Hoorcollege 1 Operaties en processen binnen Bedrijfskunde................................................2
Hoorcollege 2 Process ontwerp..............................................................................................6
Hoorcollege 3 Process Mining..............................................................................................13
Hoorcollege 4 Bottlenecks en Little’s Law............................................................................17
Hoorcollege 5 Capaciteitsanalyse........................................................................................19
Hoorcollege 6 Layouts van Processen.................................................................................24
Hoorcollege 7 Resourceplanning en leercurves...................................................................32
Hoorcollege 8 projectmanagement.......................................................................................38
Hoorcollege 9 kwaliteitsmanagement: beheer van flow variabiliteit......................................42
Hoorcollege 10 Lean Operations..........................................................................................49
Hoorcollege 11 Onzekerheid en weerbaarheid.....................................................................51
Instructiecolleges.................................................................................................................. 60
Instructiecollege 1............................................................................................................ 60
Instructiecollege 2............................................................................................................ 61
Instructiecollege 3........................................................................................................... 62
Instructiecollege 4........................................................................................................... 63
Instructiecollege 5............................................................................................................ 64
Instructiecollege 6............................................................................................................ 65
ARAPU Case........................................................................................................................ 66
Case the event Hub.............................................................................................................. 67
,Hoorcollege 1 Operaties en processen binnen
Bedrijfskunde
De aard van processen
Definitie van proces:
Een continue en regelmatige actie of aaneenschakeling van acties die plaatsvindt of
worden uitgevoerd op een vastgestelde wijze: en een bepaald resultaat of uitkomst
hebben; een voortdurende operatie of keten van operaties.
Bedrijfsproces:
Elke transformatie waarbij inputs worden omgezet in outputs
- Met behulp van resources
- Die een collectie van gerelateerde acties, activiteiten en beslissingen
uitvoeren
- Om een uitkomst te bewerkstelligen die waarde heeft voor ten minste één
(externe of interne) klant
Scope:
Het beheren van de middelen en processen die producten en diensten voortbrengen
Waarom vinden bedrijven procesmanagement belangrijk?
Operations management biedt de sleutel tot superieure prestaties in elke industrie
- Hoe categoriseren bedrijven de verwachtingen van klanten waaraan zij willen
voldoen?
- Welke maatstaven worden gebruikt om de prestaties te bewaken en te
beheren?
- Hoe worden organisaties gestructureerd om superieure (financiële) prestaties
te leveren?
Operations and process management OPM
Activiteit van het beheren van de middelen en processen die producten en diensten
voortbrengen
- Proces = rangschikking van middelen (mensen, uitrusting,
informatiesystemen) die inputs aan de (interne, externe) vraag van de klant
- Operations = Operationele functie = hoe een organisatie producten of
diensten produceert
,Proces typen en maatstaven
De 4v typologie
In Bank processen
,Wat stakeholder willen van processen
Prestatiemaatstaven
- Ontwerp van processen beïnvloedt de prestaties van de gehele operatie
- Prestatiemaatstaven bepalen of een proces ‘ goed’ loopt of niet
- Belang van (objectieve) metingen
- Lord Kelvin: If you cannot measure it, you cannot prove it
Vind interne maatstaven om externe maatstaven en financiële maatstaven te
bereiken
Externe maatstaven (bijv, klanttevredenheid)
- Monitor klanttevredenheid in termen van kosten, snelheid, kwaliteit
,De zes prestatiedoelstellingen van de operaties
- Kwaliteit → Juist zijn
- Snelheid → Snel zijn
- Betrouwbaarheid → Afspraken nakomen
- Flexibiliteit → Kunne veranderen
- Kosten → productief zijn
- Duurzaamheid → bestendig zijn
Afwegingen
Chirurg: Wil je een snelle operatie of een operatie die goed wordt uitgevoerd?
Reizen: wil je flexibel of goedkoop vervoer?
Afwegingen bij operaties zijn de wijze waarop men bereid is de ene
prestatiedoelstelling op te offeren om te kunnen excelleren in een andere.
