
BIj emfyseem fuseren de longblaasjes met elkaar. (obstructieve longziekte, maar eigenlijk
ook restrictief.
Fibrose, er komt veel collageen tussen de bronchiën.
De verschillende longvolumes moet je kennen.
Anatomische dode ruimte is dat geen van de longen dat niet meedoet met uitwisseling van
zuurstof.
Respiratoire minuut volume:
Hoeveelheid lucht dat we in en uitademen per minuut.
Alveolair minuut volume (Va)
De hoeveelheid lucht dat in de alveoli komt per minuut
Wet van Fick:
Vo2 = A x a x D x delta P/d
A = uitwisselingsoppervlak
a = oplosbaarheid gas
D = diffusiecoëfficient
delta P = drukverval
d = diffusieafstand
,Peak flow meter en pneumotachografie kan de hoevelheid lucht die de longen kunnen
bevatten en die zich verplaatst tijdens de in en de uitademing bepaald worden.
Peak flow meter:
meten van de maximale peak flow: snelheid van uitademen
zegt iets over:
respiratoire spieren
diameter van tacea
techniek van blazen.
Wordt gebruikt voor monitoren van astma.
Tiffeneau waarde: ratio van FEW1/FVC
FEV1: expiratoire 1 seconde capaciteit; het volume dat kan uitgeblazen worden in 1 seconde
na een volledige inhalatie
FVC = forced vital capacity: het maximale volume wat uitgeblazen kan worden na een zo
diep mogelijk inademing.
Bij iemand met een obstructie is de FVC en FEV1 verminderd.
Factoren die bij laminaire stroming de weerstand
bepalen, zijn te zien in deze formule:
weerstand: 8 x viscositeit x buislengte / pi x (straal van de buis)^4
Flow volume curve: pneumatochograaf
Volume staat tegenover de flow.
Bij extra thoracaal obstructie geen probleem met uitademen
Bij intra thoracaal obstructie geen probleem met inademen.
Functie long en luchtwegen:
Opname zuurstof, afgifte koolstofdioxide en regulatie zuur-base evenwicht.
Geleidend deel: van neusholte tot bronchioli terminalis
Bevochtigen, verwarmen en reinigen vd lucht
Respiratoire deel: van bronchioli respiratoire tot de alveoli.
Kraakbeen is alleen aanwezig in trachea en bronchiën.
Cilindrisch epitheel, hoog in de luchtwegen.
Kubisch epitheel, laag in de luchtwegen.
Bij alveoli is de epitheel dun.
Hyalien kraakbeen aanwezig tot de bronchioli: biedt stevigheid.
Respiratoir epitheel:
1. cilindrisch/kubisch epitheel met cilia
2. slijmbekercellen (goblet cell)
3. basale cellen
4. borstel cellen
5. kleine korrelcellen.
Meerrijig cilindrisch epitheel met cilia: transport van slijm naar de pharynx
cilindrische epitheelcellen worden naarmate we dieper gaan kubisch en worden plat in de
alveoli.
Slijmbekercellen: productie en excretie van slijm.
Slijmbekercellen neemt af richting de kleinere brionchi en zijn afwezig in terminale bronchioli.
Slijm geproduceerd door slijmbekercellen drijft op een vloeibaar laagje geproduceerd door
klieren in submucosa en de lamina propria.
Borstel Cellen:
bevatten veel microvilli en aan oppervlak zenuwuiteinden.
Basale cel: stamcel van epitheel
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper DKRD. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,89. Je zit daarna nergens aan vast.