Bartjes Dermatologie
Bacteriële huidinfecties
Het verschil tussen de residente en de transiënte huidflora beschrijven en van beide minstens
twee voorbeelden noemen.
Huidflora is afhankelijk van milieu ter plaatse en algemene conditie van de mens.
Resident flora(blijvende flora)
Belangrijkste deel
Overleven op huid
Vermenigvuldigen zich
Moeilijker te verwijderen
O.a. beschermen tegen bact. Infecties
Transiënte flora (tijdelijke flora)
Contaminant (bij toeval op de huid)
Gemakkelijker te verwijderen
Meer op gezicht, hals, nek, handen
Het verschil uitleggen tussen primaire bacteriële huidinfecties, secundaire bacteriële
huidinfecties en huidafwijkingen bij systemische bacteriële infecties.
Oorzaak huidinfectie
Door overgroei van residente flora
Door S. aureus en/of S. pyogenes (pyococcen)
Door andere micro-organismen
Primaire bacteriele huidinfecties: Als ziektekiemen rechtstreeks een infectie veroorzaken in gezond
weefsel (zie Johan toonstra voor bijpassende plaatjes)
Secundaire bacteriële huidinfecties: Als infectie optreedt in beschadigd weefsel
Huidafwijkingen bij systemische bacteriële Infecties
Bacteriële endocarditis: Bacteriën via de bloedbaan naar de huid. Het is een ontsteking van
de binnenbekleding van het hart en de hartkleppen. Soms ontstaan er roodzwarte stippen
onder de nagels (door kleine bloedingen) of vlekjes op de huid.
Pseudomonas sepsis: Bacteriën via de bloedbaan naar de huid. Veroorzaakt door
verschillende soorten van de gramnegatieve bacterie Pseudomonas, vooral Pseudomonas
aeruginosa. Kan voor huidafwijkingen zorgen zoals folliculitis, furunkels en karbonkels maar
ook ernstige ziektes.
Petechiën: een kleine rode of paarse puntvormige huidbloeding en wordt veroorzaakt door
een zeer kleine oppervlakkige bloeduitstorting wat bij hersenvliesontsteking (Meningitis) kan
ontstaan.
Meningococcen infecties: Bacteriën via de bloedbaan naar de huid. De infectie wordt
veroorzaakt door de bacterie Neisseria meningitidis
Staphylococcal scalded-skin syndroom: Toxinen via de bloedbaan naar de huid. Het is een
ernstige infectie van de huid, waarbij er slappe blaren op grote delen van het lichaam
ontstaan. De aandoening komt vooral voor bij kinderen jonger dan 5 jaar, met name bij
pasgeboren baby’s. Verwekker is de Stafylokokkus Aureus. Deze kan Exfoliatieve toxinen
maken: epidermolysinen
Toxische shock syndroom: Toxinen via de bloedbaan naar de huid. Giftige stoffen in je bloed.
Begint vaak plotseling met koorts, overgeven, spierpijn en soms een rode huiduitslag die lijkt
op zonnebrand. Kan door tampon. Sommige mensen zijn erg verward. Deze bacteriën maken
giftige stoffen: toxinen. Als een toxine in het bloed terechtkomt (bijvoorbeeld via een wondje),
kunt u daar erg ziek van worden. Zelfs shock.
, Het vóórkomen, het klinisch beeld, de etiologie/ pathogenese, de diagnostiek, prognose en
therapie van Lyme-disease beschrijven
De ziekte van Lyme is een infectieziekte die door de Borrelia bacterie wordt veroorzaakt.
Het meest voorkomende signaal van de ziekte van Lyme is een rode ring- of vlekvormige huiduitslag
(erythema migrans) op de plaats waar de teek heeft gebeten.
Eenmaal in het lichaam, richt de bacterie zich vooral op zenuwweefsel, gewrichten, de huid en het
hart. De klachten die daaruit voort kunnen komen zijn in eerste instantie griepachtige klachten of soms
opzwelling van oorlel of tepel. Deze klachten komen meestal binnen 3 maanden. Als de ziekte niet
opgemerkt wordt kan het overgaan naar een volgende fase. Dan kunnen neurologische, gewrichts-,
huid- of hartklachten ontstaan. Er wordt dan gesproken over late Lymeziekte. Te behandelen met
antibiotica.
Wat kunnen de gevolgen zijn van kolonisatie van de huid door Staphylococcus aureus bij
ziekenhuispersoneel, mensen met atopisch eczeem en hemodialyse-patiënten?
Voorkómen infecties:
Kolonisatieresistentie: de mate waarin autochtone bacteriën, zoals de bacteriën in de darm en
op de huid, weerstand kunnen bieden tegen nieuw koloniserende bacteriën.
Bacteriële interferentie: onschadelijke residente flora treedt in competitie met pathogene
micro-organismen voor dezelfde bindingsplaats.
Waarom kan erysipelas leiden tot lymfoedeem en lymfoedeem tot erysipelas?
Wondroos > Lymfeoedeem: Door de ontsteking kunnen de lymfvaten beschadigd worden en kan er
lymfoedeem ontstaan of bestaande oedeem verergeren.
Lymfeoedeem > Wondroos: Als er lokale stoornissen zijn in de circulatie van lymfevocht is het risico
op het ontwikkelen van wondroos groter, waarbij een bacterie in het weefsel komt.
Vragen
1.De transiënte huidflora is dat deel van de huidflora, dat zich moeilijk laat verwijderen. JUIST
2. Regelmatig wassen met zeep verbetert de weerstand van de huid.
3. Pyodermieën zijn huidinfecties, die veroorzaakt worden door virussen. ONJUIST
4. Impetigo vulgaris geneest altijd met littekenvorming. ONJUIST
Bij de behandeling van chronische paronychiae is het drooghouden van de vingers belangrijk. JUIST
5. Op het gezicht, in hals en nek en op de handen komt een relatief groter percentage transiënte
huidflora voor dan elders op het lichaam. JUIST
6. Bij de volgende furunkels wordt een antibioticum voorgeschreven: furunkel in het neusgebied, een
furunkel bij iemand met een hartklepgebrek of -prothese, furunkel met lymfadenitis. JUIST
7. Erysipelas kan leiden tot nefritis. JUIST
Virale infecties van de huid
De verschillen beschrijven tussen ectodermotrope virusinfecties, pantrope
virusinfecties en secundaire exanthemen.
Ectodermotrope virusinfecties: dat wil zeggen dat het virus voor replicatie afhankelijk is van
gedifferentieerd plaveiselcelepitheel. Het virus kan géén systemische infectie veroorzaken.
Pantrope virusinfecties
Secundaire exanthemen: De term exantheem of rash (in de volksmond ook wel
"vlekjesziekten") wordt gebruikt voor huiduitslag als uiting van een algemene aandoening. De
term wordt gebruikt als de uitslag bestaat uit rode vlekken (macula) en bultjes (papel) op de
huid; dit wordt ook wel een maculopapuleus exantheem genoemd. Er zijn veel infecties die
met een exantheem gepaard gaan.
Bovenstaande virusinfecties herkennen en beschrijven (klinisch beeld, de etiologie/ pathogenese, de
diagnostiek, prognose en therapie)
Zie johan toonstra Bartjes.
Vragen: