Informatie en Kennismanagement
Boodschap van het boek: Voorgestelde verbreding van identiteit van van wat IM is.
Rode draad: zoeken naar nieuw perspectief op IM
Hoorcollege
1
IM is management van
1. ICT (vanaf jaren 80)
2. BusinessICT relatie (vanaf jaren 90)
3. Informatie → IM is verantwoordelijk voor alle relevante informatie op verschillende niveaus in de
organisatie. In de praktijk nog vaak ICTgekleurd (vanaf 00, meest gebruikte perspectief nu)
4. Schetsen (dus niet volledig vastleggen) van nieuw perspectief (toekomst) → focus van het boek. Doel is
verbreding van het vakgebied, hoofdlijnen van nieuwe perspectieven als aanvulling op bovenstaande.
Nieuwe identiteit.
a. Informatiegebruik, mens, betekenisgeving
b. Actuele (business&society)issues als klantgerichtheid, identiteit, sourcing, flexibiliteit
Focus niet meer op technologie maar op informatie zelf.
Identiteit → er wordt geworsteld met wat de essentie is van IM. Dit is ook zichtbaar in de verschillende
perspectieven. Oorzaak hiervan:
● te veel gefocust op ICT/technologie
● wiens verantwoordelijkheid is het?
● verschillende richtingen (informatie/communicatiewetenschappen bv) claimen het vakgebied
● wat is de toegevoegde waarde van IM in het bedrijf? Je bent ergens verantwoordelijk voor maar het
wordt geoutsourced
● terminologie → er is geen andere taal om concepten rond IM te benaderen dan de ICT taal, waardoor
IM alleen op die manier wordt benaderd. Alleen verantwoordleijk voor ICTissues.
IM, van belang:
1. Historische context Leren van hoe IM werd vormgegeven voordat ICT bestond, loskomen van ict
2. Solide aannames Kritische analyse van fundamentele aannames van belangrijke concepten in het
vakgebied. Bv objectivisme/subjectivisme → moeten worden gecombineerd, allebei
nodig voor solide aannames
3. Identiteitsissues van organisaties
4. Nier alleen ICT sourcen maar ook andere aspecten van informatie
5. Klantfocus
6. Flexibilteit in organisaties en ICT
Organisaties worden geconfronteerd met identiteitsvragen> wat is toegevoegde waarde, hoe onderscheid ik
me? Vooral strategisch en business niveau. Voorbeeld is de verschuiving van productie naar dienstverlening
Veranderingen Management functie
Verandering op gebied van controle: eerst lag controle meer bij users en nu ligt de controle meer bij het
management
Focus lag eerst relatief meer op demand side van informatie en nu meer op de supply side.
, Chapter 3
eeuw eerste IMrevolutie. Er was sprake van een enorme expansie van economie: nieuwe industrieën,
Eind 19e
opkomst staten, er ontstonden allerlei nieuwe ideeën om die expansie (die toenemde complexiteit betekende) te
sturen. Zie je terug in opkomst van erkenning van belang administratieve informatie. Dit werd een belangrijk
instrument om complexiteit te sturen. Ook opkomst van statistiek heeft daarmee te maken (analyse
staatsgegevens, bv demografische gegevens). In die context werden ook nieuwe technieken uitgevonden en
nieuwe beroepen. O.a. telegram, typwriter, fax, telefoon, fotografie, mechanische calculators, etc. Nieuwe
technieken werden ingezet op de office. Daarom werd de revolutie ook wel een office revolution genoemd.
eeuw.
Nieuwe beroepen: focus op information officer in GB, ontstond in verloop 20ste
Black
1. History of infofunctions
Beschrijft 3 informatietaken die ontstonden:
Research work
Management mechanisatie
Filing & Registry work → voor management van documenten (werd steeds belangrijker) werd een centrale
registry ingericht waarin al die documenten worden gemanaged (opslaan, indexeren,e tc.)
2. History of inhouselibrary
P33 → Verschillende benamingen (information bureau, intelligence office, department, etc.) maar de term
inhouselibrary wordt gebruikt. Library voorzag in verschillende information services en was de bakermat voor
verschillende information offices. Begin jaren 50 was het een normaal onderdeel geworden van organisaties.
Centrale plek in organisatie
P44 → 8 redenen waarom de inhouse library zo populair werd (niet op tentamen redenen opnoemen). Werden
gebruikt om in literatuur te voorzien en in nieuwe management technieken.
