100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Percent Economie Bovenbouw HAVO Deel 1 €6,44   In winkelwagen

Antwoorden

Percent Economie Bovenbouw HAVO Deel 1

1 beoordeling
 157 keer bekeken  1 keer verkocht

Percent Economie Bovenbouw HAVO Deel 1 Antwoorden H1 t/m H12

Voorbeeld 4 van de 53  pagina's

  • 20 november 2017
  • 53
  • 2009/2010
  • Antwoorden
  • Onbekend
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
  • Middelbare school
  • HAVO
  • Economie
  • 4
Alle documenten voor dit vak (1242)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: jobpak2004 • 3 jaar geleden

avatar-seller
mitchelmitchel
ONDERDEEL 1 Schaarste en ruil
Hoofdstuk 1 KIEZEN EN RUILEN

1.1 Behoeften, goederen en 1.6
Enkele argumenten vóór:
schaarste • Martijn wil zijn nieuwe functie graag hebben en
verheugt zich op zijn nieuwe baan. Het plezier
1.1 dat Martijn in zijn nieuwe functie denkt te heb-
a Ja, tijd is alternatief aanwendbaar. Tijd kan ben, kan als een immateriële beloning (toe-
immers op verschillende manieren worden name van zijn middelen) worden opgevat. Bij
gebruikt. gelijke behoeften neemt zijn welvaart toe.
b Het aantal uren per week dat Caspar betaald • Martijn is blij met de salarisverhoging; hij kan
¢ 525 het geld goed gebruiken. Zijn middelen nemen
moet werken om rond te komen is
35.
¢ 15 toe en – bij gelijke behoeften – ook zijn wel-
Het aantal uren vrije tijd per week is dan vaart.
110 – 10 – 35 = 65.
c Caspar blijft kiezen voor het maximaal bereik- Enkele argumenten tegen:
bare aantal uren vrije tijd. Hij zal minder gaan • De nieuwe baan brengt veel extra stress met
werken en houdt meer vrije tijd over. zich mee en kost veel meer tijd. Als gevolg van
deze nadelen voelt Martijn zich minder welva-
1.2 rend. Het is immers denkbaar dat voor Martijn
Antwoord B is juist. Schaarste is de spanning deze immateriële nadelen zwaarder wegen dan
tussen behoeften en middelen. Als we meer be- de inkomenstoename.
hoeften hebben bij evenveel middelen, neemt de • Na verloop van tijd passen Martijns behoeften
schaarste toe. In de twee andere gevallen neemt zich aan het gestegen inkomen aan. Zijn wel-
de schaarste af. vaart hoeft dan niet toe te nemen.

1.3 1.7
A Onjuist. Voor de productie van patat frites moe- De stijgende verkoopcijfers betekenen dat er meer
ten middelen (arbeid, aardappelen, olie, ener- motoren worden gemaakt en verkocht. Het daar-
gie) worden opgeofferd, die ook anders hadden door gestegen inkomen kan – bij onveranderde
kunnen worden gebruikt. behoeften – voor meer welvaart zorgen (van ieder-
B Onjuist. In de praktijk zien we dat de menselijke een die bij de toegenomen productie en verkoop
behoeften zich steeds weer op nieuwe produc- is betrokken). Aan de andere kant maken moto-
ten richten. ren niet zelden veel lawaai, waaraan een aantal
C Onjuist. Of ‘iets’ schaars is, hangt af van de mensen zich stoort. Voor hen is er sprake van een
vraag of er middelen moeten worden opgeof- welvaartsachteruitgang.
ferd om het te krijgen. Bij een zeldzaam product
hoeft dat niet het geval te zijn. In de provincie
Friesland zijn windhozen uiterst zeldzaam, 1.2 De budgetlijn
maar ze zijn niet schaars.
1.8
1.4 Antwoord C is juist. Bewering I is juist. Links van
Ook voor de onbezette plaatsen zijn (alternatief de budgetlijn wordt niet het gehele budget uitge-
aanwendbare) goederen gebruikt, zoals de mate- geven. Bewering II is eveneens juist. Elk punt ligt
rialen waarvan de bus is gemaakt en de diensten in het bereik van de consument, inclusief de beide
van de chauffeur. snijpunten met de assen.

1.5
Antwoord A is juist. Bewering I is juist. Met olie kun
je energie opwekken, maar het wordt ook gebruikt
als grondstof voor talloze (kunststof)producten.
Bewering II is onjuist. De grondstoffen waarvan het
computerscherm is gemaakt, zijn wel alternatief
aanwendbaar. Maar als het scherm er eenmaal
is, kan het niet voor andere doeleinden worden
gebruikt.

