1: On Causal Reasoning or Death in the Warmoesstraat (H2 van ‘The Popular Policeman and Other
Cases’)
Het hoofdstuk begint met een gedetailleerde uitleg van de zaak: een politieagent probeerde een
(mogelijk) dronken man uit het politiebureau te weren omdat deze man meerdere dagen achter elkaar
binnen was gekomen om onderdak te vragen, wat daar niet mogelijk is. Na een korte worsteling werd de
man naar buiten verdrongen, viel op de stoep, werd later naar het ziekenhuis gebracht en overleed daar.
Volgens de politieagent liet de man zichzelf op de grond vallen, maar er zijn negen getuigen waarvan een
aantal beweren dat de agent de man duwde.
De agent werd aangeklaagd voor dood door schuld, dus er waren duidelijk mensen die een causaal
verband zagen tussen de aanraking van de agent en de harde val van de man. Één getuige gaf duidelijk
hetzelfde verhaal aan als de agent, maar de rest niet. de causaliteit lijkt ook heel logisch, aangezien het
lichamelijk contact en de val snel achter elkaar gebeurden. Toch pleit de agent dat hij de man niet meer
aanraakte toen hij begon te vallen.
Als het gaat om causaliteit zijn er vier principes die hier van belang zijn:
Elke gebeurtenis heeft een oorzaak
Wanneer een gebeurtenis heel logisch lijkt, denken we minder na over de mogelijke oorzaak
Causatie uitleggen is sterk berust op je kennis over de fysieke en sociale wereld
Causaal redeneren gebeurt vaak vanaf het gevolg terug naar de oorzaak
Er zijn een aantal dingen om rekening mee te houden in de getuigenverklaringen. De kans is groot dat
veel getuigen zelf hebben ingevuld dat de agent de man duwde, omdat dit de meest logische oorzaak is
van de val van de man. Wanneer je wordt gevraagd naar zo’n gebeurtenis, zal je niet snel aangeven dat
de man uit zichzelf viel, omdat dit een onlogische oorzaak is. Je hersenen vullen deze logische oorzaak zo
snel en vanzelfsprekend in, dat je er zelf van overtuigd bent dat je dit alles ook daadwerkelijk hebt
gezien.
Een ander opvallend gegeven is dat een getuige van buitenlandse afkomst was en hierom het nieuws
niet kon lezen of begrijpen. Deze getuige wist als enige niet dat de man was overleden toen om de
verklaring werd gevraagd. Deze verklaring is ook als enige vrij anders in de zin dat de vernomen duw van
de agent niet als zeer hard werd omschreven en dat de val als gevolg een ongeluk was. Het feit dat dit
verhaal niet werd beïnvloed door de kennis van de treurige afloop, doet vermoeden dat deze verklaring
dichter bij de waarheid ligt dan de andere verklaringen. Weken later, toen de getuigen nogmaals werden
ondervraagd, wist deze getuige inmiddels ook dat de man was overleden. De verklaringen die toen werd
gegeven, legde veel meer blaam bij de agent dan de vorige verklaring.
Er werd een onderzoek gedaan om te kijken of de mogelijk invloed van het nieuws daadwerkelijk zo
groot was. De situatie werd gereconstrueerd in een filmpje en 87 participanten kregen deze te zien.
Daarna kreeg de helft een krantenbericht te lezen waarin stond dat de man was overleden en de andere
helft dat de man nog in leven was. Vervolgens moesten ze zo goed mogelijk invullen wat er was gebeurd
en bepalen of de agent schuldig was of niet. De conditie waarin men leerde dat de man was overleden,
vond de agent veel vaker schuldig dan de andere conditie. De omschrijving van de ‘duw’ was niet
significant anders.
, Mensen hebben vaak eerst een emotioneel oordeel over wat er is gebeurd en gaan daarna pas logisch
nadenken. In die emotionele beoordeling zit direct al jouw ‘onderbuikgevoel’ over wie schuldig is. latere
logische redenering kan dit maar moeilijk veranderen. Het significante verschil in blaam laat zien dat de
media de getuigenverklaringen heeft beïnvloed.
Een ander gegeven wat hierbij ook een rol speelt is het feit dat mensen na het observeren van een grote
gebeurtenis invullen dat hier ook een grote oorzaak bij moet zijn. De grote gebeurtenis is hier de dood
van de man, en de getuigen vullen dus in dat de agent hier wel heel hard geduwd moet hebben omdat
er een grote oorzaak nodig is. Ook dit principe is onderbouwd met wetenschappelijk onderzoek waarbij
mensen verschillende berichten te horen kregen en zelf moesten bedenken welke oorzaak hierbij zou
horen.
Er zijn nog meer factoren die een mens helpen beslissen in wat de oorzaak voor ene gebeurtenis kan
zijn:
Iets gebeurde vlak voor de grote gebeurtenis (precendence)
Covariatie: dezelfde oorzaak komt bijna altijd met deze gebeurtenis voor
Tijd en ruimte: de oorzaak zit dicht bij de gebeurtenis in tijd en ruimte
De oorzaak en de gebeurtenis hebben ongeveer dezelfde sterkte en duur (congruity)
Er zijn maar weinig alternatieve verklaringen beschikbaar
Dit zijn heuristische criteria, wat wil zeggen dat ze snel en slordig worden gebruikt.
Voor wat betreft de zaak, kwamen er twee nieuwe getuigenverklaringen binnen: de dochter van de man
vertelde dat hij zich vaker uit zichzelf liet vallen als hij boos was, en een manager van een hostel vertelde
dat hij een keer ongeveer hetzelfde had meegemaakt als de agent. Deze twee verklaringen spreken in
het voordeel van de agent, maar zijn vaak moeilijk in een rechtszaal te gebruiken omdat ze buiten de
causaliteit van de zaak vallen. Er was niets bekend over de medische conditie van de man, dus er was
geen alternatieve verklaring mogelijk voor zijn dood (ziekte).
Uiteindelijk werd de agent veroordeeld voor ‘accidental manslaughter’. De rechter besloot dat de duw
van de agent wel de oorzaak was van de dood, maar dat de agent dit waarschijnlijk niet zo bedoeld had.
Dit oordeel was bereikt ondanks dat de rechter door deze auteur op de hoogte was gesteld van de
gevaren van causatie en de mogelijke fabricatie van de getuigenverklaringen. Waarschijnlijk kon de
rechter zich niet losmaken uit zijn eigen causale heuristieke middelen en moest de grote gebeurtenis (de
dood van de man) wel te maken hebben met een grote oorzaak (de duw van de agent). Anders leek het
gewoon niet logisch.
Ook belangrijk om te onthouden: ook al lijken de auteurs overtuigd van het ongelijk van de rechter,
kunnen ze dit niet met honderd procent zekerheid zeggen.
In sommige gevallen is het zo dat een gebeurtenis is ontstaan door de samenloop van meerdere
oorzaken. Zo kan het soms zijn dat mensen schuldig worden bevonden van een gebeurtenis, terwijl zij
niet verantwoordelijk waren voor alle oorzaken. Er zijn drie criteria die deze beoordeling zouden kunnen
rechtvaardigen:
Fatal blow: de laatste oorzaak voor de gebeurtenis was de druppel die de emmer deed
overlopen en kan gezien worden als de meest verantwoordelijke
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper MaaikePsy. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.