Oesophaguscarcinoom
Het grote deel van de patiënten met de diagnose is ouder dan 60 jaar. De ziekte openbaart
zich bij vrouwen vaak op latere leeftijd dan bij mannen. Bij de diagnose heeft ongeveer 40%
van de patiënten op afstand metastasen. De 5-jaarsoverleving is ongeveer 25%
Risicofactoren:
- Zuurbranden (hernia diafragmatica)
- Obesitas
- Roken en overmatig alcoholgebruik
- Bestraling in het verleden
De meest voorkomende vormen van oesofaguscarcinoom
Adenocarcinoom
Deze tumor ontstaat in het klierweefsel. Vaak in het onderste deel van de oesophagus, voor
het begin van de maag. Vaak ontstaat dit vanuit Barett-oesofagus. Een adenocarcinoom kan
ook ontstaat op de plaats vaan we oesophagus de maag binnengaat; junctiecarcinoom
Plaveiselcelcarcinoom
Deze tumor ontstaat in het slijmvlies aan de binnenkant van de oesophagus; de
plaveiselcelcellen. Het ontstaat vaak in het bovenste en middelste deel van de oesofagus.
Symptomen
De meest voorkomende klachten van patiënten zijn slikklachten en passagestoornissen, vaak
gepaard met ongewenst gewichtsverlies. Andere mogelijke symptomen zijn: hoesten,
heesheid, retrosternale pijn, vermoeidheid en anemie. Uitbreiding en metastasering kunnen
op drie manieren plaatsvinden:
1. Lokaal, met uitbreiding naar omliggende structuren als de trachea, bloedvaten,
pleura en hart
2. Lymfatisch, naar lymfeklieren gelegen rondom de oesophagus, in de hals en
bovenbuik en para-aortaal
3. Hematogeen, vaak voorkomend naar de lever, longen en skelet
Diagnostiek
Afhankelijk van de klachten zal de patiënt eerst een gastroduodenoscopie krijgen. Hierbij
wordt er informatie verkregen over de grootte en het aspect van de tumor, ook worden er
histologische biopten genomen. Andere onderzoeken zijn
- CT thorax/abdomen
- FDG PET-scan
- Endoscopische echografie met een naaldbiopt waarmee naast de lokalisatie en lengte
van de tumor, de diepte-invasie in de oesophaguswand vrij nauwkeurig kan worden
bepaald. Ook het N stadium waarbij lymfeklierbiopten genomen worden kan hier
worden bepaald.
- Bronchoscopie
- Echo hals om te kijken of er lymfkliermetastasen zijn
, GE tumoren
Behandeling
Endoscopische behandeling
Patiënten met een hooggradige dysplasie of een tumor die zich beperkt tot de mucosa
kunnen worden behandeld met een endoscopische mucosaresectie (EMR).
Chirurgie
De meest toegepaste chirurgische procedures zijn de transhiatale en de transthoracale
oesophaguscardiaresectie, gevolg door een buismaagreconstructie.
De transhiatale resectie wordt vanuit de hiatus (doorgang van de slokdarm door het
middenrif, verbinding slokdarm en maag) uitgevoerd waarbij de oesophagus met de tumor
en para-oesofagiale klieren distaal van de carina (luchtwegen) worden gereseceerd. Hierbij
wordt er een incisie in de hals gemaakt en ter hoogte van de hiatus. Na het verwijderen van
de oesophagus wordt er een buismaagreconstructie uitgevoerd. Van de maag wordt een
buismaag gereconstrueerd en in de hals vastgehecht.
Bij een transthoracale oesophagusresectie kan een uitgebreidere lymfeklierdissectie
plaatsvinden dan bij een transhiatale benadering. Bij vergevorderde tumoren met een hoge
kans op extra-oesofageale uitbreiding en tumoren van het middelste deel van de oesophagus
heeft de transthoracale benadering de voorkeur.
Postoperatief is er na een resectie verhoogde kans op atriumfibrilleren, atelectase van (een
deel van) de long en pneumonie.
Complicaties zijn:
o Naadlekkage van de anastomose; de anastomose kan in de hals of thorax worden
aangelegd. Bij een hoog thoracale anastomose is de kans op lekken kleiner dan bij
cervicale anastomose, maar dehiscentie kan wel leiden tot een mediastinitis
o Chyluslekkage; deze lekkage wordt veroorzaakt door beschadiging van een lymfevat of
een letsel van de ductus thoracicus (lymfevat). Het verlies van chylus kan leiden tot tekort
aan voedingsstoffen en verminderde immunologische functie. Dit kan worden behandeld
met een dieet of chirurgische interventies.
o Wondinfecties
o Pneumonie
o Longembolie
o Delier
o Cardiale complicaties als AF of MI
o Letsel N Recurrens, schade aan de stembandzenuw
Verpleegproblemen en interventies na chirurgie
o Dumpingsyndroom
Dit is een combinatie van klachten die optreedt na een te snelle maagontlediging. Er wordt
onderscheid gemaakt tussen vroege en late dumping.
Vroege dumping treedt ongeveer tien tot twintig minuten na de maaltijd op en wordt
veroorzaakt door verlies van maagfunctie. Klachten zijn krampen, misselijkheid, braken,
hartkloppingen en duizeligheid.
, GE tumoren
Late dumping treedt op 1 a 2 uur na de maaltijd en wordt veroorzaakt door een te grote
productie van insuline. Deze klachten lijken op een hypoglykemie.
o Vermagering kan optreden als gevolg van een tekort aan ghreline.
Dit hormoon wordt aangemaakt in de maag en bevordert eetlust. Na een buismaag kan dit
leiden tot een verminder hongergevoel, anorexie en gewichtsverlies.
o Snelle verzadiging
o Strictuur of stenose door littekenfibrose
o Reflux en oprispen van maagzuur en/of gal
o Heesheid kan voorkomen als gevolg van oedeemvorming rond de cervicale anastomose
en verdwijnt over het algemeen na ongeveer drie maanden.
o Mobiliseren
Chemoradiatie
Patiënten die in aanmerkingen komen voor een chirurgische resectie zullen voorbehandeld
worden met neo-adjuvante chemoradiotherapie.
Complicaties hierbij kunnen zijn:
o Vermoeidheid
o Pijn bij het slikken met toename van passageklachten
o Misselijkheid
Palliatieve zorg
Voor lokale passageklachten kan er worden gekozen voor inwendige bestraling
(brachytherapie) of uitwendige bestraling. Dit betref een schema van 5 bestralingen.
Uitwendige radiotherapie kan ook worden toegepast bij patiënten die klachten hebben van
bijv. pijnlijke botmetastasen, hersenmetastasen of bloedingen door de tumor.
Het plaatsen van een stent kan worden toegepast bij patiënten bij wie snel het probleem van
passageklachten opgelost dient te worden. Vaak hebben deze patiënten een korte
levensverwachting.
Palliatieve systemische therapie is voor patiënten met voldoende lichamelijke conditie en
behandelmogelijkheid. De doelen hiervan zijn behoud of verbetering van kwaliteit van leven
en overlevingsvoordeel.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Dina192. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,79. Je zit daarna nergens aan vast.