Samenvatting ondernemingsrecht:
Week 1: H1 + H12
Hoofdstuk 1: Introductie op het ondernemingsrecht
Het begrip ondernemingsrecht heeft binnen het vermogensrecht geen vaste definitie, het
heeft slecht een economisch begrip. Het verschijnt dan ook in meerdere wetten zoals de wet
op de ondernemingsraden en het Handelsregisterbesluit.
Een onderneming is: Een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid waarmee wordt
deelgenomen aan het economische verkeer met het oogmerk winst te behalen die
redelijkerwijs te verwachten valt.
Rechtspersonen en rechtssubjecten:
Er worden twee soorten onderscheiden: rechtspersonen en niet-rechtspersonen. Dit
onderscheid is van belang vanwege de gevolgen die het zijn van een rechtspersoon heeft.
Volgens art. 2:3 BW hebben zij een vorm van persoonlijkheid namelijk rechtspersoonlijkheid.
Op grond van art. 2:5 BW worden rechtspersonen gelijkgesteld met natuurlijke personen,
voor wat het vermogensrecht betreft.
Een rechtspersoon is een juridische constructie waardoor een abstracte entiteit of
organisatie op kan treden als een volwaardig en handelsbekwaam persoon in het
rechtsverkeer met rechten en plichten zoals een natuurlijk persoon dat kan.
Een rechtssubject is een drager van rechten en plichten. Een natuurlijk persoon en
rechtspersonen zijn als rechtssubject rechtsbevoegd: bevoegd en vrij tot genot van
burgerlijke rechten art. 1:1 BW. Rechtsbevoegdheid ziet op de mogelijkheid om
rechtshandelingen te verrichten, overeenkomsten te sluiten, goederen in ontvangst te
nemen, schulden aan te gaan, vorderingen te innen, onrechtmatige daden te begaan etc.
De eenmanszaak, de vof en de maatschap zijn geen rechtssubjecten, ook dieren zijn geen
rechtssubjecten. Zij hebben dan ook geen rechtsbevoegdheid.
De rechtspersonen zullen altijd door middel van natuurlijke personen dienen te
functioneren. Deze worden bij elke rechtsvorm anders genoemd.
Soorten privaatrechtelijke rechtspersonen:
- Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
- Naamloze vennootschap
- De vereniging
- De stichting
- De onderlinge waarborgmaatschappij
- De coöperatie
,Handelingsonbekwaamheid:
Art. 3:32 lid 1 BW stelt dat ieder natuurlijk persoon in Nederland bekwaam is tot het
verrichten van rechtshandelingen, voor zover de wet niet anders bepaalt. Als iemand niet
bekwaam is worden de rechtshandelingen op grond van lid 2 van dit artikel vernietigd.
Handelingsonbekwaam is dat de persoon niet in staat is of niet geschikt is om
rechtshandelingen te verrichten en dat het niet rechtvaardigt om hen zonder toestemming
rechtshandelingen te laten verrichten. Dit heet ‘in abstracto’.
Er zijn twee gevallen wanneer iemand handelingsonbekwaam is. Het eerste geval is geregeld
in art. 1:381 lid 2 BW, de ondercuratelegestelden. Een rechtspersoon kan niet onder curatele
worden gesteld, de functionaris wel. Als de functionaris onder curatele wordt gesteld, blijft
de rechtspersoon bestaan en functioneren. In de statuten dienen op grond van art.2:44 lid 4
BW te zijn opgenomen wie de BV bestuurt ten tijde van ‘ontstentenis of belet’. Indien bij een
personenvennootschap de bestuurder onder curatele wordt gesteld, kan alleen de curator de
vennootschap leiden. Meestal is bij een personenvennootschap onder curatelestellen het
einde van de vennootschap.
Statuten zijn de onderlinge afspraken en bepalingen die ten grondslag liggen aan
rechtspersonen.
Het tweede geval is geregeld in art. 1:234 BW, de minderjarigen. Minderjarigen kunnen
alleen rechtshandelingen verrichten als zij toestemming hebben van hun
vertegenwoordigers. Deze toestemming wordt door lid 3 veronderstelt te zijn verleend,
indien het gaat om een rechtshandeling die in het maatschappelijk verkeer gebruikelijk is dat
minderjarigen van die leeftijd deze zelfstandig verrichten.
Vertegenwoordiging in het algemeen:
Vertegenwoordiging is het verrichten van rechtshandelingen voor een ander. De
vertegenwoordiger bindt dan de ander, de onderneming, aan de gewenste overeenkomst en
valt er in beginsel zelf tussenuit.
Volmacht:
De bevoegdheid om namens een ander een overeenkomst te sluiten. Het is een eenzijdige
rechtshandeling waarbij de wil of instemming van een ander niet is vereist. De
gevolmachtigde is ook niet verplicht de volmacht uit te oefenen.
Middellijke vertegenwoordiging:
Tussenpersoon verricht op eigennaam de rechtshandeling.
Onmiddellijke vertegenwoordiging:
Rechtshandeling wordt op naam van de principaal verricht.
,Rechtspersonen:
Besloten vennootschappen, naamloze vennootschappen, stichting, vereniging, OWM,
coöperatie.
Personenvennootschappen:
Maatschap, vof en commanditaire vennootschap.
Eenmanszaak:
Niet wettelijk geregeld.
Europese rechtsvormen:
Naast de Nederlandse rechtsvormen komen in Nederland ook drie Europese rechtsvormen
voor. Dit zijn supranationale rechtsvormen, omdat zij als het ware boven de Nederlandse
staat staan.
