Samenvatting sociale wetenschappen
Les 1: factoren in de adviseur zelf
centrale vraag: hoe beïnvloeden mijn persoonskenmerken mijn rol als adviseur? (sterkte, valkuilen)
Leerdoelen:
-heeft zelfkennis en weet wat zijn/haar meest kenmerkende eigenschapen zijn.
-is bekend met de begrippen overtuigingen, veronderstellingen, paradigma’s, past voorbeelden
-hiervan op zichzelf en anderen toe, en buigt waar nodig deze om.
-maakt een onderscheid tussen assertieve communicatie, sub assertieve communicatie en agressieve
communicatie en kan voorbeelden van deze manieren van communiceren toepassen.
Wat is een mindset? De manier waarop je kijkt naar intelligentie en vaardigheden bepalen in hoge mate
hoe deze zich zullen ontwikkelen en hoe succesvol je bent. Er zijn twee mindsets – ook wel denkstijlen –
de vastemindset (fixed mindset) en de groeimindset (growthmindset).
Wat zijn paradigma’s?
-kunnen individuele of gemeenschappelijke normen en waarden van een groep weerspeigelen. Het is de
zienswijze van de mens, waarbij men zich er niet van bewust is dat hij/zij door maar op een manier naar
dingen kijkt, de werkelijkheid.
-heeft betrekking op ieder aspect van het functioneren van de adviseur
-is verbonden met het identiteitsgevoel en ons gevoel van psychologische gezondheid
-één kijk op de wereld die niet afwijkend is bij opties (denkwijze die niet verandert)
Wat is het Halo-effect & horn-effect
-halo: goede eigenschap koppelen aan iemand, omdat hij een andere kwaliteit al bezit
(goed in wiskunde, dus ook goed in natuurkunde)
-horn: negatieve eigenschap koppelen aan iemand, omdat hij een andere negatieve eigenschap al bezit
- het verschijnsel dat je bepaalde positieve of negatieve eigenschappen bij een persoon generaliseert tot
een algemeen positief of negatief totaalbeeld. (positief = halo en negatief = horn)
-Het is een bekend psychologisch verschijnsel dat we een persoon op grond van een indruk die hij of zij
maakt, bepaalde eigenschappen toedichten. Iemand die we aardig vinden schatten we intelligenter in dan
iemand die we minder aardig vinden. Dit is het halo-effect. Het tegenovergestelde van het halo-effect is
het horn-effect. Door het halo- en horn-effect gaan we denken in stereotypen (het domme blondje, de luie
dikzak, een betrouwbare blanke).
Wat is projectie? = kan sprake zijn wanneer men eigenschappen of emoties van zichzelf tracht te
ontkennen, verbergen of verdringen door deze toe te schrijven aan iets of iemand anders.
Carrièretijger (z.d.). Assertiviteit. Geraadpleegd op 21 november 2017 van
http://www.carrieretijger.nl/functioneren/samenwerken/sociale-vaardigheden/assertiviteit
Assertiviteit: het uiten van je gedachten, gevoelens en meningen op een directe, eerlijke en gepaste
wijze. Je komt op voor je eigen belangen op een manier die bij de situatie past en die zowel
respectvol is naar jezelf als naar de ander.
balans tussen het behartigen van je eigen belangen en het rekening houden met anderen
Subassertief; te veel rekening houden met het belang van andere en eigen belang verwaarlozen
Agressief; als je vooral je eigen belang ziet en de belangen van de ander niet ziet of negeert
,Voorbeeld: je baas vraagt of je morgen
over wilt werken, terwijl je net een andere
afspraak hebt gemaakt en deze wee al 2x
overgewerkt hebt
A) je kiest voor; dat moet dan maar
subassertief gedrag
B) je kiest voor; bekijk het maar agressief
C)je kiest voor; nee helaas morgenavond
gaat niet lukken ik heb al een andere
afspraak staan. Assertief
Situaties die vragen om assertiviteit:
- negatieve feedback; je hebt last van het
gedrag van iemand anders en zegt daar
wat van
-andere mening hebben; uitkomen voor een afwijkende mening, standpunt vertellen met argumenten
-een verzoek weigeren; als er een beroep op je wordt gedaan waaraan je niet wilt voldoen
-je wilt iets van een ander; voorbeelden: salarisverhoging, onderhandelen
Oorzaak subassertief gedrag:
1)schaamte, angst, schuldgevoel
2)wilt niet kwetsend overkomen, durft niet aan te geven als er iets is
Oorzaak agressief gedrag:
1)angsten, onzekerheid en verwachtingen over gedrag van een ander
2)bang dat mensen over je heen lopen, verwacht dat er geen rekening wordt gehouden met jouw eigen
belang en wordt hier onzeker van (ziet niet meer belangen van de ander)
Groeien in assertiviteit
niveau 0 = weinig assertief : eigen grenzen worden lastig aangegeven, communicatie onduidelijk, slecht
omgaan met negatieve feedback geven en positieve ontvangen
