Samenvatting: Methoden van
de Rechtswetenschap
Beste medestudenten,
Dit is mijn samenvatting voor het vak Methoden van de Rechtswetenschap dat wordt
gegeven in de Master. Het vak zal starten op 30 oktober 2017 met een hoorcollege
dat aanvangt om 9:00.
De cursus bestaat uit 7 hoorcolleges (waarvan 1 responsiecollege) en 4
werkcolleges. De werkcolleges zullen vanaf week 3 van start gaan.
Een goed jurist heeft niet alleen kennis van de inhoud van het recht nodig, maar
dient ook te weten hoe hij die kennis dient te vergaren en hoe hij zijn
wetenschappelijke overtuigingen verdedigt als die in het wetenschappelijke of
maatschappelijke debat ter discussie worden gesteld. Het vak dient te worden gezien
als een opzet voor master-studenten om zelfstandig rechtswetenschappelijk
onderzoek te doen en hun eigen werk kritisch te beoordelen. Het betreft hier dan ook
een voorbereiding voor het schrijven van je scriptie.
De toetsing van het vak bestaat uit twee onderdelen: een bonusopdracht en een take
home tentamen. De bonusopdracht wordt op 20 november om 9:00 op Canvas
geplaatst. De behandelde literatuur dien je toe te passen op je scriptieonderwerp,
waardoor de docent kan zien dat je de stof kan toepassen. De bonusopdracht is
geen verplicht onderdeel van deze cursus, maar u kunt hier een half punt mee
verdienen dat bij het cijfer voor het take home-tentamen wordt opgeteld. U dient deze
opdracht uiterlijk op woensdag 6 december 2017 vóór 23:59 uur via Canvas in te
leveren.
Het tentamen zal bestaan uit 4 open vragen (met deelvragen). Ter voorbereiding zal
er op Canvas een oefententamen worden geplaatst. Het tentamen zal op maandag
18 december 2017 om 9:00 op Canvas worden geplaatst en dient uiterlijk op
donderdag 21 december via Canvas te worden ingeleverd.
De samenvatting bevat de uitwerkingen van de werkgroepen en de zelfstudievragen
en de voorgeschreven literatuur van week 1 t/m 6.
Ik wens jullie veel succes met deze cursus en hoop jullie met mijn samenvatting een
eind op weg te helpen.
Met vriendelijke groet,
Richard d’Hooghe
(Master Rechtsgeleerdheid: Jurist & Overheid)
1
,1. Het Methodendebat
Literatuur:
C.J.J.M. Stolker, ‘“Ja geleerd zijn jullie wel”. Over de status van de
rechtswetenschap’, NJB 2003, p. 766-778. (Canvas).
R.A.J. van Gestel & J.B.M. Vranken, m.m.v. J.L.M. Gribnau & H.E.B. Tijssen,
‘Naar criteria voor methodologische verantwoording, NJB 2007, p. 1243-1258.
(Canvas).
B.M.J. van Klink & L.M. Poort, ‘De normativiteit van de rechtswetenschap’, RM
Themis 2013-6, p. 258-278. (Canvas)
M. Van Hoecke, Is de rechtswetenschap een emperische wetenschap?, Den
Haag: Boom Juridische Uitgevers 2010, p. 33-45.
C.J.J.M. Stolker, ‘“Ja geleerd zijn jullie wel”. Over de status van de
rechtswetenschap’, NJB 2003, p. 766-778
1. Wrongful life: een onrechtmatig bestaan
In deze zaak daagde de ouders van de zwaar gehandicapte baby Kelly, het
ziekenhuis voor de rechter. De geboorte van hun dochter had voorkomen kunnen
worden, indien er een vruchtwaterpunctie of vlokkentest zou zijn uitgevoerd. De
ouders hadden dan de mogelijkheid gehad tot abortus. Door deze testen niet uit te
voeren, heeft de arts deze mogelijkheid ontnomen. De Hoge Raad oordeelde dat alle
kosten van verzorging en opvoeding van Kelly vergoed dient te worden. Daarnaast
werd er smartengeld toegekend voor de immateriële schade die beide ouders
hebben geleden doordat hun zelfbeschikkingsrecht door de arts werd ontnomen. Uit
verschillende rechtsstelsel blijkt dat de Wrongful life-vordering vaak wordt
afgewezen.
