Kenmerken Nederlands Openbaar bestuur
Nederland is een constitionele monarchie, dat wil zeggen dat een koning staatshoofd is.
Nederland is een rechtstaat: het overheidshandelen is onderworpen aan de regels van het recht,
zodat de overheid niet naar willekeur mag handelen. Dit heet ook wel het legaliteitsbeginsel: de
overheid mag alleen handelen op grond van wettelijke bevoegdheden.
Nederland kent een gedeeltelijke scheiding der machten, dat wil zeggen dat de wetgevende, de
uitvoerende en de rechtssprekende macht in sterke mate onafhankelijk zijn en elkaar controleren.
Nederland heeft een scheiding van kerk en staat
Nederland heeft een parlementair stelsel, wat inhoudt dat de bevolking rechtstreeks het hoogste
besluitvormende orgaan kiest, de tweede kamer, waaraan de regering verantwoording schuldig is.
Ministeriele verantwoordelijkheid: de ministers zijn verantwoordelijk, ook voor het optreden van het
staatshoofd en voor het doen en laten van de rijksambtenaar.
Vertrouwensregel: ministers worden geacht af te treden zodra zij het vertrouwen van de
volksvertegenwoordiging verloren hebben.
Dualistisch: de volksvertegenwoordiging is onafhankelijk van de regering en ministers en kunnen
geen deel uitmaken van de Staten-Generaal.
De Nederlandse bevolking kiest geen bestuurders. De leden van de gemeenteraad en de provinciale
staten benoemen respectievelijke wethouders en gedeputeerde.
Het Nederlandse kiesstelsel is gebaseerd op een stelsel van evenredige vertegenwoordiging, wat wilt
zeggen dat het aantal zetels voor een partij in overeenstemming is met de aanhang van die partij
onder de bevolking.
Nederland is een gedecentraliseerde eenheidsstaat
Een constitutioneel hof is niet aanwezig, zodat er geen onafhankelijke rechterlijke instantie is die
wetten toetst aan de grondwet.
Omvangrijk functioneel bestuur, dat wil zeggen dat bestuursorganen die – anders dan de drie
territoriale bestuurslagen Rijk, provincies en gemeente – een beperkt, wettelijk vastgesteld
takenpakket hebben.
, lOMoARcPSD|9994297
Hoofdstuk 2: De Nederlandse staat
Wat is een staat? (Vier kenmerken)
1. Er is sprake van een specifiek grondgebied. De Nederlandse staat wordt begrensd door
andere staten en de Noordzee.
2. Er is een bevolking
3. Er is een wettelijke ordening en er is een bestuurlijke organisatie die gezaghebbend de wet-
en regelgeving kan handhaven.
4. Een staat is erkend. De staat der Nederlanden is erkend door de staten waarmee
vriendschappelijke betrekking worden onderhouden.
De staat der Nederlanden
De staat der Nederlanden is een rechtspersoon. Het begrip staat der Nederlanden is de juridische
term voor de Nederlandse overheid. Dit houdt in dat de staat, net als een individu, bevoegd is
rechtshandelingen te verrichten.
Nederland maakt deel uit van het koninkrijk der Nederlanden, dat ook Aruba, Curaçao en Sint-
Maarten omvat.
De Nederlandse koning is staatshoofd van het gehele koninkrijk der Nederlanden. In Curaçao, Aruba
en Sint-Maarten wordt de koning vertegenwoordigd door de gouverneur. De regering van het
koninkrijk bestaat uit de koning en de Raad van Ministers.
Nederland is sinds de grondwet van 1815 een constitutionele monarchie. Een constitutionele
monarchie is een staat waarin het koningschap verankerd is in een constitutie. Een constitutie is het
geheel van elementaire geschreven en ongeschreven regels met betrekking tot de organisatie van
een staat.
Parlementair stelsel
Nederland is een democratie waarin de bevolking van 18 jaar en ouder haar hoogste
besluitvormende orgaan kiest: de Tweede Kamer. Dat is de kern van ons parlementair stelsel.
Dit stelsel kent twee principes.
Ten eerste is de koning onschendbaar en zijn de ministers verantwoordelijk; dit wordt de regel van
de ministeriele verantwoordelijkheid genoemd
Ten tweede moet een kabinet het vertrouwen van een meerderheid in de Tweede Kamer hebben.
Rechtstaat
De Nederlandse staat is onderworpen aan de regels van het recht. Dit betekent dat Nederland een
rechtsstaat is. Het bevat de volgende kenmerken:
• Al het overheidshandelen dient te zijn gebaseerd op bevoegdheden die zijn vastgelegd in
wetten.
• Er dienst sprake te zijn van een machtenscheiding in de staat.
• Het bestaan van vrije en geheime verkiezingen
• Het bestaan van grondrechten zoals het recht op vrijheid van meningsuiting, gelijke
behandeling, het recht van vereniging en vergadering, en de vrijheid van godsdienst. Het
bestaan van vrije en onafhankelijke media.
, Een gedecentraliseerde eenheidsstaat
Het is een staatsvorm waarbij territoriale eenheden binnen een eenheidsstaat zelfstandige
bevoegdheden hebben. Eenheidsstaat betekent dat de nadruk ligt op de landelijke of centrale
overheid. Deze hoogste bestuurslaag zorgt voor wetgeving en toezicht. Er zijn echter ook decentrale
bestuurslagen aan wie de landelijke overheid een aantal taken heeft afgestaan. Naast deze eigen
taken en verantwoordelijkheden of bevoegdheden is elke bestuurslaag verplicht uitvoering te geven
aan hogere regelgeving van de centrale overheid, ook wel medebewind genoemd.
Hoofdstuk 3: De politiek-bestuurlijke instituties
De regering
De koning en de kabinetsinformatie
In de grondwet wordt over ‘de koning’ gesproken. Dat betreft de functionaris die het koningschap en
het koninklijk gezag uitoefent. Dat is op dit moment Willem Alexander.
De grondwet bevat over de kabinetsinformatie geen bepalingen. Gewoonterecht en politieke
spelregels bepaalden lange tijd de gang van zaken tijdens dit proces.
Na de formatie komt het nieuwe kabinet eenmaal bijeen om, voor zover dat nog nodig is, het
regeerakkoord op te stellen en te ondertekenen.
De ministers
Het woord minister betekende oorspronkelijk dienaar: ministers waren in de eerste helft van de
negentiende eeuw inderdaad dienaren van de koning. De minister-president en de overige ministers
worden nog steeds bij Koninklijk Besluit benoemd en ontslagen.
Formeel is er geen hiërarchie onder ministers, maar de minister-president of premier is wel
uitgegroeid tot de belangrijkste bewindspersoon.
De ministerraad wordt gevormd door de gezamenlijke ministers. De ministerraad heeft tot taak de
beraadslagen en namens het kabinet – ministers en staatssecretarissen – te besluiten over het
algemene regeringsbeleid.
Het kabinet-Rutte III heeft zeven onderraden en zes commissies. Dit zijn:
Raad werk, inkomen, zorg en onderwijs
Raad financiële en economische zaken, infrastructuur en landbouw
Raad bestuur en justitie
Raad veiligheid en inrichtingen
Raad voor koninkrijksrelaties
Raad defensie en internationale aangelegenheden
Raad Europese aangelegenheden
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper hunjizor. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.