100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting HC Staatsrecht 3 €6,49   In winkelwagen

College aantekeningen

Samenvatting HC Staatsrecht 3

 74 keer bekeken  0 keer verkocht

Deze samenvatting bevat een uittreksel van de hoofdpunten uit de hoorcolleges, waarbij alles bijna letterlijk is meegetypt. Een uitgebreide samenvatting met daarin alle stof die jij moet kennen voor je (her)tentamen. Door deze 76 pagina's te bestuderen zal je gegarandeerd je (her)tentamen halen! Kl...

[Meer zien]
Laatste update van het document: 6 jaar geleden

Voorbeeld 10 van de 76  pagina's

  • 19 december 2017
  • 25 september 2018
  • 76
  • 2017/2018
  • College aantekeningen
  • Onbekend
  • Alle colleges
book image

Titel boek:

Auteur(s):

  • Uitgave:
  • ISBN:
  • Druk:
Alle documenten voor dit vak (30)
avatar-seller
dm95
Staatsrecht 3
Samenvatting van de hoorcolleges
Rijksuniversiteit Groningen | Daniek Mulder




SAMENVATTING
Een uitgebreide samenvatting van de hoorcolleges waarin tevens de
oefenvragen werden behandeld.




0

,Hoorcollege A week 1
Vogelvlucht van de voor nu relevante
staatsrechtelijke geschiedenis en van de
voornaamste constitutionele actoren
Oefenvraag: “In veel EU landen zijn rechts-populistische partijen in opkomst.
Er zijn echter duidelijke verschillen in de electorale effectiviteit van
bijvoorbeeld de PVV en het (Franse) Front National.
Leg aan de hand van het Franse kiesstelsel uit waarom het voor de voorvrouw
van het Front National, Marine le Pen, erg lastig is gekozen te worden tot president
Antwoord: de Fransen hebben twee verkiezingsrondes. Iedereen die heeft
meegedaan aan de eerste ronde en stemmen heeft behaald, maar niet de tweede
ronde heeft gehaald, zegt dan: stem vooral niet op de kandidaten die wel de tweede
ronde hebben gehaald.
Duitsland
Constitutionele geschiedenis van Duitsland

§ 1815: Congres van Wenen en de Duitse Bond. Duitsland is laat in zijn
eenwording, daarvoor waren het allemaal staatjes. Na het Congres
van Wenen krijg je ‘De Confederation’. Je spreekt van ‘Duitsland’ in
de 19e eeuw.
§ 1848: Het Europees revolutiejaar. Revolutie en de Duitse nationale
beweging. De inhoud van de constitutie is bepalend geweest van de
latere GW’en. Veel dingen die nu in de Duitse Grondwet staan
hebben ze toen der tijd verzonnen.
§ 1871: Duitsland werd een federale staat met overheersing van de
monarchieën. Is dus sprake van monarchaal federalisme. Frans-
Duitse oorlog. Sinds die tijd is Duitsland altijd een federatie en de
staatsvorm is heel stabiel. Door de militaire successen kun je goed
de monarchieën stand houden, niemand gaat er tegenin.
§ 1919: Verlies WO1 en de keizer kreeg hier de schuld van. Duitsland
uitgehongerd en kapot, onder deze omstandigheden moet de keizer
het veld ruimen. Vervolgens wordt de Republiek van Weimar
uitgeroepen, Duitsland zal voortaan een democratie zijn – ongeveer
zoals Duitsland nu is (gekozen president etc.).
§ 1949: Duitsland wordt iets kleiner (grens oost en west Berlijn).
Grundgesetz had een tijdelijke bedoeling (te lezen ni art. 146
Grundgesetz), was tijdelijke regeling die gold voor West-Duitsland,
eenwording was in zicht en daarvoor was dan de
Grundesverfassung van toepassing. Toen muur viel hebben ze geen
nieuwe Verfassung gemaakt, de Oost Duitslanden zijn gewoon
toegetreden tot West Duitsland.