2. Wrongful life-vordering vrijwel steeds afgewezen
Er zijn verschillende redenen te bedenken waarom de vordering zou moeten worden
afgewezen. In de eerste plaats is het lastig om de schade hiervoor te berekenen.
Daarnaast zal de toekenning van de vordering gemakkelijk kunnen leiden tot
onnodige abortussen. Verschillende buitenlandse rechters, zijn gekomen tot nieuwe
wetgeving waarin de vordering in de ban werd gedaan. De overheid dient zich het lot
van het kind financieel aan te trekken, en niet de arts.
3. Wrongful life: de tussenstand
De uitspraak van de Hoge Raad heeft geleid tot uiteenlopende oordelen over de
vordering:
1. Het kind heeft geen recht op volledige vergoeding van de schade
2. Het kind heeft geen recht op schadevergoeding
3. Niet het kind, maar de ouders moeten compensatie krijgen
4. Het kind heeft wel recht op vergoeding van de schade, zij het niet jegens de
arts maar tegen de overheid.
5. Het kind heeft recht op tweeguldenvijfenzeventig
Op deze oordelen zijn non allerlei variaties en tussenvormen aan te wijzen.
2
,4. Is dit wel Wetenschap?
Op de rechtsvraag kwamen dus negen verschillende antwoorden. Er is geen juist
antwoord aan te wijzen. De theorie van Dworkin luidde dat de ideale rechter, die in
staat is alles te overzien, het juiste antwoord op elke rechtsvraag zou kunnen geven,
maar de praktijk leert anders. Het recht heeft geen nauwkeurig afgebakend
instrumentarium, doet niet aan kwantificering van gegevens, gecontroleerde
experimenten en heeft geen exact woordenschat. Je kunt er echter wel
wetenschappelijke redenaties in vinden.
5. Wat is wetenschap?
In de wetenschap worden er gestreefd om observaties van onderzoekers te
combineren tot universele wetmatigheidsuitspraken. Onderzoek dient daarbij
afhankelijk te zijn van de onderzoeker. Een onderzoekers plaatst zich tegenover zijn
object, op een neutraal standpunt, van waaruit hij de wereld tracht te bezien en te
onderzoeken. Met de opkomst van de gedragswetenschappen, schoot het
objectiverende waarnemen te kort. Hiermee ontwikkelde zich een subjectiverende
benadering; men heeft er behoefte aan om te begrijpen wat er in een ander omgaat.
De hermeneutische benadering die in het recht is ontstaan, steunt dan ook op deze
gedachte.
6. Wat is recht?
Het recht is de voorspelling van wat de rechter zal gaan doen. Met deze beperkte
definitie kunnen we niet veel, en om deze reden beschrijven we het recht aan de
hand van haar functies. De belangrijkste functies zijn de ordening van de
maatschappij, de beslechting van geschillen en de handhaving van orde en regels.
Deze functies moeten het recht op een zodanige manier vervullen dat het voldoet
aan de eisen van rechtvaardigheid, doelmatigheid en rechtszekerheid. De rechter
dient rekening te houden met de algemeen erkende rechtsbeginselen en met de in
Nederland heersende rechtsovertuiging. De rechter moet dan ook een spiegel zijn
van wat er in een land aan tegenstrijdige opvattingen bestaat. De verschillende eisen
die de functies met zich meebrengen, kunnen met elkaar botsen waardoor er op een
rechterlijke uitspraak altijd iets valt af te dingen.
7. Wat maakt de rechtswetenschap als wetenschap zo kwetsbaar?
Er zijn drie kanten van de rechtswetenschap te benoemen, die haar als wetenschap
kwetsbaar maken:
1. Neutrale distantie: Scholten benadrukt het normatieve karakter van het
onderzoek. De rechtswetenschap dient rechtsregels te interpreteren. In de
wetenschap dienen de onderzoekers zoveel mogelijk los te staan van zijn
object. Van een rechtswetenschapper wordt het tegenovergestelde gevraagd.
