Accoun&ng – Financial accoun&ng
Bedrijfskunde 1 – Vrije Universiteit Amsterdam
Week 1
Kennisclip 1 – Introductie
Accounting …
- geeft inzicht in prestaties: Hoe goed gaat het nou in een onderneming?
Accounting levert overzichten die laten zien hoe een onderneming het doet. Dit
is handig voor de interne en externe omgeving.
- maakt verantwoording mogelijk (‘accountability’): Hoe goed doen de managers
het? Hoe doen medewerkers het? Wordt er fraude gepleegd? Kunnen we
ondernemingen vertrouwen? Mensen zijn ergens verantwoordelijk voor en
willen hen hier ook voor beoordelen, dit kan positief of negatief zijn. Heeft
iemand het heel goed gedaan, is het een positieve beoordeling. Heeft iemand het
slecht gedaan, is het een negatieve beoordeling.
- geeft betere informatie voor beslissingen: Accounting levert informatie die nodig
is om een onderneming bestuurbaar te houden.
• Processen (primaire bedrijfsactiviteiten) moeten goed worden geregistreerd
om hier grip op te houden (boekhouden).
• De registratie moet gerapporteerd worden. In eerste instantie voor de
onderneming zelf (om te kijken of iedereen binnen de organisatie zijn taken
kan dragen). Voor grote investeringen is het ook handig om informatie te
hebben over waar een onderneming verlies of juist winst maakt.
• Rapportage naar externe belanghebbenden (Dinanciers, werknemers,
omwonenden).
Om te zorgen dat dit allemaal goed verloopt is er een functie: controleren. Een functie
die zorgt dat de informatie klopt.
Beslissingen die gemaakt worden op basis van accounting:
- Beslissingen voor investeren/desinvesteren – Gaat een bank wel of niet
investeren in een onderneming? Gaan de eigenaren wel of niet investeren?
- Evalueren/bijsturen/ingrijpen – Gaat alles volgens het plan? Moeten we plannen
stoppen?
- Benoemen/belonen/ontslaan – Doen de werknemers het goed? Gaat alles volgens
plan?
Een onderneming kan niet overleven als er geen goede informatie beschikbaar is.
,Accoun&ng – Financial accoun&ng
Bedrijfskunde 1 – Vrije Universiteit Amsterdam
Wie doet iets met accounting (eigenlijk heeft iedereen te maken met accounting)?
- Verzamelen en rapporteren: Dinancieel directeur, controller, administratief
medewerkers, datamanagers, etc.
- VeriDicatie en toezicht: externe accountant, interne accountant, belastingdienst,
centrale banken, etc.
- Gebruik: management (alle niveaus), raden van commissarissen,
aandeelhouders, banken, concurrenten, belastingdienst, vakbonden, etc.
Accounting gaat groot en deels over geld, omdat geld altijd essentieel voor
ondernemingen, maar alles wat waarde heeft vraagt om ‘accountability’.
Kennisclip 2 – De 0inanciële basisoverzichten (1)
De Dinancial statements (worden gebundeld in de jaarrekening (zijn niet per se
gebonden aan een jaar)):
Financial accounting zijn niet zomaar losse data,
maar data is een samenhangende structuur.
Resultatenrekening bestaat de uit de kosten (costs,
losses, expenses) en opbrengsten (revenu, beneDits,
gains). Uit de resultatenrekening komt de winst of
verlies (bottom line) van een onderneming. Het gaat
over een bepaalde periode. De resultatenrekening
heeft vooral betrekking op het eigen vermogen.
Uit de winst die uit de winst-en-verliesrekening komt wordt het dividend betaald aan
aandeelhouders. De overige winst staat in de post ‘winstreserve’ op de balans. De
kosten van een onderneming gaan van de winstreserve af. Dividend wordt niet gezien
als kosten, deze worden dus ook niet opgenomen in de winst-en-verliesrekening. De
dividend en de winstreserve samen is de winst die de onderneming heeft gemaakt.
Een balans bestaat uit twee helften die aan beide kanten gelijk zijn. De balans is in
evenwicht. Het gaat om de bezittingen. Het is een momentopname. Er zijn drie
basisonderdelen: bezittingen (acitva, assets), eigen vermogen (equity, owners’ equity),
verplichtingen (schulden, liabilities).
eigen vermogen = activa − verplichtingen
Het kasstroomoverzicht bestaat uit de inkomende ontvangsten en uitgaven. Het
kasstroomoverzicht heeft betrekking op kas (liquide middelen en bank).
De resultatenrekening en het kasstroomoverzicht zegt beide over hoe een onderneming
het doet, maar het is niet hetzelfde. Als er iets in de resultatenrekening en
kasstroomoverzicht verandert, verandert er ook iets in de balans.
, Accoun&ng – Financial accoun&ng
Bedrijfskunde 1 – Vrije Universiteit Amsterdam
Voor elke onderneming is ‘cash’ (liquide middelen) essentieel. Maar op korte termijn is
de kasmutatie een prestatiemaatstaf met ruis.
- Sommige kasmutaties zeggen iets over de huidige prestatie (performance) van
de onderneming: verkopen tegen contante betaling of betaling van salarissen
aan werknemers.
- Sommige kasmutaties zeggen niets over de huidige prestatie van de
onderneming: een nieuwe lening van de bank, nieuwe machines kopen tegen
contante betaling.
- Sommige aspecten van de huidige prestatie van de onderneming gaan niet
gepaard met een kasmutatie: opslagloods brandt af, verkopen met uitgestelde
betaling.
Door mutaties in het eigen vermogen vast te leggen, probeert accounting te komen tot
een betere maatstaf van ondernemingsprestatie (‘performance’) dan de kasmutatie.
∆kas ≠ winst
Verschillen tussen cash Dlows (ontvangsten/uitgaven) en winst (opbrengsten/kosten)
- Betalingen die nog geen kosten zijn (investeringen voor machines)
- Kosten die nog geen uitgaven zijn
- Kosten die al uitgaven zijn geweest
- Betalingen die nooit kosten zullen worden (leningen van de bank)
- Ontvangsten die nog geen opbrengsten zijn (vooruit ontvangen bedragen)
- Opbrengsten die al ontvangsten zijn geweest
- Ontvangsten die nooit opbrengsten zullen worden
∆kas + ∆ overige activa = ∆ verplichtingen + ∆ eigen vermogen
cash 7low + ∆ overige activa = ∆ verplichtingen + winst
winst = cash7low + (∆ overige activa − ∆ verplichtingen)
winst = cash 7low+! accruals !
‘Opbrengsten’ in de resultatenrekening = toename eigen vermogen
- Kasontvangsten;
- Toename overige activa;
- Afnameverplichtingen.
‘Kosten’ in de resultatenrekening = afname eigen vermogen
- Kasuitgaven;
- Afname overige activa;
- Toename verplichtingen.