100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Bijeenkomst 1 t/m 7 Onrechtmatige Daad en Schadevergoeding 2017/2018. €11,69
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Bijeenkomst 1 t/m 7 Onrechtmatige Daad en Schadevergoeding 2017/2018.

2 beoordelingen
 302 keer bekeken  15 keer verkocht

Samenvatting van de literatuur, alle te bestuderen arresten en de uitwerkingen van alle bijeenkomsten

Voorbeeld 4 van de 116  pagina's

  • Onbekend
  • 10 december 2017
  • 116
  • 2017/2018
  • Samenvatting
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (6)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: sanneveldhuizen • 5 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: alberthadarkwah • 6 jaar geleden

avatar-seller
lawstudentx
Onrechtmatige Daad en Schadevergoeding 2017/2018

Bijeenkomst 1 Hoofdlijnen van het aansprakelijkheidsrecht

Asser 6-IV nr. 18-34
Of in een concreet geval buitencontractuele aansprakelijkheid moet worden aangenomen,
hangt af van het gewicht dat aan de twee gezichtspunten ‘ieder draagt zijn eigen schade’ en
‘berokken een ander geen schade’ wordt toegekend. in beginsel behoort een ieder de
nadelige en ongunstige gevolgen van gebeurtenissen die hem treffen zelf te dragen. Dat
ieder de door hem geleden schade zelf draagt, is onzes inziens niet de weergave van een
ethische norm maar van een technisch-juridisch gegeven, dat inhoudt dat geleden schade in
beginsel voor rekening is van hem die haar lijdt.

Een schadeveroorzakende gedraging van een andere persoon kan toeval opleveren. In dit
verband moet toeval worden verstaan als een ongelukkige samenloop van omstandigheden.
De aanwezigheid van schade is derhalve niet de goede maatstaf om de onrechtmatigheid van
een gedraging vast te stellen. De formulering ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’
volgt nadat de afweging tussen de twee gezichtspunten is gemaakt en de balans doorslaat
ten gunste van het adagium ‘ieder draagt zijn eigen schade’, omdat de gedraging die de
schade heeft veroorzaakt niet ongeoorloofd is. De veroorzaakte schade blijft liggen waar zij is
gevallen omdat zij behoort tot het risico dat verbonden is aan het leven van alledag.
De ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’ is niet een maatstaf waaraan een
gedraging wordt getoetst, maar een wijze om een gang van zaken te omschrijven die
culmineert in een ongeval, ten aanzien waarvan reeds is komen vast te staan dat het niet is
veroorzaakt door een onrechtmatige daad.

Het gezichtspunt dat men een ander geen schade mag berokkenen prevaleert in de
wetsbepalingen waarin een bepaalde persoon aansprakelijk wordt gesteld voor de door een
ander geleden schade. Een van de belangrijkste van deze bepalingen is art. 6:162 BW, dat de
dader van een onrechtmatige daad verplicht de door zijn gedraging aan een ander
toegebrachte schade te vergoeden. Onder de verzamelnaam ‘onrechtmatige daad’
verschillende vormen van aansprakelijkheid samen te vatten, hoewel in enkele van die
gevallen het schade veroorzakende feit in wezen geen onrechtmatige daad is. Alleen mensen
kunnen onrechtmatig handelen. Wanneer een dier schade toebrengt, heeft misschien de
eigenaar onrechtmatig gehandeld door tekort te schieten in zijn toezicht op dat dier, maar de
gedraging van het dier zelf is niet onrechtmatig. Ditzelfde geldt voor schade, veroorzaakt
door een levenloos voorwerp.

Ter aanduiding van de aansprakelijkheid van de pleger van een onrechtmatige daad, die
schuld heeft wordt in dit boek de term schuldaansprakelijkheid gebruikt.
Aansprakelijkheden (voor eigen gedragingen, voor andermans gedragingen of voor zaken)
kunnen alle als vormen van risicoaansprakelijkheid worden bestempeld, waaronder derhalve
aansprakelijkheden zijn te verstaan die nauw met het leerstuk van de onrechtmatige daad
samenhangen, doch die niet op schuld berusten.

