Dit is de samenvatting van de Stationstoets van Tandheelkunde jaar 2, gevolgd op de RUG (nieuwe curriculum). Stuur mij een privé-berichtje voor korting!
Centrale incisief boven (I1 superior)
• Vanaf labiaal (= lipzijde) gezien:
o Mesiale zijde recht; tussen de mesiale zijde en de incisale rand bevindt zich een rechthoek.
o Distale vlak is gebroken + disto-incisale hoek is enigszins afgerond.
• Breedste snijtand
• Duidelijk uitgesproken randlijsten op het concave (= bolle) palatinale vlak.
• Kroon neigt naar palatinaal.
• Groot convex (= bol) cingulum1
Laterale incisief boven (I2 superior)
• Mesio-incisale hoek is scherper dan de disto-incisale hoek, die meer is afgerond.
• Vanaf labiaal gezien (= lipzijde) toont de incisale rand een duidelijke glooiing (= helling) naar de kortere distale
zijde.
• Verschil met centrale bovenincisief:
o Kroon is smaller.
o Palatinale vlak is meer concaaf (= hol) + duidelijker fossa linguale.
• Wortel wijkt duidelijk af naar distaal.
Cuspidaat Boven (c superior)
• Puntige knobbel, die zich min of meer op de lengteas van de tand bevindt.
• Distale snijkant is langer dan de mesiale snijkant.
• Duidelijke labiale ronding
• Volumineus cingulum.
Eerste premolaar Boven (P1 superior)
• Vanaf occlusaal (= kauwvlak) gezien:
o De omtrek van bovenpremolaren neigt meer naar ovaal
(à onder meer cirkelvormig).
o De omtrek van P1 superior is hoekiger dan die van P2 superior
• Twee wortels
• Twee scherpe knobbels; buccale groter dan palatinale.
• Mesiale helling van de buccale knobbel is langer dan de distale helling.
• De palatinale knobbel bevindt zich iets naar mesiaal in verhouding tot de buccale knobbel.
• Hoekiger omtrek vanaf occlusaal dan P2 superior.
Tweede premolaar boven (P2 superior)
• Ovale omtrek; mesiale en distale kanten lopen bijna parallel aan elkaar.
• Twee min of meer gelijke knobbels (palatinaal en buccaal).
• Eén wortel; langer dan wortels van P1 superior.
• Mesiale helling van de buccale knobbel is korter dan de distale helling.
• Occlusale fissuur loopt tot aan de randlijsten.
1
Cingulum: gedeelte van de tanden dat een convex uitsteeksel vormt bij het cervicale derde deel van de anatomische kroon. Het
vertegenwoordigt de linguale of palatale ontwikkelingskwab van deze tanden.
1
,Eerste molaar boven (M1 superior)
• Grootste element van de bovenkaak.
• 4 knobbels à mesiopalatinale het grootst, distopalatinale het kleinst.
• Omtrek van de kroon vanaf occlusaal is ruitvormig (à in OK juist meer rechthoekig/vierkant).
• Buccale knobbels scherper dan palatinale.
• Drie wortels
Tweede molaar boven (M2 superior)
• Ruitvormige omtrek à mesiodistaal smaller dan bij M1 superior.
• Buccale knobbels zijn scherper dan palatinale knobbels.
• Distobuccale knobbel is kleiner dan mesiobuccale knobbel.
Derde molaar boven (M3 superior)
• Occlusale profiel is driehoekig, kleine
• Kleinste bovenmolaar; kroon in alle opzichten geringer dan M1 of M2 superior.
• Korte, onontwikkelde wortels
• Diepe centrale fossa (= centrale groef).
Determineren OK
Centrale Incisief onder (I1 inferior)
• Incisale rand vormt rechte hoeken met het mesiale en distale vlak.
• Eén wortel die een kromming naar distaal vertoont.
• Kleinste en smalste tand.
Laterale incisief onder (I2 inferior)
• Iets groter dan centrale onderincisief à ook incisale rand is breder.
• Kroon is mesiaal wat hoger, zodat de incisale rand iets naar distaal afhelt.
• Mesiale en distale randlijsten zijn meer geprononceerd (= opvallend) dan bij de I1 inferior.
Cuspidaat onder (C inferior)
• Distale kroonprofiel ronder dan mesiale.
• Kroon kleiner dan van bovencuspidaat, maar meer uitgerekt.
• Mesiale zijde van de kroon vormt min of meer een rechte lijn met de wortel.
• Mesiale snijrand is korter dan distale.
Eerste premolaar onder (P1 inferior)
• Vanaf occlusaal gezien:
o Neigt de omtrek van onderpremolaren naar cirkelvormig (bovenpremolaren meer
ovaal).
o Is de omtrek mesiolinguaal afgeplat.
• Twee occlusale fossae, distale groter dan mesiale.
• Twee knobbels, verbonden d.m.v. centrale glazuurrand.
• Buccale knobbel = groot en spits, centraal boven aslijn.
• Linguale knobbel = klein.
• Kroon helt naar linguaal t.o.v. wortel.
• Buccale vlak van de kroon is sterk convex (= bolvormig), linguale vlak is vrijwel recht.
• Wortel heeft neiging tot distale kromming.
2
, Tweede premolaar onder (P2 inferior)
• Kroon is groter dan die van P1 inferior.
• Occlusale omtrek is +/- cirkelvormig.
• Knobbels zijn gelijkmatiger van vorm dan P1 inferior + meer afgerond.
• Distale fossa is groter dan mediale fossa.
eerste molaar onder (M1 inferior)
• Grootste element in de onderkaak.
• Meer rechthoekige/vierkante omtrek vanaf occlusaal gezien (bij bovenmolaren juist ruitvormig).
• Vijf knobbels: drie buccaal en twee linguaal, de mesiobuccale knobbel is de grootste.
• Het buccale vlak is convex (= bolvormig).
• De mesiodistale afmeting van de kroon is groter dan de buccolinguale; het buccale vlak is langer dan het
linguale.
• Twee wortels, waarvan de mesiale wat langer s en in mesiodistale richting afgeplat is. De distale wortel is wonder en
ook iets naar distaal gekromd.
Tweede molaar onder (M2 inferior)
• Rechthoekige/vierkante omtrek vanaf occlusaal gezien met afgeronde hoeken.
• Vier knobbels, die van elkaar gescheiden zijn door kruisvormige fissuur patroon, dat zich centraal in
het occlusale vlak bevindt.
• Mesiodistale afmeting van de kroon is kleiner dan die van de M1 inferior.
• Buccale vlak is tamelijk bol en neigt naar linguaal.
• Mesiale knobbels zijn groter dan de distale knobbels
• Linguale knobbels zijn puntiger dan de buccale knobbels
• De vorm van twee wortels zijn smaller + staan dichter bij elkaar dan die van de M1 inferior.
Derde molaar onder (M3 inferior)
• Kroonvorm is vaak kleiner dan die van de M2 inferior.
• Occlusale omtrek is rechthoek/vierkant met sterk afgeronde hoeken.
• Element heeft 4 knobbels.
• Aan de distale zijde is de buccolinguale afmeting het kleinst.
• Twee korte, onontwikkelde wortels. Vaak versmolten met elkaar. Zijn naar distaal gekromd.
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Mariecusters. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.