niveau 1 = reactieve of basis assertiviteit = geeft als er naar gevraagd wordt je eigen standpunt en grenzen
aan, duidelijkheid in communicatie, opkomen voor eigen mening en grenzen
niveau 2 = proactieve assertiviteit = spontaan met eigen standpunten komen, eigen belangen verdedigen,
kiezen voor directe confrontatie, uit eigen beweging met standpunt komen, flexibiliteit
niveau 3 = assertief kunnen blijven in emotionele en/of kritische situaties = aanvaardt kritiek op je
standpunt, gedrag of acties en reageert er constructief op, bespreekbaar maken van meningsverschillen
uit jezelf, onaanvaardbare voorstellen verwerpen op respectvolle & besliste manier
Van 0 naar 1 door experimenteren met andere manieren van communicatie
Van 1 naar 2 door stel je gelijkwaardig op in een gesprek, geef aan wat je wilt, communiceer met
lichaamstaal, gebruik humor, ergens op terug komen, zelfvertrouwen
van 2 naar 3 door oefenen van het bespreekbaar maken van het conflict, leer feedback te ontvangen en
te geven, omgaan met lastige situaties, tactvolle feedback geven, roos van Leary gebruiken, stress
hanteren, oefen met rationele effectiviteit
Ondersteunende competenties & vaardigheden
- luisteren -inlevingsvermogen
-empathie -conflicten hanteren
-stress hanteren -zelfvertrouwen
Beroepen met assertiviteit
-officemanager -inkoper
-adviseur -personeeladviseur
, Nathans H. (2015). Adviseren als tweede beroep (4e druk). Deventer, Vakmedianet. Paragraaf 2.3
Overtuigingen, vooronderstellingen, paradigma’s. Pagina 44-58 (han scholar)
2.3 Overtuigingen, vooronderstellingen, paradigma’s
Het functioneren van een adviseur wordt gestuurd door dieperliggende overtuigingen. Belangrijk dat
adviseurs zich hier van bewust zijn.
Vooronderstelling Overtuiging Paradigma’s
Kunnen de energie van de adviseur Een van de zaken waarmee wij Kan individueel zijn of de gemeenschappelijke normen
verkeerd richten onze waarneming structureren en waarden van een groep weerspiegelen.
-selectief waarnemen
Zienswijze; men zicht niet bewust van (psychische
gevangenis), het is de enige ‘bril’ die men heeft. Men
kijkt maar op één manier naar de werkelijkheid
Betrekking op ieder aspect van het functioneren van de
adviseur
Verbonden met identiteitsgevoel en ons gevoel van
psychologische gezondheid
Mind sets: gevormd door onze behoeften, wensen, vooronderstellingen en overtuigingen. hoe we de
werkelijkheid zien.
(1) Emotie is het eerste herkenningsignaal voor een mogelijke paradigma, voelt vaak als
verontwaardiging. Criteria voor paradigmaverschil
1. De ander wordt gezien als dom
2. De ander is gek, niet goed bij zijn hoofd, gestoord
3. De ander is slecht, onbetrouwbaar, corrupt
(2) Andere manieren om paradigma’s op het spoor te komen:
1. Bewustwording dat waarneming en paradigma’s niet met elkaar kloppen
2. Identificeren van de fout
3. Relateren aan dingen die eerder fout waren
4. Aanpassen van de paradigma’s
Adviseren als tweede beroep (4e druk).
Vooronderstellingen kunnen de energie van de adviseur verkeerd richten. Zij verhinderen hem
geadviseerde goed wat te nemen en effectief op hen in te spelen.
Een overtuiging is een van de zaken waarmee wij onze waarneming structureren, wij nemen altijd
selectief waar. Wanneer we willen weten hoe laat het is zien we alleen de wijzers, niet de details. Als
we niet selectief zouden waarnemen zouden we overspoeld worden. Wanneer we op basis van een
overtuiging selecteren, kan ons dat echter ook op het verkeerde been zetten.
Mind sets worden gevormd door onze behoeften, wensen, vooronderstellingen en overtuigingen,
kortom alle brillen waarmee wij naar de werkelijkheid kijken.
Werkelijkheidsdefinitie/paradigma: wanneer iemand denkt dat zijn bril de enig mogelijke manier is
om de wereld te bekijken.
Self-fulfilling prophecy: door dit mechanisme is de wereld een spiegel waarin we onszelf kunnen
waarnemen. Uit resultaten van onze inspanningen kunnen onze paradigma’s duidelijk worden.
Wanneer iemand jouw wereldje anders ziet:
- De ander wordt gezien als dom dan wel incompetent. Ik heb talloze interne adviseurs
meegemaakt die van hun topleiding zeiden: ‘onbegrijpelijk dat ze zo iemand op die plaats
hebben kunnen neerzetten!’
- De ander is gek, niet goed bij zijn hoofd, gestoord, want hij denkt niet wel. Zij denken niet
binnen het systeem van de juiste gedachten.
- De ander is slecht, onbetrouwbaar, corrupt. Zijn opvattingen zijn moreel verwerpelijk