Europees economisch samenwerkingsverband:
Een EESV wordt opgericht door minstens twee natuurlijke of rechtspersonen uit tenminste
twee verschillende lidstaten door middel van een overeenkomst en zonder kapitaalinbreng
Kamer van Koophandel – Handelsregister:
Alle ondernemingen moeten zich inschrijven bij de KvK. Hierin is te vinden wie de
functionaris is van de betreffende onderneming, wie bevoegd is de onderneming te
vertegenwoordigen en of er wellicht sprake is faillissement. Een enig aandeelhouder dient
ook te worden ingeschreven bij de KvK.
Het doel van het handelsregister is voornamelijk de rechtszekerheid te verschaffen tijdens
het zakendoen. Wanneer alle informatie in een online register te vinden is, kan er makkelijk
worden gehandeld. Ook kan de overheid gemakkelijk bijhouden welke ondernemingen
bestaan en belastingplichtig zijn.
Iedere onderneming is verplicht zich in te schrijven bij de KvK op grond van art. 5 en 6 van de
Handelsregisterwet. In art. 9 t/m 14 Hrw staan de eisen beschreven. Inschrijving bij de KvK is
sinds 2013 gratis.
Gevolgen niet inschrijven KvK:
Inschrijven is geen oprichtingsvereiste. Wat de gevolgen zijn van niet-inschrijving is per
rechtsvorm anders. Bij een rechtspersoon zijn alle bestuurders hoofdelijk aansprakelijk. Bij
een vof en een commanditaire vennootschap geldt dat zij zonder inschrijving worden
aangemerkt als algemeen voor alle zaken, als aangegaan voor onbepaalde tijd en als geen
der vennoten uitsluitend van het recht om voor de vennootschap te tekenen, zo stelt art. 29
WvK. De vennootschap kan dus aan alle rechtshandelingen worden verbonden, want niets
valt buiten hun doel nu hun doel “algemeen voor alle zaken is.
, Art. 17 lid 2 WvK zou er bij inschrijving bepalen dat de vennootschap nooit gebonden kan zijn
aan handelingen die niet dienstig zijn tot hun doel, maar zonder inschrijving valt alles
hieronder.
Voor de overige rechtsvormen (de maatschap en de eenmanszaak) geldt enkel wat voor de
andere rechtsvormen als bijkomende sanctie geldt: niet-inschrijving is een economisch delict
op grond van artikel 47 Hrw jo artikel 1 sub 4 WED en kan worden gestraft conform artikel 6
lid 1 sub 4 WED.
Werking niet-inschrijving tegenover derden:
Conform artikel 25 lid 1 Hrw kan op een feit dat door middel van inschrijving bekend moet
worden gemaakt, geen beroep worden gedaan tegenover derden die daaraan onkundig
waren. Oftewel: buitstaanders die niet op hoogte waren van een feit dat ingeschreven moest
worden, maar dat niet is ingeschreven, worden beschermd. Deze feiten hebben geen
derdenwerking. De derden kunnen dan gewoon vertrouwen op wat in het register staat. Art.
25 lid 3 Hrw bepaalt dat de derde ook wordt beschermd als er foutieve informatie is
opgenomen in het handelsregister.
Arrest Cafe ’t Brouwertje:
In dit arrest was de vraag gerezen of deze bescherming geldt voor alle derden die het feit ten
tijde van het sluiten van de overeenkomst simpelweg uit zichzelf of door omstandigheden
niet wisten, of alleen derden die dit niet wisten omdat ze het handelsregister hadden
geraadpleegd en daardoor van foutieve informatie waren uitgegaan. De HR stelde dat het
‘onkundig zijn’ van juiste informatie, oftewel het hebben van een onjuiste voorstelling van
zaken, niet slechts te hoeft zijn ontstaan door het raadplegen van het handelsregister waarin
de foutieve informatie staat. Iedere derde met een onjuiste voorstelling van zaken wordt
beschermd, ongeacht waarom hij deze onjuiste voorstelling van zaken heeft. Er kan namelijk
niet worden verlangd dat bij iedere handeling altijd eerst het handelsregister wordt
geraadpleegd.
Artikel 25 Hrw is tevens van groot belang bij de vraag wie er gebonden is aan de
overeenkomst, indien de persoon die namens een onderneming een overeenkomst wilde
sluiten daartoe niet bevoegd was. Afhankelijk van de soort bevoegdheid beperkende
afspraak die de persoon heeft verzuimd en afhankelijk van of dit juist is opgenomen in het
handelsregister, kan de afspraak wel of geen gevolgen hebben voor een derde.
Sommige bevoegdheidsbeperkingen hebben slechts interne werking, ook als ze zijn
ingeschreven in het handelsregister.
Wijze en kosten van inzage in het handelsregister:
Het handelsregister is bedoeld om rechtszekerheid te hebben tijdens het handelen met
bedrijven en wordt aangemerkt als openbaar, maar de informatie uit het handelsregister is
niet geheel gratis. Als je bij de KvK een onderneming zoekt krijg je eerst het adres en KvK-
nummer. Vervolgens staan er acht soorten informatie, zoals het bedrijfsprofiel, historie,
documenten, jaarrekeningen, concernrelaties en het uittreksel betreffende functionarissen
activiteiten, personeel, rechtsvorm en adresgegevens. De inzagekosten zijn 2,50. Hiervoor
dient eerst een gratis toegangscode te worden aangevraagd.