Slechts in uitzonderingsgevallen sprake kan zijn van aansprakelijkheid voor schade die is
toegebracht door een rechtmatige daad. Dit geldt ongeacht of de schade wordt toegebracht


1

,door de overheid of door een particulier. Telkens zal bij de wet moeten worden vastgelegd, of
tenminste uit de wet moeten ‘voortvloeien’ in de zin van art. 6:1 BW in welke gevallen en
binnen welke grenzen een aansprakelijkheid ter zake van rechtmatig handelen aanvaardbaar
is.

Alle gevallen van aansprakelijkheid kunnen echter niet met behulp van een dezer theorieën
verklaard worden. Aan sommige wetsbepalingen ligt het schuldbeginsel, aan andere de
risicogedachte, aan weer andere liggen beide ten grondslag.
Als een gemeenschappelijke grondslag voor alle gevallen van aansprakelijkheid kan de
billijkheid worden beschouwd.

Risico duidt aan dat een kwade kans voor iemands rekening komt. In wezen zijn schuld en
risico derhalve geen tegenstellingen, want ook op de schuldige dader rust het risico voor de
gevolgen van zijn onrechtmatige daad. Een tegenstelling ontstaat eerst, wanneer men met
‘risicoaansprakelijkheid’ die gevallen aanduidt, waarin iemand aansprakelijk is zonder schuld
in een van de beide betekenissen van dat woord; hetzij omdat hij aansprakelijk is zonder
onrechtmatig te hebben gehandeld, hetzij omdat hij aansprakelijk is hoewel hem van zijn
onrechtmatige daad geen verwijt kan worden gemaakt.

Vestigingsfase: hier wordt gekeken of er inderdaad schade is ontstaan, en wat is de
grondslag. Hierbij wordt getoetst of er is voldaan aan de voorwaarden
Omvangschade: Wat voor een soort schade speelt er, eigen schuld speelt hier een rol, wie
kan schade vorderen.
Het schade begrip staat wettelijk geregeld in artikel 6:95 BW e.v.
Bij artikel 6:162 BW Wordt gekeken naar de schuldaansprakelijk, bij de andere grondslagen
wordt gekeken naar de risicoaansprakelijk.

Het aansprakelijkheidsrecht wordt in vele opzichten beïnvloed door verzekering. Dit geldt
zowel voor de regeling van aansprakelijkheidsgronden en van het schadevergoedingsrecht
door de wetgever als voor de uitleg van wetsbepalingen inzake aansprakelijkheid en
schadevergoeding door de rechter.
bij de beoordeling van de vraag of invoering van een risicoaansprakelijkheid gerechtvaardigd
is, behoren of een bepaald risico kan worden verzekerd en op wiens weg het ligt een
verzekering te sluiten, mede in verband met de kosten die daarmee zijn gemoeid en met het
antwoord op de vraag of degene die de kosten zou moeten maken deze weer op anderen,
met name de afnemers van zijn goederen of diensten, kan afwentelen (risicospreiding)

Ook de rechter kan, bij de toepassing van wettelijke bepalingen inzake aansprakelijkheid en
schadevergoeding, met het verzekeringsaspect rekening houden. Daartoe wordt hij in staat
gesteld door open normbestanddelen in die wetsbepalingen, terwijl hij soms gesteund wordt
door opmerkingen in de toelichtende stukken die expliciet op de mogelijke invloed van
verzekeringen wijzen. Zonder aanspraak op volledigheid volgen enkele voorbeelden.
Een tekortkoming kan niet slechts aan een schuldenaar worden toegerekend indien zij te
wijten is aan zijn schuld, doch ook indien zij krachtens de wet, een rechtshandeling of de in
het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt. Uiteraard mag het feit dat de
aansprakelijkgestelde persoon verzekerd is niet de eigenlijke grond vormen voor het
aannemen van aansprakelijkheid. Niet de aansprakelijkheidsverzekering schept de


2

,toerekenbaarheid en daarmee de aansprakelijkheid, doch deze is in de hier bedoelde
gevallen gebaseerd op de verkeersopvatting; het bestaan van de verzekering c.q. van een
verzekeringspraktijk kan hoogstens een factor zijn bij de vaststelling of er een zodanige
verkeersopvatting bestaat.

