Complete samenvatting van de theorie voor de praktijk lessen histologie in course 6, studie jaar 2. De samenvatting is per week geschreven en is dus gebaseerd op de stof die behandeld is per les. De samenvatting is volledig en bevat alle stof die men dient de leren voor het histologie gedeelte in d...
Theorie voor de praktijk histologie
Aantekeningen lesweek 1
Tijdens de praktijk gaan we kijken naar drie verschillende organen, namelijk de nier, de lever
en de long. Om de microscopie te bekijken dien je de macroscopie te weten (tevens ook de
functie). Belangrijk is om van te voren te bedenken welk deel van het orgaan je onder de
microscoop wilt hebben. Hiervoor heb je morfologische kennis nodig. De Nefron is de
kleinste functionele eenheid van een nier. De nier bevat er daar een heleboel van. Dat
Nefron ligt op een bepaalde oriëntatie van de nier. De buitenkant van de nier heet het cortex
en de binnenkant is het merg. Sommige onderdelen van het Nefron liggen in de schors en
sommige onderdelen liggen in het merg. Glomeruli is de filter van de nier. Functie van de nier
is bloedzuivering. Het Nefron zuivert de nier (haalt de afvalstoffen uit het bloed).
Ultramicroscopie. Als je naar de nier kijkt met behulp van een elektronenmicroscoop heb je
meer detail. Hierbij heb je een hogere resolutie. Als je opzoek bent naar de filterfunctie van
de nier, kijk je echt naar cellen. De podocyt is de cel die het filter vormt in de nier. Hiervoor
heb je een elektronenmicroscoop nodig. Coupes worden op verschillende manieren bereid
(bij een lichtmicroscoop is dat heel anders dan bij een elektronenmicroscoop).
Histologie is weefselleer. Wat is de opbouw van een weefsel, gezien door de microscoop?
De cellen liggen in een weefselverband. Bij histologie liggen de cellen op een bepaalde
manier bij elkaar. Weefsels moeten worden bewerkt, anders vindt er een rottingsproces
plaats. Stappen van weefselbewerking.
A. Het uitprepareren of afnemen van het weefsel.
B. De fixatie en het doorvoeren van het weefsel. Met fixatie wordt ervoor gezorgd dat de
morfologie/anatomie van het weefsel behouden wordt.
C. Het inbedden van weefsel. Inbedden vindt plaats in parafine. Parafine zorgt ervoor dat het
weefsel stevig is en dat het makkelijker verwerkbaar is. Een klein stukje weefsel wordt een
biopt genoemd. Het inbedden vindt plaats om het gefixeerde weefsel makkelijker snijbaar te
maken.
D. Het trimmen en snijden van de weefselblokjes en het opplakken van coupes.
E. Het kleuren en insluiten van coupes en technische controle.
→ Driehoek van fixatie, morfologie en antigeniteit (belangrijk). Fixatief bestaat uit twee
hoofdgroepen, namelijk chemisch fixatief en fysisch fixatief. Onder chemische fixatieven
vallen ethanol en formaldehyde. Chemische fixatieven kunnen worden onderverdeeld in
coagulerende en niet-coagulerende fixatieven, op grond van hun reactie met eiwitten. Een
coagulerend fixatief zoals ethanol verlaagt de wateroplosbaarheid van een eiwit door water
te onttrekken. Waterstofbruggen worden verbroken en de tertiaire structuur van
eiwitmoleculen gaat verloren. Een niet-coagulerend fixatief zoals formaldehyde veroorzaakt
brugvorming tussen eiwitketens of eiwitten en DNA, waardoor het ook wel een cross-linker
wordt genoemd. Ook hebben we fysische fixatie, dit gebeurt door hitte of door koude. Hitte
gebruiken we bij microbiologie en koude bij de histologie. De koude manier gaat door middel
van vloeibare stikstof. Om weefsel uiteindelijk steviger te maken moet het weefsel worden
ingebed in parafine. Eén coupe is ongeveer 5 micrometer dik (is minder dan 1 cel, want
gemiddelde cel is 10 micrometer). Wij gaan over het algemeen voor chemische fixatieven. Je
hebt twee samenstellingen, een enkelvoudig fixatief en een samengesteld fixatief. Een
enkelvoudig fixatief is bijvoorbeeld ethanol of methanol of formaldehyde. Ieder fixatief heeft
voordelen en nadelen. Formaldehyde heeft bijvoorbeeld als gevolgd dat het weefsel wat
krimpt. Daarom zijn er samengestelde fixatieven ontwikkeld (dus formaldehyde + een andere
stof die de nadelen van het fixatief opheft).
De morfologie. Op het moment dat er fysisch wordt gefixeerd dus door middel van kou, dan
gaat de morfologie achteruit, maar blijft de antigeniciteit mooi. Als er wordt gekozen voor
chemische fixatie blijft de morfologie mooi en gaat de antigeniciteit achteruit. Antigeniciteit is
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper DorianvanKuijk. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,44. Je zit daarna nergens aan vast.