Probleem 1: De gesegregeerde school
Leerdoel 1: Welke mechanismen liggen ten grondslag aan schoolsegregatie?
Schoolsegregatie: scholen waarvan de samenstelling van de leerlingenbevolking geen afspiegeling is
van de bevolkingssamenstelling in de buurt. Niet alleen etnisch, maar ook volgens sociaal
economische achtergrond. Karstens et al (2002).
Zwarte school: een school met veel allochtone kinderen. Meer dan 50% niet-westerse, allochtone
leerlingen. Wordt vaak gezien als een school met lage prestaties, ook al is dit in werkelijkheid niet
altijd zo. Ruim de helft van de bassischolen kan als zwart worden omschreven (in grote steden,
volgens Jongejan&Thijs, 2010).
Te zwarte school: wanneer er t.o.v. de bevolkingssamenstelling van de buurt teveel allochtone
leerlingen op een school zitten.
Witte school: een school met veel autochtone, blanke kinderen.
Te witte school: wanneer er t.o.v. de bevolkingssamenstelling van de buurt teveel autochtone, witte
leerlingen op een school zitten.
Dit wordt gemeten met een ethnic school segregation degree. Peter en Muskens (2011).
Peter & Muskens (2011)
Nadelen van etnische schoolsegregatie
- Zwarte scholen zouden leerprestaties van kinderen ondermijnen, vanwege gebrekkige
taalvaardigheden en weinig ‘goede’ klasgenootjes om van te kunnen leren. Het lagere
taalniveau kan echter ook verklaard worden vanuit het gegeven dat het opleidingsniveau van
allochtone ouders over het algemeen laag is. Leerlingen hebben bij aankomst al minder
vaardigheden, maar halen de achterstand wel in. Jongejan & Thijs (2010).
- Er is weinig interetnisch contact en geen sprake van intercultureel leren. Gemixte scholen
zouden beter zijn voor het contact tussen autochtone en allochtone kinderen.
Oorzaken van etnische schoolsegregatie
- Ruimtelijke segregatie. Armere mensen leven vaak ik goedkopere buurten en de armoede
onder de immigranten is hoog. Hierdoor gaan veel kinderen van immigranten naar dezelfde
school.
- Profileringsgedrag van de school. Sommige scholen maken zichzelf aantrekkelijk voor
autochtonen, sommige scholen voor allochtonen.
- Keuzevrijheid van ouders. Ouders hebben het recht om een school te kiezen. Ze hebben
verschillende motieven, bijvoorbeeld: de reisafstand, het onderwijsniveau, differentiatie,
religie, identificatie met de school.
- Identificatie met de school witte vlucht: mechanisme waarbij autochtone ouders hun
kinderen weghouden van een school, omdat hier veel allochtone kinderen op zitten. Er zijn
drie oorzaken voor de witte vlucht (Heckman): 1) verplichting of vrijheid om te kiezen voor
een bepaalde school in een bepaald gebied, 2) definitie van het schooldistrict, 3) de kansen of
beperkingen om naar een private school te gaan. Zwarte vlucht: allochtone ouders die
eveneens liever niet kiezen voor een zwarte school.
Historische ontwikkeling:
1917: Vrijheid om een school te kiezen, ook religieuze scholen worden nu gesubsidieerd. Verzuiling
op basis van denominatie (=segregatie op basis van religie). Dit is gewenst.
Mechanisme: de keuzevrijheid van ouders
,Karstens et al. (2002)
Onderzoeksvragen:
1. In hoeverre spelen witte en zwarte vlucht een rol bij het ontstaan en de instandhouding van
witte en zwarte scholen?
2. Welke verklaringen kunnen daarvoor worden gegeven?
3. Welke andere factoren dragen bij aan het ontstaan en de instandhouding van witte en zwarte
scholen?
Onderzoeksgroep:
- 49 postcodegebieden met te witte en te zwarte scholen benaderd
- N= 43 scholen in 11 postcodegebieden: 13 te zwart en 13 te wit, overig wijkt qua
samenstelling niet af (afspiegelings-scholen).