De efficient frontier van afwegingen
,Hoorcollege 2 Process ontwerp
Proces modellering
- Er bestaan verscheidene technieken om processen te ‘modelleren’
- De meeste technieken zijn gebaseerd op een visualisatie van het proces in
een zgn. Flow chart
- Meest gebruikelijke
Proces Modelleringstechnieken
- Petri nets
- Business process model and Notation (BPMN)
Verschillen tussen BPMN en Petrines
- Verschillende doelen rechtvaardigen andere modelleertechnieken
- Maar: onder bepaalde aannames kan PMN in Petri Nets worden
getransformeerd en vice versa
Dit vak gebruikt
- Pertinents om de stroom van individuele flow units te begrijpen en een
process beschrijven
- BPMN om grote stromen van flow units te beschrijven en die te analyseren
Petrinets
Symbolen
,Tokens activeren transities
- Elke transitie moet minstens één token bevatten op alle invoer plaatsen om te
kunnen ‘vuren’
→ Wanneer een transitie een token voor alle invoerplaat bevat is
deze enabled/geactiveerd
- Bij het afvuren van een geactiveerde transitie wordt er één token van elke
invoer plaats geconsumeerd en één token voor elke uitvoer plaats
geproduceerd
→ Het aantal invoer tokens en uitvoerrokens hoeven dus niet aan
elkaar gelijk te zijn
Petrinet regels
Ontwerp
- Verbindingen zijn gericht
- Pijlen verbinden een plaats met een transitie
- Plaatsen bevatten >= tokens
- Het workflow-net zelf is statisch (verandert niet); enkel de stroom van token is
dynamisch (verandert door de tijd)
Token games
- vuren is 'automatisch': een enkele, niet te onderbreken, stap
- In elke stap kan slecht één transitie tegelijkertijd vuren
- De toestand (‘markering’) van het systeem wordt aangeduid met de verdeling
van de tokens over de plaatsen
→ Een token kan een flow unit zijn, maar hoeft dat niet te zijn!. token
kan bijvoorbeeld een bezetting van een fotohokje zijn
,Sequentiële stromen
- Sequence patterns zijn plaatsen binnen een proces waar een token slechts
één pad kan nemen
1. Plaats p1 bevat één token
2. Alle invoer plaatsen van Transitie X, namelijk p1,
bevatten minstens één token. Transitie X is dus
geactiveerd gereed om te vuren
3. Transitie X vuurt: Het consumeert één token uit al
haar invoer plekken (p1) en produceert één token
voor al haar uitvoer plekken (p2)
4. Transitie X is niet langer actief. Transitie Y is nu
wel geactiveerd
5. Transitie Y vuurt: Het consumeert één token uit al
haar in voerplekken (p2) en produceert één token
voor al haar uitvoer plekken (p3)
,Exclusive or XOR patterns
- Zijn plaatsen binnen een proces waar een token twee of meer alternatieve
paden kan nemen. Slechts één van de paden kan worden genomen tijdens
het vuren
Split pattern XOR
1. Nadat transitie x heeft gevuurd, bevat
plaats p1 een token. Zowel transitie Y als transitie
Z zijn nu geactiveerd (gered om te vuren)
Alleen transitie Y vuurt of alleen transitie Z kan nu vuren, maar niet allebei tegelijk
2.a Vuurt transitie Y, consumeert het een token
van p1,
en produceert het een token voor p2. Transitie Z
blijft
ongedaan pad p1 → p2
2.B Vuurt transitie Z consumeert het een token van
p1, en
produceert het een token voor p3. Transitie Y blijft
onaangedaan: pad p1 → p3
, Join pattern XOR
Zelfde mechanisme als XOR split pattern, maar nu gericht op de exclusieve
consumptie in plaats van exclusieve productie
Alleen transitie X vuurt of alleen transitie Y vuurt,
maar niet allebei.
a. Vuurt transitie X, consumeert enkel een token uit
p1 en produceert het een token in plaats p3.
Transitie Z is actief
b. Vuurt transitie Y, consumeert het enkel een token
uit p2 en
produceert het een token in plaats p3. Transitie Z
is actief.
Parallel Stromen AND
Zijn plaatsen binnen een proces waar de stroom twee of meer alternatieve paden
kan nemen. Alle paden worden tegelijkertijd genomen tijdens het vuren.
→ N.B: het aantal input tokens en output tokens hoeven dus niet aan
elkaar gelijk te zijn!
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper ryannewestenberg33. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.