1

,Wat is nou de grote verklarende factor voor alles wat in het GG staat?
1. De Republiek van Weimar
2. WO2
Constructieve motie van wantrouwen
Dit is vooral van belang voor de constructieve motie van wantrouwen: kort gezegd
betekent dat, dat als het parlement de regering (kanselier) naar huis stuurt, dan
tegelijkertijd moet aanwijzen wie dan de kanselier wordt. Als je aanwijst wie het niet
is, moet je ook aanwijzen wie het wel is. Zo wordt het een stuk moeilijker om iemand
weg sturen.

Ewigkeitsklausel
Sommige bepalingen uit het GG mogen niet gewijzigd worden, punt. Deze zijn buiten
het bereik van de overheid geplaatst. Duitsland moet altijd een democratie zijn,
menselijke waardigheid is onaantastbaar en dat moet zo blijven (voorbeeld
onwijzigbare bepalingen).

Wat ging er mis? De negatieve vertrouwensleer
Op papier ziet het er goed uit, GW op zichzelf en op papier is prima. In Duitsland
functioneerde het niet. 1 van de grootste redenen dat het niet functioneerde is dat er
een negatieve motie van wantrouwen (je kunt de regering wegsturen zonder dat je
aanwijst wie de nieuwe regering dan is), maar leidt tot instabiliteit. Wordt een
regering weggestuurd maar parlement kan geen meerderheid vormen om te
ondersteunen. Hierdoor kan het zo zijn dat de kanselier zoals Hitler macht gaat
uitoefenen wat hij niet zou moeten doen.

Conclusie
Je ziet dat de Duitse staatsvorm redelijk stabiel is, zodra het een federatie is blijft het
zo. De Regeringsvorm verschuift een beetje – verklaring hiervoor zijn de militaire
successen/het verloop van de geschiedenis. Vaak is de GW een oplossing voor alles
wat er in het verleden fout is gegaan. We weten wat er niet werkte en wat er fout
ging, nu gaan we dat anders doen (vooral ook bij Franse constitutie).




2

, Constitutionele actoren
§ Bundestag: het parlement van Duitsland.
o Vgl. met Tweede Kamer in Nederland.
§ Bundesrat: vertegenwoordiging van 16 deelstaat regeringen. Op die manier
kunnen deelstaten deelnemen aan het wetgevingsproces.
o Vgl. niet met onze provinciën omdat bij ons niet los van elkaar worden
vertegenwoordigd.
o Vgl. met Eerste Kamer, maar discutabel
§ Bundeskanzler: president van Duitsland
o Vgl. Minister president/regeringsleider aan regering in Nederland, maar
bij ons mag de regeringsleider bijna niks. Bij ons is Rutte onder de
‘gelijken’ en mag hij dus geen leiding geven aan de rest van de
ministers, hij mag enkel zaken op de agenda zetten. Bundeskanzler
§ ‘Rechtliniencompetenz: Duitse bondskanzler heeft de
bevoegdheid op ‘rechtlinien’ de ministers aan te sturen.
Staatsrechtelijk is het zo dat de kanzler beveelt, de rest het zo
doet.
§ In de praktijk werkt het niet zo: bondskanzler kan in praktijk niet
zomaar alles zeggen, dat heeft ermee te maken dat er sprake is
van een coalitieregering. Dit betekent dat de kanzler welliswaar
de bevoegdheid heeft om allerlei bevelen uit te vaardigen, maar
dit politiek niet zo werkt. Het risico wat ze loopt is dat de
coalitiepartner gaat klagen en het kabinet valt.
§ Bundespräsident: ceremonieel staatshoofd van Duitsland. Hij doet
staatsbezoeken en vertegenwoordigingshandelingen.
o Vgl. met onze koning.
o Verschillen: de Bundespräsident wordt gekozen en onze koning niet,
het takenpakket van de präsident lijkt dan dus niet helemaal op dat van
onze koning, omdat onze koning ook in de regering zit. Onze koning
moet zijn handtekening zetten, omdat hij samen met het kabinet de
regering vormt, hij zit in de regering. Formeel worden
regeringshandelingen door de koning uitgevoerd vanwege zijn
handtekening. De Bundespräsident zit niet in de regering, heeft
ceremonieële functie. Zeg je van onze koning dat hij ceremonieële
functie heeft, dan bedoel je dat hij allerlei formele bevoegdheden heeft
omdat hij lid is van de regering maar ze niet allemaal uitoefent. In
Duitsland heeft hij geen formele bevoegdheden.
§ Bundesversammlung: kiezen Bondspresident, zonder discussie!
o Wordt gekozen door de Bundstag en indirect door de Landtag. Logica
hierachter is: om publiek verschil verwerpen en de gedachte is dat het
logisch is om in een federatie het staatshoofd (welke de Länden) zelf
niet hebben wilt kiezen, de Länden hier ook een stem in moeten
hebben. Het staatshoofd vertegenwoordigd de eenheid van de staat.
§ Bundesverfassungsgericht: constitutionele hof van Duitsland
o Vgl. niet met Nederland, wij kennen geen constitutionele rechter.