Fordist Organisation (massaproductie, fordist era is 19001970) en Taylorist Teachings (arbeidsverdeling: het
meest efficiënt is om arbeidsverdeilng heel ver toe te passen, verticale structuur waarin iedereen een eigen
specifieke taak heeft, begon tweede helft 19eeeuw). Horen bij elkaar.
3. Identity of IO
a. Various functions
IO voerde verschillende taken uit. Taken:
(?)
b. War vs librarianship
Beroepsgroepen IO zetten zich af tegen de librarian. P39/40: 8 punten waarin de verschillen duidelijk worden
gemaakt.
Zij zagen zich minder als organizers en meer als managers, abstractors en communicators
meer proactief
meer innovatief (focus op andere dragers dan alleen de boeken)
Information Officer die hij beschrijft verschilt in grote mate van de IO van nu. Essentiele verschillen:
eeuw): rol is management van digitale infrastructuur. IO van vroeger had meer
1. IO van nu (eind 20ste
gevarieerde informatietaken. Alle taken die in het hoofstuk beschreven worden vallen hieronder.
Hij beschrijft informatiefuncties, 8 punten, etc. Taken: Organiseren van informatie (classifiseren,
indexeren), verzorgen van opleiding , voorzien in literatuur, management van technologie, houding
is meer proactief: proactief benaderingen van technologische ontwikkeling en informatie, analyse
van informatie (editen, etc.)
, 2. Hij koppelt IO van vroeger aan zogenaamde Hybride Professionalisme: de taken die genoemd
worden worden niet per se door één beroepsgroep uitgevoerd maar worden verspreid over
verschillende mensen in de organisaties. In de loop van de tijd trok de IO de taken steeds meer naar
zich toe (mono professionalisme). Tegenwoordig is veel meer sprake van monoprofessionalisme:
één plek in de organisatie die de verantwoordelijkheid heeft.
Chapter 4
MI = Military Intelligence. MI5 is verantwoordelijk voor interne veiligheid GB, MI6 voor externe veiligheid (ook
wel SIS).
P46: hypothese: intelligence personeel van verschillend niveau die we nu zouden scharen onder de core van IO.
Brunt
1. Background nature of info
Verschillende type van informatie:
HUMINT (human intelligence) → informatie die verkregen is door af te luisteren.
COMINT → door gestolen docuementen.
SIGINT → afvangen signalen
Algemene moeilijkheden bij het omgaan met verschillende soorten van informatie. Dit zijn alelmaal problemen
rond organisatie en betekenisgeving van informatie:
Hoe moeten we dat indexeren? Op persoon? Op onderwerp?
Wanneer is iets verdacht of abnormal, wat is relevant.. zorgt ervoor dat alles potentieel interessant is en je alles
gaat indexeren → info overload
Context niet aanwezig en daarom onduidelijk
Moeilijk algemene methodes te definieren om informatie te categoriseren
2. Background nature of recruitment
3. Case 1 MI5
4. Case 2 LRC
5. Case 3 GCCS
A. Werking van GCCS:
Interception, clarification(INTERPRETATIE), indexation, exploitation, bladieblatation. Er werd jargon gebruikt,
afkortingen, andere taal. Bericht moet ook worden ingebed in context van allerlei militaire operaties (je weet niet
precies de plannen van vijand). Verkeerde interpretatie kan grote gevolgen hebben.
B. Indexes en functies indexes & io organisatie van info, hoofdverantwoordelijkheid is de betekenisgeving maar
daarvoor is organiseren van informatie nodig.
Chapter 5
dan uit de 20ste
Black: De Information Age/Society stamt eerder uit de 19de eeuw. Maar ook de 20steeeuw vormt
een begin van het Informatie tijdperk op een bepaalde manier.
Informatie nam in 1990 een centrale plek in, vooral in verband met ICT, waardoor het beeld dat mensen hadden
van markten, transactiekosten, businessmodellen en organizational design enorm veranderde. Ook werd het
toplevel management gewijzigd: er kwam een IS Director (later CIO) bij. Er waren veel verwachtingen maar vaak
was dit niet meer dan ‘wishful thinking’ vanwege misconcepties over informatie.
Misconceptions volgens Ackoff (1967):
Managers hebben geen gebrek aan informatie, ze hebben juist problemen met de overdaad aan informatie
Managers vragen om meer informatie dan ze nodig hebben en designers verschaffen meer informatie dan is
gevraagd