Samenvatting onderzoek
Week1:
Duurzaamheid: duurzame voedselpatronen zijn voedselpatronen met een lage milieubelasting en die
bijdragen aan voedselveiligheid en gezondheid voor de huidige en toekomstige generaties.
‘duurzaamheid en gezondheid grijpen op elkaar in’
-gebruik van een minder dierlijke en meer plantaardige voeding (minder vlees, minder zuivel, meer
graanproducten, peulvruchten,groenten en fruit)
-verminderen energie-inname bij een te hoog lichaamsgewicht (minder niet-basisvoedingsmiddelen
zoals frisdrank, bewerkte producten, snoep, snacks, koek)
- duurzame vissoorten
- verminder voedselsverspilling
Genetisch gemodificeerd: eigenschappen van planten, bacteriën of gisten worden veranderd. Genen
met positieve eigenschappen van bacteriën worden toegevoegd aan een ander organisme.
- minder kwetsbaar voor plagen insecten of knaagdieren, vrij van stoffen waar mensen allergisch voor
kunnen zijn, bestand tegen insectenbestrijdingsmiddelen.
MVO: Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen = ondernemen met aandacht voor de drie P’s:
people (mensen binnen en buiten de onderneming), planet (de gevolgen voor het milieu) en profit
(de voortbrenging en economische effecten van goederen en diensten).
- lange termijnwinst voor ondernemers en maatschappij
- duurzame samenleving, concurrentiepositie van het bedrijf versterken
-minder schadelijk voor natuur, minder afval, prettigere leefomgeving voor de buurt
-> nadelen: duurder, er moet geïnvesteerd worden, past niet bij alle bedrijven
Biologisch. Wat is het? bij de productie wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met milieu en
dierenwelzijn. Zo worden mestoverschotten voorkomen en krijgen dieren meer ruimte dan in
gangbare veeteelt en landbouw.
- dieren krijgen minder vaak antibiotica, geen genetische modificatie, geen kleur- geur- en
smaakstoffen.
Waarom speelt dit in de samenleving?
Biologisch voedsel is gezonder dan gangbaar voedsel, minder resten van bestrijdingsmiddelen
bevatten, vetzuursamenstelling van melk kan anders zijn.
Welke logo’s zijn er? En kun je deze logo’s herkennen?
EKO: geeft aan dat het product afkomstig is van de biologische landbouw. Er zijn
hierbij geen chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest gebruikt, boeren
gebruiken geen genetische modificeerde zaden en veehouders hebben een
diervriendlijke werkwijze.
Europees Biologisch : staat verplicht op alle biologische producten in de EU
geproduceerd. Maakt duidelijk dat het product voldoet aan de EU-regels voor
biologische landboouw. 95% biologische ingrediënten bevatten, afkomst
ingrediënten duidelijk, geen bestrijdingsmiddelen, geen kunstmest, dierenwelzijn.
(producten met het Demeter en EKO keurmerk voldoen aan dezelfde eisen als producten met het EU
biologisch keurmerk.
, Demeter: rekening gehouden met dierenwelzijn, milieu en eerlijke handel.
Producten zijn vooral te vinden in natuurwinkels. Afkomstig van de biologische –
dynamische landbouw die voldoen aan de biologische eisen en daarbovenop aan
specifiek biologische dynamische eisen. dierenwelzijneisen hoger dan in de
biologische veehouderij.
-Topkeurmerk: hoge score op controle, transparatie en duurzaamheid
- 60% biologische mest, voer voor dieren minimaal 80% van eigen bedrijf afkomstig, stro moet van
bio-dynamische of biologische bedrijven afkomstig zijn
Week 2
Lees: H2-3 Marketingomgeving uit Marketing de essentie.
Doel: In deze les werk je in de oriënterende fase van de onderzoekscyclus. Door middel van
verschillende opdrachten doe je een externe analyse voor marktonderzoek. Aan het eind van de les
heb je een beeld hoe je de verschillende opdrachten kunt gebruiken voor marktonderzoek.
Marketing de essentie hoofdstuk 2 Bedrijfs- en marketingstrategie
2.1 Strategische planning voor het hele bedrijf: de rol van marketing
Het bepalen van de algehele bedrijfsstrategie voor overleving en groei op de lange termijn, noemt
men strategische planning. Elke bedrijf schrijft daarbij een plan voor; omstandigheden, kansen,
doelstellingen en bedrijfsmiddelen.
Strategische planning = aanpassingen van het bedrijf om kansen aan te grijpen
- organisatiedoelen+missie -capaciteiten afstemmen op kansen en bedreigingen
Jaarplan & langetermijnplan = actuele activiteiten aan de orde
2.1.1 Een marktgerichte missie formuleren
Mission statement: het overkoepelend doel van de organisatie; wat zij wil bereiken en in bredere
omgeving. Een duidelijke missie fungeert als een ‘onzichtbare hand’ die organisatieleden de juiste
richting wijst. Vaak gaat aan de missie een visie vooraf waarin wordt aangegeven hoe het
management de markt in zijn geheel ziet en in welke waarde de onderneming op de lange termijn wil
voorzien.