Taak 1 ‘Ieder draagt zijn eigen schade’
Het is donderdag 12 maart, elf uur ‘s avonds. Zojuist heeft het Limburgs Symfonie Orkest
(LSO) in ‘De Oranjerie’ te Roermond de generale repetitie gehouden voor een aankomend
concert. De meeste musici zijn al op weg naar huis in een drietal door het LSO gehuurde
touringcars. Aan solocellist Simon, trompettist Tom en reserve cellist Ronald heeft het LSO
één van de haar toebehorende minibusjes ter beschikking gesteld. Ze blijven met zijn drieën
in Roermond om nog even een biertje te drinken op de geslaagde repetitie. Ronald, de
reserve cellist, is er normaal niet bij als Simon en Tom nog wat drinken na de repetitie. Hij
staat als enige niet in vaste dienst van het LSO, het orkest heeft hem maar af en toe nodig
voor een uitvoering. Hij leeft verder van een sociale uitkering.
Het is een aantal uren en een twaalftal biertjes later, als het drietal, redelijk beschonken,
besluit om zich huiswaarts te begeven. Tijdens het afrekenen aan de bar roepen Simon en
Tom hun reserveman Ronald plagend toe: “Jij rijdt!”. Ronald is gevoelig voor het argument
dat Simon en Tom als tegenprestatie samen zijn consumpties zullen betalen en gaat akkoord.
Eenmaal met het LSO busje op de autosnelweg blijkt het zicht slechter dan verwacht. Het
regent en het is een beetje mistig. Dat mag de pret niet drukken, Ronald blijkt een goede
verteller van sterke verhalen en de drie hebben de grootste lol. Na het nemen van de laatste
afslag naar Maastricht echter, raakt de auto ineens in een slip en komt met een harde klap
tegen de vangrail tot stilstand. Hoe dat precies heeft kunnen gebeuren is niemand achteraf
duidelijk. Uit het pro- ces verbaal blijkt dat Ronald weliswaar ‘teveel op had’, maar niet of hij
te hard of roekeloos heeft gereden. De gevolgen zijn ernstig. Solocellist Simon en trompettist
Tom worden met spoed afgevoerd naar het ziekenhuis. Beiden zijn er niet best aan toe;
ziekenhuisopname blijkt dan ook noodzakelijk. Het busje van het LSO is ‘total loss’ en wordt
door de politie wegge- sleept. En ook Simon’s cello ligt in duigen...

Ja er kan worden gesteld dat er nadeel is want het busje ligt in duigen, iemand ligt in het
ziekenhuis en de cello is kapot.

Ronald zou aansprakelijk kunnen zijn op grond van artikel 6:162 BW omdat hij degene achter
het stuur heeft gezeten. Je kunt ook nog proberen de werkgever aansprakelijk te stellen op
grond van artikel 7:658 BW.

Simon en Tom kunnen niet meer werken, echter geld ten aanzien van hun loondoorbetaling
bij ziekte. De werkgever zou hier dus graag dit bedrag vergoed zien.

Bijeenkomst 2 Gevaarzetting
Asser/Sieburgh 6-IV nr. 55-60
Een gedraging in strijd met het ongeschreven luidde de door de Hoge Raad in 1919
geïntroduceerde formulering ‘een handelen of nalaten dat indruist hetzij tegen de goede
zeden, hetzij tegen de zorgvuldigheid welke in het maatschappelijk verkeer betaamt ten
aanzien van eens anders persoon of goed.




3

, Goede zeten: Die zedelijke normen die in de samenleving als (ongeschreven) rechtsnormen
zijn aanvaard. Normen derhalve die, hoewel ongeschreven, rechtens moeten worden
nageleefd. In art. 6:162 BW is het criterium ‘strijd met de goede zeden’ niet teruggekeerd
omdat het geen weerklank in de jurisprudentie heeft gevonden en een weinig geslaagde
uitdrukking werd geacht voor onbehoorlijk gedrag in het economische verkeer.