3

, Frankrijk
Constitutionele geschiedenis van Frankrijk
De Franse eenheidsstaat is hét. Hier zijn ze het heel erg over eens. De hoofdlijnen
van de Franse geschiedenis is dat het nieuwe regime steeds het oude wil oplossen,
er komt dan telkens een nieuwe GW. Ze zoeken dus constant naar de fantastische
balans tussen het parlement en een sterke leider. Je kunt niet zomaar
staatsrechtelijke oplossingen overplakken naar een ander land en verwachten dat
het werkt. Het huidige Franse stelsel lijkt veel op het stelsel in Duitsland – dat gold
tussen de twee WO in – zo werkte het in Duitsland niet, maar in Frankrijk werkt het
wel. Politieke omstandigheden zijn soms gewoon anders.

Lange tijden was het ontbreken van het algemeen kiesrecht de reden om tot
revolutie over te gaan.

§ 1789: De Franse Revolutie. De boeren, burgers en plebs nemen alles over,
koning onthoofd. Dit is het beginpunt van de Franse Democratie. Eindigt met
Napoleon die al een begin heeft gemaakt aan Europees leiderschap en
eenwording, loopt uit de hand.
§ 1814: Restauratie met Charte Octroyée – De GW die de koning uit het goeds
van zijn hart aan het land heeft gegeven, koning mag dit document altijd
aanpassen – gaat terug naar het oude “monarchaal stelsel”. Napoleon twee
keer in ballingschap moeten sturen. Frankrijk was radicaal democratisch
geworden wat eindigt in een keizerrijk.
o Beweegt van een constitutionele monarchie, steeds meer richting een
parlementair stelsel.
o Probleem: Karel de 10e vond dat dit maar eens afgelopen moest zijn.
Hij vond dat er terug gegaan moest worden naar het absolutisme,
democratie werd losgelaten. De Charte Octroyée werd aangepast, het
absolutisme moet eruit, mocht geen geoctrooieerd document meer zijn.
Dit document steunt op de gedachte dat het een overeenkomst tussen
volk en koning is (moet wijzigingsprocedure is, macht van koning moet
gebroken worden en samen eruit komen hoe het land geregeerd moet
worden).
§ 1848: Het Europese Revolutiejaar, dus ook voor Frankrijk = tweede republiek.
Je ziet een gemengd presidentieel parlementair stelsel. Worden verschillende
pogingen ondernomen om een balans te vinden tussen de uitvoerende macht
en het parlement. Als beide blijven botsen dan leidt dat alleen maar tot
instabiliteit, het gemengde karakter zorgt ervoor dat er samenwerking en
afstemming tussen beiden komt.
§ 1851: Revolutie: Tweede keizerrijk. Terug met samenwerken werkt niet,
keizerrijk ging prima, dus dit doen we weer (weer terug naar monarchaal
stelsel).
o Sterk monarchaal
o Einde: Frans-Duitse Oorlog in (1871).
§ 1946: Vierde republiek
o Sterk parlementair
o Probleem: instabiel, teveel regeringen en parlement lukt het niet de
regering in het zadel te houden




4

, Constitutionele actoren
De zelfstandig regelgevende bevoegdheid komt in Frankrijk o.a. toe aan: Het
parlement in de vorm van ‘lois’ en de regering in de vorm van ‘decrets’. Er wordt
vaak in het nieuws gesproken over een presidentieel decret, dit is niet waar, want
de president kan geen decret uitvaardigen. Wat er wel gebeurt is dat de regering
decrets uitvaardigt die door de president moet worden meeondertekend
(contraseign).