2. Samenloop van wetenschappelijk onderzoek en rechtspraktijk: Het
onderzoek en de praktijk vloeien in elkaar over. Juridische onderzoekers
bezien het geldende recht op een kritische wijze, waarbij voorop de
dienstbaarheid aan de praktijk staat. De rechter neemt geen formele positie in
het wetenschappelijk debat in. De rechtswetenschap hanteert wel de eisen
van onafhankelijkheid, openheid, eerlijkheid helderheid, eenvoud en
nauwgezetheid aan net als de wetenschap. De vereisten van
rechtvaardigheid, doelmatigheid en rechtszekerheid kunnen pas samenkomen
als het recht beschouwd wordt als een samenhangend systeem.
3
, 3. ‘Is’ of ‘ought’?: Het rechtswetenschappelijk onderzoek richt zich meer op het
recht zoals het zou moeten zijn, dan op het recht zoals het is. In de
wetenschappen is het omgekeerde het geval.
8. Denken over wetenschap: leuk voor de zaterdagmiddag?
De doelmatigheid is het gemakkelijkst, te verifiëren of te falsifiëren. Het object van
het onderzoek is het recht in zijn maatschappelijke context. Er is daarbij minimale
overeenstemming nodig tussen betrokkenen over betrouwbare methoden van
onderzoek, in tegenstelling tot de wetenschap. De rechtswetenschappers laten zich
weinig of niets gelegen liggen aan de uitkomst van een debat over de status van
rechtswetenschap. Het wordt beschouwd als louter academische spinsels.
9. Welke consequenties zou dit kunnen hebben voor ons onderzoek?
In het geval het juridische onderzoek meer toetsbaar wordt, zal het
wetenschappelijke gehalte toenemen. Er dient kritisch te worden nagedacht over het
wezen van het rechtswetenschappelijk onderzoek ten opzichte van de wetenschap.
Om rechtswetenschap wetenschappelijker te maken, zijn hier een paar suggesties
genoemd:
Onze ambitie dient gericht te zijn op innovatie: Het recht is altijd in
ontwikkeling, het eindpunt van het wetenschappelijk onderzoek ligt dan ook
niet besloten in het oordeel van de rechter.
Meer aandacht voor de persoon van de onderzoeker: In de
rechtswetenschap wordt er te weinig aandacht besteedt aan de onderzoeker.
Er dient informatie worden gegeven over de externe financiers van het
onderzoek.
Meer aandacht voor methoden en technieken: De rechtswetenschappers
blijven te impliciet met hun methoden en technieken van onderzoek.
De rechtswetenschap behoort een open systeem te zijn: Wetenschap
verkondigt geen absolute waarheden, maar vindt altijd plaats vanuit een
bepaald perspectief en in een bepaalde context. In de rechtswetenscha wordt
er te weinig ruimte gegeven aan de controleerbaarheid en falsifieerbaarheid
van normen. Een jurist komt vaak in zijn artikel met de oplossing, maar het
zou beter zijn om de verschillende oplossingsrichtingen kenbaar te maken.
Meer aandacht voor het ontwikkelen van indicatoren voor goed
onderzoek: Er dient gezocht te worden naar indicatoren aan de hand
waarvan de kwaliteit van het rechtswetenschappelijk onderzoek kan worden
getoetst.
Afstand nemen van niet-wetenschappers: In tal van advocatenkantoor
worden bundels geproduceerd waarop nauwelijks externe controle bestaat.
Met onderzoek visitaties en vakpublicaties is hiervoor de eerst stap in de
goede richting gezet.
Meer aandacht voor het belang van empirisch onderzoek: In de
rechtswetenschap dient het empirisch onderzoek een grotere rolt toebedeeld
te krijgen. Het stimuleren van theoretisch onderzoek en empirische verificatie
van bepaalde veronderstellingen, kan de relevantie van de rechtswetenschap
verder versterken.
Meer het internationale debat aangaan: De resultaten uit onderzoek,
moeten worden uitgebreid van het Nederlands debat naar het internationale
debat.
4