Methode:
- Er werden interviews gehouden met directeuren over hun ervaringen met
schoolkeuzeprocessen
- Er werden enquêtes afgenomen bij ouders met een kind in groep 1 of 2.
- Op zwarte scholen was er vaak nog telefonisch contact
- Onderscheid tussen autochtoon, allochtoon, hoogopgeleid en laagopgeleid
De ene zwarte school was de andere niet. Verschillende scholen hadden verschillende problemen:
dalend leerlingenaantal, personeelswisselingen, vacatureproblemen. Ook witte scholen verschilden
onderling.
Factoren die te witte of te zwarte scholen doen ontstaan en in stand houden:
- Demografische patronen
- Schoolkeuzemotieven ouders
- Profileringsgedrag van de school op de lokale markt
Demografische patronen
Demografische factoren zijn van invloed op het ontstaan van zwarte scholen. Meer allochtone
inwoners in een bepaalde buurt, zorgt ervoor dat er meer allochtone leerlingen zijn in dat woongebied.
Deze wijken hebben vaak ook goedkope huurwoningen. Mensen die zich meer kunnen permitteren,
trekken weg uit deze gebieden. Autochtone inwoners trekken dus ook weg uit wijken.
Verhuisbewegingen
Er is sprake van een combinatie van elkaar versterkende factoren, die ervoor zorgt dat een school
steeds meer allochtone leerlingen heeft en minder autochtone leerlingen, of andersom. Meer
allochtone leerlingen wordt veroorzaakt door: 1) de groei van het aantal allochtone gezinnen in de
omgeving, 2) de aantrekkelijkheid van de school voor allochtone ouders, 3) autochtone ouders die de
school niet meer kiezen en 4) de daling van het aantal autochtone ouders in de omgeving. Dus
bevolkingskenmerken en schoolkeuzegedrag van de ouders.
School heeft bepaald aantal allochtone leerlingen trekt allochtone ouders aan, maar stoot
autochtone ouders af. De autochtone ouders kiezen niet voor de school, en het kan leiden tot vertrek
van leerlingen die al op de school zaten. Push en pull factoren
Er is dus sprake van een dubbel patroon: de groei van allochtone leerlingen op een school gaat samen
met een afname van autochtone leerlingen. Scholen kunnen hierdoor in en korte tijd zwart worden.
,Witte scholen zijn minder gevoelig voor demografische ontwikkelingen. Scholen zijn vaak (te) wit
vanwege een denominatie: bijv. protestants-christelijke school, of het is aantrekkelijk voor ouders uit
een bepaald milieu (hoogopgeleid).
Schoolkeuzemotieven van de ouders
Motieven van (te) zwarte school (te) witte school
ouders volgens de
directies
Positief motief Reisafstand + Identiteit van de school +
(wel voor déze Vriendjes zitten op de school + Denominatie +
school kiezen) Aandacht voor achterstanden + Discipline +
Leerlingbevolking +/-
Kwaliteit vd school –
Levensbeschouwelijke grondslag –
Accenten in het curriculum –
Negatief motief Leerlingbevolking + Identiteit van de school +
(niet voor déze Denominatie +
school kiezen) Discipline +
Ouders noemen ook als belangrijk motief: afstand, aandacht leerachterstand, vriendjes op dezelfde
school en voor autochtone ouders: de mate van overeenstemming tussen school en thuis (zelfde
opvatting opvoeding, levensbeschouwing, sfeer, kinderen uit ons milieu zitten op deze school).
Belangrijk voor allochtone ouders: het niveau, differentiatie (is er aandacht voor achterstand).
Deze motieven hangen ook samen met de opleiding van de ouders.
Laagopgeleid: afstand, niveau en differentiatie zijn belangrijk en worden minder belangrijk naarmate
de opleiding hoger wordt
Hoogopgeleid: overeenstemming tussen school en thuis
De etnische samenstelling van de school speelt dus een belangrijke rol in de afwegingen van ouders.
