THEMA 6 >> Leerdoelen Fysiologie
Week 1
- De Student kan de belangrijkste neurologische, neuropsychologische en
psychologische aandoeningen na CVA benoemen (REP)
* Neurologisch (Primaire gebieden)
Parese = gedeeltelijke verlamming (motorisch; dus frontale lob)
Paralyse = volledige verlamming (motorisch; dus frontale lob)
Anesthesie = verminderd gevoel (sensorisch). Kan ook gedeeltelijk zijn.
Anopsie = niet kunnen zien (occipitale lob). Kan gedeeltelijk zijn (vlekken, etc.)
* Neuropsychologisch
Afasie = spraakstoornis
>> Afasie van Broca = Kan niet op de woorden komen. Secundaire gebied (frontale
lob) is aangedaan
>> Afasie van Wernicke = Kan alles zeggen, kan ook op woorden komen, alleen
antwoord helemaal niet op vragen, zegt iets totaal anders. Temporale lob
Agnosie = beperking qua herkennen van voorwerpen, geluiden, etc.
>> Visuele agnosie = iemand ziet gewoon goed, alleen herkennen van voorwerpen
is beperkt. Kan het volledig omschrijven, maar niet benoemen.
>> Tactiele agnosie = tast niet herkennen
>> Akoestische agnosie = stemmen niet herkennen
>> Prosopagnosie = gezichtsherkenning is aangedaan.
Apraxie = Niet doelgericht kunnen bewegen. Je kan wel iets vastpakken, maar je
weet niet wat je er mee moet doen (Frontale lob). Secundair motorisch.
* Psychologisch (frontaal = gedrag, persoonlijkheid)
Gedrag
Stemming
Persoonlijkheid
- De student kan het verschil in functie tussen de verschillende sensorische en
motorische schorsgebieden (primair, secundair, tertiair) uitleggen (VER)
De primaire schors heeft te maken met horen, zien, voelen en bewegen. De
secundaire schors herkent en programmeert, de tertiaire schors (het grootste
deel) verzorgt de synthese: het verband der dingen, de handeling in context.
, * Sensorisch;
Primaire schors = waarnemen
Secundaire schors = herkennen
Tertiaire schors = interpretatie (hier zit vooral je persoonlijkheid)
* Motorisch
Primaire schors = aansturen bewegen
Secundaire schors = selecteren van programma voor bewegen
Tertiaire schors = verbanden leggen van bewegingen
- De student kan beredeneren welke symptomen kunnen duiden op een stoornis
in één van deze cortexgebieden (ANA)
Primaire schors Secundaire schors Tertiaire schors
Neurologisch Neuropsychologisch Psychologisch
Parese Afasie Gedrag
Anesthesie Agnosie Stemming
Anopsie Apraxie Persoonlijkheid
Etc. Etc. Etc.
- De student kan links- en rechtszijdige hersenlaesies van elkaar onderscheiden
op basis van symptomen (ANA)
* Linker hemisfeer:
Taal, Rekenen
* Rechter hemisfeer:
Ruimtelijk inzicht, Creativiteit, Muziek, Ziekte-inzicht
Linker hemisfeerlaesie Rechter hemisfeerlaesie
afasie Neglect, ruimtelijke stoornissen
,Sociaal isolement Snel, impulsief, ondoordachte daden
Terughoudend, zelfonderschatting Zelfoverschatting
‘Geen woorden maar daden‘ ‘Geen daden maar woorden‘
Depressie Euforie
Catastrofe-reactie Bagatelliseren
Terminologie
Primaire schorsgebieden > Neurologisch (anopsie, anesthesie, etc.)
Secundaire schorsgebieden > Neuropsychologisch (bijv. agnosie, afasie)
Tertiaire schorsgebieden > Psychologisch; Interpretatie
Primaire (motorische) schorsgebieden > relatief eenvoudige bewegingen
Secundaire (motorische) schorsgebieden > ietwat complexere bewegingen
Tertiaire schorsgebieden > hoe bewegingen uitgevoerd moeten worden
Hemisfeerspecialisatie > functies specifiek bij één hemisfeer aanwezig zijn
Corpus callosum > hersenbalk, verbindt linker en rechter hemisfeer
Cerebellum > Bewegingsopeenvolgingen (sequentie), tonusregulatie en
coördinatie van bewegen
Hersenstam > Vitale functies, zoals bloeddruk, ademhaling, temperatuur etc.
Lobus frontalis > denkvermogen, executieve functies, gedrag, blikcentrum,
gedeelte spraak (Broca-afasie)
Lobus parietalis > Ruimtelijke ordening, motoriek en sensibiliteit
Lobus temporalis > geheugen, concentratie, smaak, spraak (Wernicke)
Lobus occipitalis > Verwerking van visuele prikkels, gezichtgewaarwording
Afasie van Broca > Kan niet op de woorden komen. Secundaire gebied (frontale
lob) is aangedaan
Afasie van Wernicke > Kan alles zeggen, kan ook op woorden komen, alleen
antwoord helemaal niet op vragen, zegt iets totaal anders. Temporale lob
Apraxie > Niet doelgericht kunnen bewegen. Je kan wel iets vastpakken, maar je
weet niet wat je er mee moet doen (Frontale lob). Secundair motorisch.
Hemiplegie > halfzijdig verlamming, als gevolg van een hersenbeschadiging
Hemiparese > Onvolledige verlamming van spieren eenzijdig
Parese > Gedeeltelijke verlamming (motorisch; dus frontale lob)
Tactiele agnosie > tast niet herkennen
Akoestische agnosie > stemmen niet herkennen
, Visuele agnosie > iemand ziet gewoon goed, alleen herkennen van voorwerpen is
beperkt. Kan het volledig omschrijven, maar niet benoemen.
Prosopagnosie > niet herkennen van gezichten
(hemi)anesthesie > (halfzijde) sensibiliteitsstoornis
(hemi)anopsie > (halfzijdige) gezichtsveldstoornis