KIEZEN EN RUILEN hoofdstuk 1 3

, 1.9 Bij een bioscoopbezoek van 5 keer per maand
a houdt Johanna » 300 – 5 × » 10 = » 250 over.
AANTAL AUTOVAKANTIES AANTAL STEDENTRIPS Het aantal kledingstukken dat ze daarvoor kan
PER JAAR PER JAAR ¢ 250
kopen is
5.
0 6 ¢ 50
1 4
2 2 1.11
3 0
a Jeffrey kan maximaal 32 hamburgers per
b maand kopen. Zijn budget bedraagt
jaarlijks aantal 32 × » 2,50 = » 80.
stedentrips b Het aantal boeken dat Jeffrey maximaal kan
¢ 80
kopen is
4.
6 ¢ 20
c Als hij één boek extra wil kopen, is het aantal
¢ 20
hamburgers dat hij niet kan kopen
8.
¢ 2, 50
A
4
1.12
a Het aantal eenheden X dat in de uitgangssitu-
atie naast de 2 eenheden Y nog gekocht kan
« 100  2 q « 20
worden is
6.
« 10
Als Wesley 3 eenheden Y koopt, is het aantal
eenheden X dat hij kan kopen
« 100  3 q « 20

4.
« 10
1 3
b De opofferingskosten van één extra eenheid Y
jaarlijks aantal
autovakanties bestaan uit 6 – 4 = 2 eenheden X.
c Ja, die uitspraak is juist. De autovakantie kost
twee keer zo veel als een stedentrip. 1.13
a, b
1.10 Het maximale aantal parkeerplaatsen is
a, b « 50.000
aantal ‘bioscoopjes’
20.
(stuks)
« 2.500
35 Het maximale aantal computers is
« 50.000

50.
30 « 1.000
Het aanleggen van 8 parkeerplaatsen kost
25 8 × » 2.500 = » 20.000.
Resteert » 30.000, waarvoor 30 computers
20
kunnen worden gekocht.
aantal
parkeerplaatsen
15


10 20


A de oorspronkelijke keuze
5
van de directie



1 2 3 4 5 6 7 8
aantal
Vijf keer ... betekent dat kledingstukken
per maand er maandelijks vijf (stuks)
naar kledingstukken kunnen
de bioscoop... worden gekocht. 30 50
aantal computers



4 PERCENT ECONOMIE BOVENBOUW HAVO

,c =LHGHYROJHQGH¿JXXU'HWZHHH[WUDSDUNHHU- om het uurloon gaat. Dat vrouwen meer dan man-
plaatsen kosten samen » 5.000. Er kunnen dan nen in de huishouding doen (B) wordt – behalve
5 computers minder worden gekocht. door sociale normen – juist veroorzaakt door het
aantal loonverschil. De wet (D) staat niet toe dat er voor
parkeerplaatsen gelijk werk verschillend betaald wordt.

1.19
20 A Onjuist. Hoe hoger het uurloon is, des te hoger
zijn de gemiste opbrengsten van een extra uur
vrije tijd. De opofferingskosten zijn dus juist
gestegen.
De aanleg van B Juist. Een extra uur vrije tijd ‘kost’ de vrouw in
10
twee extra dat geval meer dan de man.
parkeerplaatsen 8
...
1.20
a Bijvoorbeeld: er werken meer vrouwen in
hogere functies dan mannen, mannen werken
25 30 50 vooral in lager betaalde sectoren, vrouwen zijn
... kost vijf computers aantal beter opgeleid dan mannen.
computers b Deze budgetlijn geeft alle mogelijke combina-
ties weer van uren besteed aan betaalde arbeid
1.14 en uren besteed aan alle andere activiteiten.
Antwoord C is juist. De opofferingskosten zijn in c De positie van vrouwen wordt weergegeven
dit geval » 35, het hoogste bedrag dat Annemiek door de letter B. Vrouwen verdienen per uur
had kunnen verdienen als ze niet was uitgegaan. meer dan mannen, waardoor de opofferings-
Samen met de directe kosten van » 25 bedragen kosten van een extra uur vrije tijd voor hen
de totale kosten » 60. hoger liggen dan voor mannen. Vrouwen zullen
daarom meer uren per week werken. De positie
1.15 van mannen wordt weergegeven door de letter
Door de keuze voor woningbouw loopt de ge- A. Zij verdienen per uur minder dan vrouwen en
meente Utrecht een bedrag van » 1 miljoen mis. zullen dus minder werken dan vrouwen.
Dit bedrag vormt dan de opofferingskosten.
1.21
1.16 Antwoord C is juist.
Op het formulier kun je vragen opnemen over het De opofferingskosten van 1 extra telefoontje zijn
budget, de maandelijkse uitgaven, de budgetdisci- 4
1 dossier.
8 2
pline (komt de leerling tekort aan het eind van de
maand, zo ja, hoeveel?) en dergelijke. Interview De opofferingskostenvan 1 extra dossier zijn
bijvoorbeeld 10 jongens en 10 meisjes. Maak het 8
2 telefoontjes.
4
verslag niet langer dan 200 woorden.
1.22
a
1.3 Arbeidsdeling HOEVEEL KLANTEN AAN HOEVEEL VAKKEN
DE KASSA WORDEN WORDEN NIET GEVULD
1.17 ‘OPGEOFFERD’ DOOR HET DOOR HET HELPEN
Antwoord A is juist. Bewering I is juist. Omdat VULLEN VAN ÉÉN VAK? VAN ÉÉN KLANT

iedereen slechts een zeer klein deel (of in het ge- AAN DE KASSA?

heel niets) van zijn of haar consumptiepakket zelf Maartje 30
3 klanten 10
1 vak
10 30 3
maakt, ontstaat een scheiding tussen productie en
consumptie. Bewering II is onjuist. Arbeidsdeling Sandra 24
2 klanten 12
1 vak
12 24 2
vergroot meestal de totale productie.