Zwarte scholen worden als ongeschikter beoordeeld dan wittere scholen. Dit geldt voor zowel
autochtone als allochtone ouders. De sfeer en denkbeelden van de school zijn voor autochtone ouders
belangrijk, en dit gaat samen met een voorkeur voor een school waar leerlingen zitten uit hetzelfde
milieu. Allochtone ouders vinden vooral het niveau belangrijk.
Profilering van scholen op de lokale markt
Bepaalde mensen ‘buiten de deur houden’ door:
- Hoge ouderbijdrage
- Wachtlijsten
- Beperkte aanname van kinderen die onvoldoende Nederlands spreken
- Alleen leerlingen toelaten uit een bepaald gebied
- Ouders een andere school adviseren omdat het kind zich daar ‘beter thuis zal voelen’.
- School zodanig inrichten dat je niet aantrekkelijk bent voor een specifieke groep
Zwarte scholen nemen soms maatregelen om het onderwijs zo goed mogelijk in te richten. Dit doen ze
niet om de school aantrekkelijk te maken voor allochtone ouders, maar dit kan wel een neveneffect
zijn: een school die zich zodanig ontwikkelt en ook zo bekend staat trekt vanzelf de betreffende groep
kinderen en ouders naar zich toe, en stoot anderen af.
, Sommige scholen nemen een soort ‘eilandpositie’ in. Bijvoorbeeld door een hoge ouderbijdrage of een
strenge p.c. school. Protestants christelijke scholen zijn vaak te wit.
Andere redenen waarom ouders voor een bepaalde school kiezen:
- Afstand school-thuis
- Educatieniveau
- Klasse op school
- Religie
- Identificatie
Mechanisme: demografische patronen, profileringsgedrag van de school, schoolkeuzemotiven
van de ouders
Jongejan & Thijs (2010)
Deelnemers:
N= 185 Rotterdammers die een school moesten kiezen voor hun kinderen. Het onderzoek focust zich
op de relaties tussen opleidingsniveau van de ouders en de houding en gedragsintenties ten aanzien
van etnisch gemengde en gesegregeerde scholen onder autochtone ouders (n = 120).
De helft van de bewoners heeft een laag inkomen.
Autochtone ouders: Gemiddelde leeftijd ouder: 36 Vrouw: 81%, Man: 19%
Allochtone ouders: 49% niet-Westers, leeftijd: 33, Turks n = 18, Marokkaans n = 7, Surinaams n = 18,
Antilliaans n = 6.
De resultaten gaan enkel over autochtone ouders!
Vijf hypothesen:
1. Hoger opgeleide ouders hebben positievere attituden ten aanzien van zwarte scholen dan laag
opgeleide ouders
2. Is dit verschil gebaseerd op het belang dat ouders hechten aan (etnische) samenstelling náást
hun kwaliteitsoverwegingen?
3. De keuze voor een etnisch geconcentreerde school is minder waarschijnlijk voor hoog
opgeleide ouders
4. Deze waarschijnlijkheid neemt af naarmate de concentratie allochtonen op een school stijgt
5. Is de relatie tussen attitude en keuzeoordelen sterker voor lage of hoger opgeleide ouders?
Methode:
Opleidingsniveau (lo-wo) , waardering schooleigenschappen (1-7), samenstelling school (veel
allochtonen?, zelfde achtergrond als uw kind?, veel kinderen uit uw milieu?), kwaliteit (staat de school
goed bekend, gaan er veel leerlingen naar havo/vwo, goed volgens inspectie?), afstand (gaan de
vriendjes van uw kind ook, is de school dichtbij), actieve overweging (1-5), attitude tav zwarte scholen
(1-7), waarschijnlijkheid schoolkeuze (1-7) werd gemeten
Resultaten:
a. Verschillen tussen autochtone en allochtone ouders:
- Autochtone ouders hechten meer belang aan de etnische samenstelling
- Allochtone ouders zijn positiever over zwarte scholen
- Allochtone ouders vonden de kwaliteit belangrijker
- Allochtone ouders hebben lagere actieve overweging
- Allochtone ouders hebben een lager opleidingsniveau
b. Autochtone ouders