§ President de la République: is politiek erg belangrijk, maar gaat vaak langs
de regering, want hij mag zelf geen decrets uitvaardigen. Hij kan wel de
regering aanzetten tot het uitvaardigen van decrets. Hij zit de vergadering van
de regering voor. Zijn politieke bevoegdheden gaan via de regering.
o De Nederlandse Koning is hiermee totaal niet te vergelijken.
§ Minister president: Wordt de loopjongen van de president.
§ Gouvernment: regering.
o De vertrouwensrelatie loopt via de Assemblée Nationale en de
regering. Dus niet tussen de Assemblée en de president, logisch want
de president wordt zelf ook gekozen, maar president heeft dan wel
weer de bevoegdheid tot ontbinding van de Assemblée.
o Geen leuke positie: De regering moet ervoor zorgen dat zij het
vertrouwen van de Assemblée behoud en moet tevens zorgen dat zij
kan samenwerken met de President de la République.
o Het is de regering die voor een groot deel zelfstandige regelgevende
bevoegdheden heeft.
§ Assemblée Nationale:
o Vertrouwensrelatie met de regering, logisch want vgl. met de Tweede
Kamer in Nederland.
o Geen vertrouwensrelatie met de senaat. In Nederland ook geen
vertrouwensrelatie tussen Eerste Kamer en regering.
§ Sénat: Voor zover het parlement wetten maakt, heeft zij daar
bevoegdheden over.
o Wordt net als de Nederlandse Eerste Kamer gekozen door regionale
organen. Alleen in Frankrijk wordt dit ook als een soort
vertegenwoordiging van die regio’s gezien wordt.
o Onze regering lijkt erg op de Franse regering, behalve dan dat wij in
Nederland alleen maar de relatie hebben tussen parlement en regering
en niet als in Frankrijk zo’n extra orgaan hebben die de regering ook
nog aanstuurt. Wij noemen onze EK ook de Senaat, maar stelsel ziet
er toch anders uit.
§ Conseil Constitutionnel: Constitutionele Raad, niet echt een rechter, want
alle oud Franse presidenten zitten er ook in - zijn van rechtswege lid.
o Wordt samengesteld door de grootste drie actoren:
§ Président de la République
§ Assemblée Nationale, heeft zelf een eigen mandaat.
§ Sénat, heeft een afgeleid mandaat.




5

,Conclusie
Modern staatsrecht is meestal een antwoord op het verleden. Het is een aanpassing
op wat eerder verkeerd ging, zie je in Duitsland heel sterk door de WO2, in Frankrijk
zie je dit terug door de aangepaste GW’en die de quadratuur van de cirkel proberen
te vinden. Je kunt constituties opdelen in:
- Revolutionaire modellen: die het steeds helemaal het raam uitgooien en
formeel een nieuwe GW maken (Frankrijk en Duitsland).
- en Evolutionaire modellen: is een stelsel dat zo’n beetje groeit en je
verbouwt het, steeds kleine veranderingen aanbrengen (NL en VK).
Tot slot: bij Duitsland en Frankrijk zie je dat volkssoevereiniteit consequenties heeft
voor het stelsel. Maar je ziet ook dat je het op verschillende manieren kunt invoeren.
Duitsland is heel duidelijk in volkssoevereiniteit, dus democratie, dus volk is aan de
macht en dus is het parlement het meest gelegitimeerde orgaan en dus heeft het
allerlei bevoegdheden in Duitsland en stuurt het andere organen aan. Maar in
Frankrijk hebben ze twee organen die rechtstreeks door het volk worden gekozen en
zelf ook een beroep kunnen doen op de volkswil. Daar zie je dus dat de regering
soms een beetje klem kan komen te zitten tussen de verschillende volkswillen die
geuit zijn in organen die zo hun eigen mandaat hebben. Er is een logica tussen het
hebben van een volkssoevereiniteit en het al dan niet uitoefenen van allerlei
bevoegdheden.




