Het hele boek Marktgedrag LWEO van economie samengevat waaronder ook informatie uit de opdrachten. De stof is 'up to date' dus ook informatie uit de appendix is erin opgenomen. Ik heb zelf figuren zoals tabellen en grafieken toegevoegd om de inhoud duidelijker te maken. Verder heeft elk hoofdstuk e...
Economie, marktgedrag. Hoofdstuk 1, markt van volledige mededinging
Wanneer een prijs hoog is, zal de producent meer aanbieden. Het wordt aantrekkelijker om te
verkopen. Maar bij een hogere prijs wil de koper juist minder kopen. De vraag naar en het aanbod
van een product wordt dus vooral bepaald door de prijs. Hoe die prijs tot stand komt, hangt af van de
markt. Het gaat nu over de markt van volledige mededinging (volkomen concurrentie):
• Heel veel aanbieders, zoveel dat ze geen invloed hebben op de prijs. Het zijn
hoeveelheidsaanpassers
• Transparant
• Vrije toe- en uittreding
• Homogeen product
De bovengenoemde marktvorm komt nooit voor. Het is daarom een theoretische marktvorm.
Homogeen: de goederen zijn identiek aan elkaar. De consument let dus alleen op de prijs
Vrije toetreding: iedereen die wil kan het product aanbieden
Transparant: prijs-kwaliteit verhouding is duidelijk, kopers en verkopers hebben alle marktinformatie
Hoeveelheidsaanpasser: je kan alleen in hoeveelheid variëren en niet op de prijs
Collectieve vraag: de marktvraag naar het product
Collectieve aanbod: marktaanbod van het product
Aanbodoverschot: het aanbod is groter dan de vraag
Vraagoverschot: de vraag is groter dan het aanbod
Op de markt komen vraag en aanbod bij elkaar. Zij bepalen uiteindelijk de prijs van het product. Is er
een aanbodoverschot dan zal de prijs dalen, zodat producenten van hun spullen afkomen. Maar als er
een vraagoverschot is, zal de prijs verhoogd worden.
Evenwichtsprijs/marktprijs: de prijs die in evenwicht(vraag=aanbod) tot stand komt
Evenwichtshoeveelheid: de hoeveelheid aangeboden producten bij het evenwicht
Marktmechanisme/prijsmechanisme: het proces van prijsaanpassingen dat optreedt bij vraag- en
aanbodoverschotten
In de figuren, die de markt en de situatie van kledingzaak Black aangeven, kan je zien dat:
• De gemiddelde opbrengst (GO) altijd gelijk is aan de verkoopprijs
• De marginale opbrengst ook gelijk is aan ver verkoopprijs (MO=P). Omdat de marktprijs bij
elke afzet gelijk blijft, zal de marginale opbrengst ook telkens gelijk zijn
• De prijsafzetlijn is een horizontale lijn. Dat komt doordat de individuele producent geen
enkele invloed heeft op de prijs
• De maximale totale winst is blauw aangegeven, want daar is sprake van MO=MK. Zolang
MO>MK zal de winst stijgen bij een vergroting van de afzet. Het zijn dus de MK die bepalen
hoeveel kledingzaak Black zal aanbieden. Je kan dus zeggen: de MK geven de individuele
aanbodfunctie weer van kledingzaak Black
, De marktsituatie die is geschetst is maar tijdelijk. Kledingzaken die nog geen merkloze T-shirts
aanbieden, zien winstkansen en gaan de shirts ook aanbieden. Het aantal aanbieders neemt toe.
Hierdoor verschuift de collectieve aanbodlijn evenwijdig naar rechts, dat wil zeggen dat bij elke prijs
het aanbod groter wordt. Er ontstaat een aanbodoverschot en de aanbieders zullen de prijs van
merkloze T-shirts verlagen totdat er weer een evenwicht ontstaat. Bij dit nieuwe evenwicht hoort dan
een lagere evenwichtsprijs:
De toetreding van aanbieders van merkloze T-shirts gaat door zolang potentiële toetreders kans zien
om winst te maken.
Het grotere aanbod lijdt tot een druk op de prijs. Daardoor daalt je winstmarge (zie figuur hierboven).
Het proces van toetreding en prijsdaling stopt als de winstmarge nul is. Er ontstaat dan
Bedrijfstakevenwicht: de bestaand aanbieders maken geen winst en er is dus geen reden meer om
tot de markt toe te treden. De prijs is nu gelijk aan de gemiddelde totale kosten (P=GTK).
De aanbieders zullen niet uit de markt treden, want ze ontvangen een vergoeding voor hun
inspanning. Deze vergoeding is in de kosten opgenomen als ondernemersloon.
Wanneer het aantal aanbieders verandert, verandert in de aanbodfunctie (Q A= aP+b) de constante
factor ‘b’. Maar er zijn ook andere oorzaken waardoor de aanbodfunctie verschuift:
• Stijging van kosten per product of kostprijs, doordat werknemers een loonsverhoging hebben
gekregen die hoger is dan de stijging van de arbeidsproductiviteit
• Daling van de kosten per product door het toepassen van technologische ontwikkelingen
• Overheidsingrijpen in de vorm van heffingen en subsidies beïnvloeden ook de kosten er
product, dus ook de aanbodfunctie. Denk hierbij aan invoerheffingen.
Een invoerheffing van 5,- er T-shirt verhoogt de inkoopkosten en daarmee de kostprijs voor een
kledingzaak. Als de verkoopprijs niet verandert, daalt het winstmarge. Om die daling te voorkomen,
zou de marktprijs met het bedrag va de invoerheffing (5,-) moeten stijgen. In een grafiek heeft dat tot
gevolg dat de collectieve aanbodlijn van T-shirts omhoog verschuift met het bedrag van de
invoerheffing. Maar de marktprijs stijgt niet met 5,- doordat de collectieve vraag afneemt, wordt de
concurrentie namelijk heviger en nemen aanbieders genoegen met een lager winstmarge.
Door de invoerheffing van 5,- verandert de aanbodfunctie, deze kan algebraïsch op twee manieren
afgeleid worden:
1. Door de invoerheffing nemen de kosten per eenheid toe zodat de winstmarge daalt. Om een
daling van de winstmarge te voorkomen verschuift de aanbodlijn. Dit komt in de
aanbodfunctie tot uitdrukking door ‘P’ te vervangen door ‘(P-heffing)’. Invoerheffing van 5,-,
zie voorbeeld:
Oude functie: QA= P-10 door de heffing wordt dat: QA=(P-5)-10 QA= P-15
2. Bij een kostenstijging herschrijven we de aanbodvergelijking zodat P in het linkerlid van de
vergelijking komt te staan:
QA= P-10 -P=-QA-10 P= QA+10
Vervolgens tel je bij het rechterlid een getal op gelijk aan de kostenstijging per product:
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper maritheijmans. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.