Een volledige samenvatting om je perfect voor te bereiden voor het tentamen. De stof van zowel het boek, hoorcolleges en werkcolleges zijn erin verwerkt!
Week 1 (H1)
Psychological science
= het begrijpen en voorspellen van mentale activiteiten en gedrag
= onderzoeken van mind, brain (niet observeerbaar) and behaviour (observeerbaar)
Confirmation bias: negeren van het bewijs. Mensen kiezen voor informatie dat
overeenkomt met hun eigen gedachten
Hindsight bias: mensen bedenken/verzinnen dingen waarom iets gebeurt zonder alle
informatie te hebben
Optimism bias: mensen denken dat ze beter zijn dan gemiddeld
Deterministic fallacy: gedrag komt voort uit je genen, niet uit externe influence
Availability heuristic: iets is makkelijker om te bedenken/je hebt iets vaker gehoord
waardoor het als logischer klinkt (shark/horse)
Tijdlijn
1. Dualism (Descartes): mind functioneert gescheiden van het lichaam, maar ze zijn
wel met elkaar verbonden
2. Structuralism (Wundt): experimental psychology. Complexe processen kunnen
worden opgedeeld in simpele processen
Introspection: het beschrijven van gedachten
3. Functionalism (James): mind is too complex. Het is een never ending stream of
thoughts that continually changed (stream of consciousness). Mind en gedrag
passen zich aan door evolutie, om te survivallen
Gedachten
- Gestalt (Wertheimer, Kohler): the whole is bigger than the sum of it’s parts.
- Psychoanalysis (Freud): make the unconscious conscious to solve psychological
conflicts (dream analysis)
- Behaviourism (Watson): mentale processen moeten niet onderzocht worden
aangezien ze niet observeerbaar zijn.
- Cognitive psychology (Miller): studie over mental functioning like intelligence,
thinking, memory, decision making.
- Humanistic movement (Rogers, Maslow): iedereen is uniek en heeft verschillende
aanpakken nodig
Evolutie
De mind is door evolutie geworden zoals die nu is, gebaseerd op survival en reproductie.
Persoonlijkheid komt door natuurlijke selectie, cognitieve functies zijn aanpassingen
(adaptations) van de genen. Zowel cultuur als genen hebben invloed op de mind, brain en
gedrag
,Scientific Method
1. Come up with a question and prediction
2. Test this prediction
3. Make conclusions and start over
Hoorcollege 2 (H6)
Soorten leren
● Non-associative: reactie op iets in de omgeving
● Associative: wanneer twee dingen dicht op elkaar gebeuren en met elkaar
geassocieerd worden
● Observational: door te kijken naar andere
Non associative (herhalen van een trigger van de stimulus)
● Habituation: verkleind gedrag, ‘get used to it’
● Sensitization: vergroot gedrag, ‘get more annoyed’
Associative
Classic conditioning: twee gebeurtenissen horen bij elkaar
- creëert nieuwe reflexen van bestaande reflexen
Reflex: simpel, automatische stimulus reactie van het nervous system
1. Pair a new (neutral) stimulus with the unconditioned stimulus triggering an
unconditioned response
Neutral stimulus→ conditioned stimulus
Unconditioned response→ conditioned response
*vereisten: de stimulus wordt conditioned door predictive value:
- Het moet voorafgaand aan de unconditioned stimulus zijn (fluit→food)
- Herhalen van de test
- Er is geen andere betere predictor
Extinction: de geconditioneerde respons wordt kleiner wanneer er geen unconditioned
stimulus meer achteraan komt. (wel fluit geen eten)
Wanneer de twee stimuli worden herhaalt→ spontaneous recovery
Stimulus generalization: 2 unconditioned stimulus lijken op elkaar en zorgen voor dezelfde
conditioned response (bang voor duitse herder→ bang voor honden)
Stimulus discrimination: dieren leren onderscheid te maken tussen twee dezelfde stimuli
als de een geassocieerd wordt met de US en de ander niet
Second order conditioning: de geconditioneerde stimulus wordt geassocieerd met andere
geconditioneerde stimuli die al zijn geassocieerd met de US
Classic behaviourist view: mensen beginnen blanco (tabula rasa)--> alle stimulus paren
leiden makkelijk tot conditioning
Modern view: conditioning is het makkelijkste voor stimulus die zorgen voor survival
, Phobia: angst dat buiten proportie is aangeleerd (hoogtevrees)
Operant conditioning: het leren van consequenties bij acties
Law of effect
● Gedrag gevolgd door een aangename consequentie heeft een grotere kans om
herhaald te worden
● Gedrag gevolgd door een onaangename consequentie heeft een minder grote kans
om herhaald te worden
Reinforcers
- Primary: een reinforcer waar we een natuurlijk verlangen naar hebben (eten)
- Secondary: objecten of handelingen die hiervoor zorgen (geld)
Premack principe: een waardevolle activiteit (ijsje eten) kan gebruikt worden als reward om
een minder gewaardeerde activiteit (kamer opruimen) te volbrengen
Reinforcement: the addition (+) or subtraction (-) of a stimulus to INCREASE the chance
that the desired behavior is repeated again
● Positive reinforcement: the addition of a stimulus INCREASE the chance (giving
compliments)
● Negative reinforcement: removing the negative consequence INCREASE the
chance (stopping with criticizing)
Shaping: gedrag dat richting het gewenste gedrag gaat wordt beloond. Wordt gebruikt bij
het trainen van honden
Reinforcement schedules
- Continuous reinforcement: gewild gedrag wordt elke keer beloond als het gebeurt
- Partial reinforcement: gewild gedrag wordt soms beloond als het gebeurt
● Ratio: het aantal beloningen hangt af van het aantal keer dat het voorkomt
● Interval: beloning is gebaseerd op periodes van tijd
● Fixed: beloning is consistent/op vaste momenten
● Variabele: beloning is op random momenten
Punishment: the addition (+) or subtraction (-) of a stimulus to DECREASE the chance that
the desired behavior is repeated again
● Positive punishment: the addition of a stimulus DECREASE the chance (criticizing)
● Negative punishment: removing the negative consequence DECREASE the chance
(stopping with paying compliments)
Punishment is less effective than reinforcement
→ punishment results in dislike instead of correcting behavior
→ punishment does not allow us to learn the correct behavior
Parental punishment must be:
→ Timely: so you know what you are punished for
→ Certain: the reason has to be clear
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper BedrijfskundeRUG. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,99. Je zit daarna nergens aan vast.