1.18 b Voor Sandra liggen de opofferingskosten van
Antwoord C is juist. Na het krijgen van kinderen het vakken vullen het laagst; ze gaat dus vak-
onderbreken vrouwen in veel gevallen hun loop- ken vullen. Voor Maartje liggen de opofferings-
baan en nemen na enige tijd vaak een parttime kosten van de kassa bedienen het laagst; ze
baan. De ‘carrièrebreuk’ die daarvan het gevolg gaat dus achter de kassa zitten.
kan zijn, zorgt ook voor een breuk in de inkomens-
ontwikkeling. Dat vrouwen veelvuldig parttime
werken (A) is hier niet van belang, omdat het hier


KIEZEN EN RUILEN hoofdstuk 1 5

, 1.23 AFSLUITENDE OPGAVEN
a Als Folkert een keuken installeert, offert hij de
installatie van 32
0, 67 badkamer op. 1.28
48
a De kosten die gemaakt worden bij het vergelij-
Als Henk een keuken installeert, offert hij de ken van kwaliteit en prijzen van de beschikbare
installatie van 36
0, 9 badkamer op. helikopters, het eventueel onderhandelen met
40
de fabrikant over de prijs. Denk daarbij aan
De opofferingskosten van Folkert van het instal- arbeidsuren, reiskosten en dergelijke.
leren van een keuken liggen het laagst; hij gaat b Het maximaal aantal aan te schaffen helikop-
keukens installeren. « 80 miljoen
ters is
16.
b Als Folkert een badkamer installeert, offert hij « 5 miljoen
48
1, 5 keuken op.
de installatie van 32
Het maximaal aantal aan te schaffen politie-
« 80 miljoen
Als Henk een badkamer installeert, offert hij de auto’s is
1.600.
40
11
installatie van 36 , keuken op. « 50.000
c De 10 helikopters kosten samen
Henk is dus goedkoper als het om het instal- 10 × » 5 miljoen = » 50 miljoen, zodat er nog
leren van badkamers gaat; hij zal badkamers » 30 miljoen voor de politieauto’s overblijft.
gaan installeren. Het aantal aan te schaffen auto’s is
« 30 miljoen

600.
« 50.000
1.4 Ruil, eigendom en
transactiekosten aantal helikopters
(stuks)


1.24 16

Antwoord D is juist. Bewering I is onjuist. Bij directe
ruil worden goederen tegen goederen geruild,
zonder gebruik te maken van geld. Bewering II is 10
ook onjuist. Heling is mogelijk bij zowel directe als
indirecte ruil.

1.25
A -XLVW*RHGJHGH¿QLHHUGHHLJHQGRPVUHFKWHQ
aantal politieauto’s
verlagen de transactiekosten. Bijvoorbeeld:
(stuks)
de koper mag erop vertrouwen, dat de winkel 600 1 600
die hij bezoekt de aangeboden goederen mag d Het maximaal aantal aan te schaffen helikop-
verkopen. « 60 miljoen
ters is
12.
B Juist. Als na de ‘ruil’ zou blijken dat de verkoper « 5 miljoen
niet de eigenaar was, heeft er ook geen over-
Het maximaal aan te schaffen aantal politie-
dracht van eigendomsrechten plaatsgevonden.
De ruil zou worden belemmerd, als er onzeker- « 60 miljoen
auto’s is
1.200.
heid bestaat over wie de eigenaar is. « 50.000
Het aantal aan te schaffen helikopters (10) staat
1.26 vast.
Antwoord B is juist. De onder A, C en D genoemde Voor de auto’s resteert dan
kosten behoren tot de prijs van het product zelf, in » 60 miljoen – » 50 miljoen = » 10 miljoen.
dit geval de vakantie. Bemiddelingskosten moeten Het aantal daarvoor aan te schaffen auto’s is
daarnaast worden gemaakt om het product te kun- « 10 miljoen

200.
nen kopen. « 50.000

1.27
Antwoord C is juist. De onder A, B en D genoemde
kosten moeten bovenop de kosten van de verbouw
worden gemaakt en zijn dus transactiekosten.




6 PERCENT ECONOMIE BOVENBOUW HAVO

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper mitchelmitchel. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,44. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 75632 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,44  1x  verkocht
  • (1)
  Kopen