Samenvatting alle bacteriën: microbiologie en infectieziekten
Samenvatting algemene en medische bacteriologie
Overzicht bacteriën
Alles voor dit studieboek
(8)
Geschreven voor
Universiteit Hasselt (UHasselt)
Biomedische wetenschappen
Klinische microbiologie
Alle documenten voor dit vak (6)
Verkoper
Volgen
lailatruyen
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
ZSO1:Structuur en functioneren van bacteriën
1) Bespreek de celstructuur van eukaryote en prokaryote cellen: verschillen en gelijkenissen.
Prokaryoten Eukaryoten
Nucleoïd: DNA zweeft vrij rond in deze regio in DNA zit in kern afgezonderd in een membraam.
het cytoplasma. (!!)
DNA bestaat uit één chromosoom, is circulair en DNA bestaat uit meerdere dubbelstrengige
dubbelstrengig chromosomen.
Geen membraamomgeven organellen. (!!) Organellen omgeven door een membraam zoals
bv het golgi-apparaat.
Ribosoom bevat 70S Ribosoom bevat 80S
Bv bacteriën Bv parasieten, schimmels, gisten
Deze verschillen zijn belangrijk om bacteriën te onderscheiden en bestrijden.
2) Bespreek de opbouw van de celwand van bacteriën.
De celwand geeft stevigheid en vorm aan de bacterie.
Ook verschilt het tussen bacteriesoorten en is het een bepalende factor in de klassificatie van
bacteriën.
Verschillen van de celwand bepaald de soort: gramnegatieve, grampositieve, spirocheten, zuurvasten,
bacteriën zonder celwand.
Spirocheten lijken eerder op de gramnegatieven. Ze hebben peptidoglycaan en een flagel.
Bacteriën zonder celwand zijn ongevoelig voor antibiotica tegen de celwandsynthese.
3) Wat is de structuur van peptidoglycaan en hoe wordt het opgebouwd.
De celwand is opgebouwd uit peptidoglycaan lange ketens van afwisseld N acetylglucosamine en
N-acetylmuraminezuur (disacharide). Deze ketens worden met elkaar verbonden door
peptidebruggen dankzij de eiwitten.
Aanmaak van peptidoglycaan: er wordt een basiseenheid gemaakt die door het
cytoplasmamembraam gaat. Daar wordt die gekoppeld aan de disachariden en de eiwitketen.
4) Wat zijn PBP’s?
Deze transpeptidasen zorgen voor het vormen van de kruisverbindingen in peptidoglycaan. Ze
worden dus getarget door antiobiotica zoals penicilline, en worden daardoor ook wel penicilline-
bindende proteïnen PBP genoemd. Na een wijziging van de PBP’s kan resistentie optreden.
, 5) Wat zijn de verschillen tussen grampositieve en gramnegatieve bacteriën?
De verschillen worden bepaald dmv de gramkleuring.
Grampositieve bacteriën behouden hun kleuring ondanks toevoeging van een ontkleurende stof
zoals alcohol. Zij zijn opgebouwd uit meerdere op elkaar liggende lagen van peptidoglycaan. Ook
komen er twee soorten structuren voor
- Teichoïnezuren -> maken de celwand steviger en functioneren als aanhechtingsplaats voor
extracellulaire moleculen.
Ze zijn verankerd in de celwand.
- Lipoteichoïnezuren ->
Verankerd in het celmembraam.
Gramnegatieve bacteriën worden ontkleurd door alcohol. Ze hebben een complexe celwand met een
minder dikke laag peptideglycanen. Daarboven op hebben ze ook nog een buitenste membraam, dat
van de celwand wordt door de periplasmatische ruimte, waar enzymen die een rol spelen in de
voedselverwerking. Het buitenmembraam is ook een fosfolipidendubbellaag, dat dankzij LPS
(liposacharide) veel bestendiger is tegen toxische stoffen. Om voedingsstoffen binnen te laten
bevinden zich porines in het membraam. Zonder porines kan antibiotica minder werken.
6) Beschrijf de externe structuren van bacteriën.
Kapsel of slijmlaag: een in dikte variërende laag dat ofwel verankerd zit aan het
cytoplasmamembraam ofwel los amorfe laag vormt. Het beschermt de bacterie tegen fagocytose en
antibiotica, en kan ook de adherentie van de bacterie verbeteren. Het kapsulair antigeen (K-antigeen)
kan gebruikt worden om onderscheid te maken.
Filamenten:
- Flagellen geven bacterie mogelijkheid om te bewegen op basis van voedsel en toxische
stoffen =schemotaxis.
zijn verankerd in het cytoplasmamembraam. Kunnen zowel bij grampositieve als
gramnegatieve bacteriën voorkomen.
Bestaan uit proteïnen.
- Pili spelen een rol in adherentie aan mucosa, beschermen tegen fagocytose en speciale
seks-pili zorgen voor conjugatie.
Ze bestaan uit proteïne subunits.
7) Welke bacteriën vormen sporen en wat zijn de implicaties van sporenvorming voor de
bestrijding van de bacterie.
Sporenvorming komt alleen voor bij grampositieve bacteriën zoals aerobe Bacilli, anaerobe Clostridia
enz.
Deze sporen zijn moeilijk te bestrijden (enkel met sterilisatie).
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lailatruyen. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,49. Je zit daarna nergens aan vast.