Missie: marktgericht, gedefinieerd in termen van klantbehoeften, duidelijk, realistisch, bevatten geen
richtlijnen, passen bij marktomgeving, unieke competenties, motiverend.
2.1.2 Doelen en doelstellingen bepalen
De missie moet vertaald worden in gedetailleerde doelstellingen voor elk managementniveau. De
missie leidt zo tot een hiërarchie van doelstellingen voor de activiteiten, dus ook voor de marketing.
Abell-diagram: in een assenstelsel worden de activiteiten van een organisatie uitgedrukt in termen
van klantenbehoeften, klantengroepen en technologieën.
,2.1.3 De activiteitenportfolio ontwerpen
Verzameling activiteiten en producten die samen het bedrijf vormen. Waarbij de sterke en zwakke
kanten van het bedrijf het best worden afgestemd op kansen en bedreigingen in de omgeving. Eerst
analyseert het bedrijf zijn bestaande portfolio en beslist in welke activiteiten meer, minder of
helemaal niet geïnvesteerd moet worden. Daarna geeft het vorm aan de toekomstige portfolio door
strategieën voor groei en inkrimping te ontwikkelen.
Portfolio analyse: evalueren van alle producten en activiteiten
Strategische businessunit: divisie, productlijn binnen een divisie of soms een enkel product of merk
Doel: manieren bedenken waarop het bedrijf zijn sterke punten kan benutten om kansen aan te
grijpen in de omgeving. (aantrekkelijkheid van markt en sterke positie daarin).
Groeimarkt/aandeelmatrix:
-stars; activiteiten of producten met een snelle groei en groot marktaandeel (uiteindelijk neemt
tempo van groei af en worden het cash cows)
- cash cows; activiteiten of producten met een trage groei en een groot marktaandeel.
-question Marks; activiteiten met gerine marktaandeel op markten met een snelle groei.
- dogs; activiteiten of producten met een lage groei, bijdragen doen ze
niet veel
Strategieën ontwikkelen voor groei en inkrimping
Marktpenetratie: meer uit dezelfde markt halen
Productontwikkeling: nieuwe product aanbieden
Marktontwikkeling: aanboren van een nieuw bedrijf,
internationalisatie
Diversificatie: nieuwe markten betreden met nieuwe producten
Achterwaartse integratie: bedrijf verkrijgt controle over
toeleveranciers
Voorwaartse integratie: bedrijf verkrijgt controle over distributiesystemen
Horizontale integratie: het bedrijf verkrijgt controle over concurrenten
Concentrische diversificatie: er worden producten of diensten toegevoegd die qua technologie
overeenkomst vertonen met bestaande producten. (groei klantsegmenten)
Horizontale diversificatie: er worden nieuwe producten toegevoegd die geen overeenkomst hebben
met bestaande producten of diensten; aangeboden aan huidige klantsegment
Conglomerate diversificatie: er worden nieuwe producten toegevoegd voor klantsegmenten.
2.2 de marketing plannen: samenwerkingsverbanden aangaan om klantrelaties op te bouwen
Het algehele strategisch plan stelt vast welke soort activiteiten het bedrijf gaat ontwikkelen en wat
daarvoor de doelstellingen zijn. Op een lager niveau, of binnen elke businessunit, vind vervolgens de
meer gedetailleerde planning plaats.
Marketing biedt een filosofie die de richting aanduidt – het marketingconcept en maatschappelijk
verantwoord marketing concept – en aangeeft dat in de bedrijfsstrategie de opbouw van
winstgevende relaties met belangrijke groepen consumenten centraal moeten staan.
Ten tweede levert marketing input voor strategieplanners door aantrekkelijke marktkansen te
identificeren en in te schatten in hoeverre het bedrijf deze kansen kan aangrijpen. Als laatste
, ontwerpt de marketing binnen individuele businessunits strategie:en om de doelstellingen van de
unit te halen.
2.1.1 samenwerkingsverbanden met andere afdelingen
Elke afdeling kunnen we zien als een schakel in de waardeketen van het bedrijf. Het bedrijf voert
activiteiten uit die waarde creëren, om het aanbod (producten, diensten) te ontwerpen, te
produceren, op de markt te brengen, te leveren en support te bieden. We onderscheiden primaire
activiteiten of secundaire activiteiten.
Primair: ontwerpen, produceren, op de markt brengen, lleveren, bieden van support
Secundair: ondersteunen de primaire activiteiten en ook elkaar door het realiseren van de inkoop,
technologie, bemensing en diverse bedrijfsbrede functies zoals ICT en infrastructuur.
Secundaire
Primaire
activiteiten
2.2.2 samenwerkingsverbanden met andere binnen het marketingsysteem
Waardeleveringsnetwerk: laat zien dat ondernemingen vaak samenwerken en dus deels van elkaar
afhankelijk zijn.
Figuur 2.6 blz. 28 bekijken
2.3 Marketingstrategie en de marketingmix
Het strategisch plan legt de missie en algehele bedrijfsdoelstellingen vast. De rol en belangrijkste
activiteiten van marketing voor de marketingstrategie en –mix staan weergegeven