6

,Hoorcollege B week 1
Vogelvlucht van de voor nu relevante
staatsrechtelijke geschiedenis en van de
voornaamste constitutionele actoren
Oefenvraag: In Nederland is de verenigde vergadering van de Staten-Generaal,
die bestaat uit de Tweede en Eerste Kamer gezamenlijk, betrokken bij het
aanwijzen van een opvolger van de Koning als er een troonopvolger ontbreekt.
Over de wet die de nieuwe koning aanwijst moet namelijk besloten worden
door de verenigde vergadering.
Geef nauwkeurig aan in hoeverre de Duitse Bundesversammlung dezelfde
samenstelling en functie heeft.

Antwoord: De Bundesversammlung is eigenlijk alleen de Bondspresident.
Bondsdagleden zitten allemaal in de Bondsvergadering.


Verenigd Koninkrijk
Constitutionele geschiedenis van Verenigd Koninkrijk
VK staat bekend om de strijd tussen de koning en het parlement.

§ 1215: ‘Times immemorial’. Magna Carta. Er zitten in de constitutionele
geschiedenis van VK niet veel slingerbewegingen in of revolutionaire
veranderingen, maar stukje bij beetje vorm het Britse stelsel zoals het nu is. Is
geen geschreven grondwet, doen het met conventions en gebruiken van
vroeger. Dit is een soort van eerste aanzet op iets wat lijkt op een Grondwet.
De Magna Carta bevat een bepaling waarin staat dat als de koning handelt in
strijd met de Magna Carta dat het nietig is = de eerste stap van een absolute
monarchie naar en constitutionele monarchie, want een absolute monarch is
nergens aan gebonden en kan het recht maken zoals hij het zelf wil, de
soeverein die gebonden raakt aan het document die lijkt op een
constitutioneel monarch die aan de GW is gebonden.
§ 1688/1689: Glorius Revolution – John Locke. Bloedeloze revolutie, de
volgende stap in de strijd tussen koningen en parlementen. Ook is de Bill of
Rights aangenomen, dit is een volgende stap op weg naar de constitutionele
monarchie, koning mag geen wetten uitvoeren die niet in samenspraak met
parlement zijn geweest. Je ziet dat de koning gebonden raakt aan de inspraak
van het parlement. Tegenwoordig: Sovereigty of Queen in parliament: de
soevereiniteit berust niet helemaal bij de koningin, maar bij het samenspel
tussen koningin en parlement.
Uit de Bill of Rights vloeit ook voort dat het parlement zelf bepaalt wanneer zij
vergadert (Duitsers noemen dit ‘zelforganisatierecht’), ook als de koningin dat
niet wil.
§ 1832: Reform Act: eerste stap naar een normaal kiesrecht. Het is dus de
eerste stap op weg naar een democratischer kiesstelsel. Hier begint de
gedachte dat het lagerhuis (de commons) echt een democratisch orgaan
moet zijn.




7

, § 1911 en 1949: 'Het verzopen huis’
Je hebt problemen:
1. Je hebt een koning die gebonden is aan de constitutie
2. Een lager huis waar steeds meer mensen op mogen stemmen, dat er zelf
over gaat wanneer het vergadert
3. En dan heb je een hoger huis dat bestaat uit vertegenwoordigers van de
adellijke stand en de geestelijke stand.
‘Het huis verzopen’ = hoger huis moest instemmen met verandering van
vetorecht, naar een suspensief-vetorecht (wetswijziging), dan zou lager huis
zoveel mogelijk leden benoemen tot ze een meerderheid hadden.
§ Suspensief veto 1911: dit is een recht/het fenomeen dat tijdelijk is.
Hoger huis kon maximaal 3 jaar een wetsvoorstel tegenhouden. Als
het lager huis 3x dezelfde wet zou aannemen dan was in de laatste
instantie de wet erdoor – ongeacht of het hoger huis het hiermee eens
was of niet.
§ Suspensief veto 1949: het hoger huis kan nu nog maar 1 jaar een
wetsvoorstel tegenhouden. Als het lager huis een wetsvoorstel
aanneemt, het hoger huis op zijn beurt (1) amendeert het kapot (2) of
wijst het af, dan moet het lager huis de wet nog een keer aannemen en
dan is het erdoor.
Je ziet hier dat er ook democratisering in het Hoger Huis begint plaats te
vinden. Niet langer het recht om de democratisch gekozen
volksvertegenwoordiging (Lager Huis) een stok in het wiel te steken/hun
programma tegen te houden.
§ 1998: Devolution Acts. Ontstaat een beweging richting federalisering. Deze
Acts geven een vergaande mate van zelfbestuur aan de delen, de delen
raken steeds meer gefederaliseerd.
§ 2005: Constitutional Reform Act. House of Lords (Hoger Huis) had ook een
rechterlijke taak, is daarvan beroofd (is nu Supreme Court voor).
§ 2011: Fixes Term Parliament Act. Voordat deze Act werd aangenomen mocht
de regering of de prime minister zelf bepalen binnen een termijn van 3 – 5
jaar, wanneer er verkiezingen voor de Commons waren.
Deze Act regelt dat de verkiezingen voor het lager huis eens in de 5 jaar zijn,
tenzij een motie met 2/3e meerderheid is aangenomen die zegt dat er toch
(eerder) verkiezingen moeten komen.