Zorgvuldigheid: de zorgvuldigheid die in het maatschappelijk verkeer betaamt ten aanzien
van eens anders persoon of goed’. De mens maakt deel uit van de samenleving en bij de
benutting van zijn vrijheid om te handelen rust op hem een zekere verantwoordelijkheid met
betrekking tot de belangen van zijn medemensen. Hij moet zijn eigen belangen en die van
een ander tegen elkaar afwegen en zich daarbij laten leiden door hetgeen mensen onderling
in de maatschappij in redelijkheid van elkaar kunnen verwachten. Het is ook buiten de strijd
met de wet of de rechtsinbreuk – onrechtmatig om niet de zorgvuldigheid in acht te nemen
die in het maatschappelijk verkeer ten aanzien van eens anders persoon of goed betaamt.

Maatschappelijk verkeer: Neergelegd in een ongekend aantal bijzondere regels van
ongeschreven recht. Het is onmogelijk daarvan een volledige opsomming te geven. Van geval
tot geval zal moeten worden nagegaan of een regel bestaat die is geschonden. Het betreft
rechtsnormen; de door de feitenrechter daaraan gegeven invulling en de toepassing daarvan
zijn vatbaar voor beoordeling in cassatie. Mits de rechter nauwkeurig motiveert waarom hij
tot dat oordeel komt, kan van de rechter niet worden gevergd dat hij daarbij steeds
vooropstelt hoe in abstracto de geschonden regel luidt. Gedragingen die al dan niet strijdig
worden geacht met de maatschappelijk betamende zorgvuldigheid, zijn verdeeld in drie
categorieën, al naargelang de onzorgvuldigheid wordt gezocht in het in het leven roepen van
een gevaar voor de fysieke aantasting van een persoon of een zaak, in het aantasten van
iemands zuiver vermogensrechtelijke belangen, of in de krenking van immateriële belangen.

Verkeer en veiligheid: Het algemene uitgangspunt dat enkele veroorzaken van schade niet
beslissend is voor het aannemen van onrechtmatigheid en de zorgvuldigheid die men jegens
de belangen van een ander in acht moet nemen niet zover strekt dat ieder gevaar op het
ontstaan van schade vermeden moet worden. Geldt eveneens voor gedragingen in de sfeer
van het verkeer en de veiligheid.
De invulling van normen (die zowel in het verkeer als daarbuiten gelden en ook in verband
met art. 6:74 BW worden gesteld (HR 25 november 2005, NJ 2007/141
(Eurosportief/Wesselink)). Ten aanzien van de zorgvuldigheid van gedrag dat een gevaarlijke
situatie in het leven roept of laat voortbestaan, geschiedt aan de hand van de in HR 5
november 1965, NJ 1966/136 (kelderluik) genoemde criteria. Er wordt getoetst of, uitgaande
van de gevaarlijke situatie, de ten aanzien van eens anders persoon of goed te vergen
zorgvuldigheid vereist dat bepaalde veiligheidsmaatregelen worden getroffen. Welke
maatregelen dit zijn, hangt onder meer ervan af of ermee rekening moet worden gehouden
dat de benadeelde niet de nodige oplettendheid en voorzichtigheid betracht. Daarbij wordt
niet alleen gelet op de mate van waarschijnlijkheid waarmee de niet-inachtneming van de
vereiste oplettendheid en voorzichtigheid kan worden verwacht, maar ook op de
hoegrootheid van de kans dat daaruit ongevallen ontstaan, op de ernst die de gevolgen
daarvan kunnen hebben, en op de mate van bezwaarlijkheid van te nemen
veiligheidsmaatregelen. et achterwege laten van een gezien de bestaande gevaarlijke situatie
toereikende veiligheidsmaatregel is onzorgvuldig. Het vermindert de kans dat de vereiste


4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lawstudentx. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €11,69. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 48298 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€11,69  15x  verkocht
  • (2)
In winkelwagen
Toegevoegd