Wat moet er met House of Lords gebeuren?
Het is 2017 en je hebt nog steeds een (soort EK) waar bisschoppen en adel inzit.
Afschaffen is wel een ding, dus een ingewikkeld probleem. Mogelijkerwijs zou het
een federale kamer kunnen gaan worden, net als in Duitsland – maar is slechts een
idee.

Brexit
Wat als alle EU wetgeving wordt teruggetrokken? Wie moet dat dan gaan uitvoeren?
Moeten het centrum dit doen of de delen? Hoe zorgen we ervoor dat dit
georganiseerd gaat worden? Conceptueel is Groot Brittannië zwak, maar het werkt
wel gewoon in de praktijk, dus ach waarom zou je er dan iets aan doen.




8

, Constitutionele actoren
§ De Koningin: De Queen in GB is redelijk vergelijkbaar met de Nederlandse
Koning. Ze zit politiek nog redelijk in het hok.
o Royal assent: In Nederland moet de koning ook de wetten
ondertekenen, dit is dus een overeenkomst. Nederlandse koning en
Engelse koningin moeten dus formeel gezien de wetten afkondigen
door ondertekening. Britse Koningin is geen lid van de regering, dit is
dus een verschil.
§ Governement/Regering: bestaat uit
ministers aan de zijde van het Hoger
Huis en aan de zijde van het Lager
huis, dit is zo omdat alle ministers lid
moeten zijn/zijn van het hoger of het
lager huis (alle ministers zijn dus
parlementariërs) – derhalve bestaat
regering uit leden van het hoger en het
lager huis. De logische reden hiervoor
is dat: hoger huis wordt nooit gekozen. Regering wil wetsvoorstellen erdoor
krijgen bij parlement, en leden van lager huis mogen niet in hoger huis
komen, de wetsvoorstellen van regering worden verdedigd door de regering
zelf. Als regering wetsvoorstel wil verdedigen dan moet je wel lid zijn van dat
huis om het daar te kunnen verdedigen.
o Er is ook geen vertrouwensrelatie tussen House of Lords en de
regering. Die vertrouwensrelatie is er wel tussen het Lager Huis en de
regering.
o Vgl. met Nederlandse regering, hoewel de samenstelling wel anders is.
Zo zijn de leden van de Britse regering ook leden van of het Hoger
Huis of het Lager Huis, is in Nederland verboden (mag niet lid van EK
of TK zijn en tevens minister – incompabiliteiten).
§ House of Commons (Lagerhuis):
o Vgl. met onze TK. HoC is een direct gekozen orgaan en heeft
wetgevende taak.
o Relatie HoC en regering: er is een vertrouwensrelatie. Er vind ook
politieke controle plaats. Dit is democratisch erg logisch, omdat in GB
de minister president niet rechtstreeks gekozen wordt (geen regering
die rechtstreeks gekozen wordt) – dan is het wel zo logisch dat er ook
politieke controle is, zeker als er een vertrouwensrelatie geldt.





9

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper dm95. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 67096 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49
  • (0)
  Kopen