100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Verdieping Taalkunde (Minor Gebarentaal) €4,24
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Verdieping Taalkunde (Minor Gebarentaal)

1 beoordeling
 466 keer bekeken  5 keer verkocht

Samenvatting Taalkunde, onderdeel van het vak Verdieping van de minor Taal en Cultuur Nederlandse Gebarentaal. De samenvatting bevat de stof van de hoorcolleges aangevuld met eigen aantekeningen, én alle oefenvragen van de Socrative quizzen met het juiste antwoord. Ook is er een samenvatting van h...

[Meer zien]

Voorbeeld 4 van de 38  pagina's

  • 27 januari 2018
  • 38
  • 2017/2018
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (6)

1  beoordeling

review-writer-avatar

Door: mireillekonings • 6 jaar geleden

avatar-seller
groenewoud
Verdieping: Taalkunde
Minor Taal en Cultuur Nederlandse Gebarentaal 2017-2018
Deze samenvatting bevat de stof van de hoorcolleges aangevuld met eigen aantekeningen. Ook is er
een samenvatting van het documentje ‘theorie over localisatie’ en H2 en H3 uit ‘Inleiding
gebarentaalwetenschap’. Daarnaast zijn de oefenvragen van de Socrative quizzen opgenomen met de
goede antwoorden.

Bijeenkomst 1 – Gebarentalen als natuurlijke taal
Kenmerken gesproken taal
­ Menselijk communicatiemiddel, interactie
­ Natuurlijk ontstaan
­ Over alles communiceren ook los van hier en nu
­ Generatief  van generatie op generatie overgegeven
Dat heeft gevolg voor de leerbaarheid van de taal.
­ Conventioneel
Onderlinge afspraken, die nergens genoteerd staan, maar iedereen weet wat het
betekent.
­ Arbitrair  geen vormovereenkomst tussen betekenis en het voorwerp bij gesproken
taal
Dit is anders bij gebarentaal!
­ Opgebouwd uit bouwstenen
- spraakklanken (betekenisloos) (fonemen)
- morfemen
- woorden/gebaren

Er zijn regels voor het maken van woorden.
Voorbeeld: “tlaak” en “blim”. “tlaak” kan geen Nederlands woord zijn en “blim” wel.
tl kan niet gecombineerd aan het begin van een woord
- Eigen lexicon = woordenschat
- Eigen Grammatica (fonologie, morfologie, syntaxis)
- Wordt als moedertaal verworven en doorgegeven
- Voortdurende ontwikkeling en verandering
Voorbeeld: woorden die vervormen zodat het makkelijk te gebruiken is. Zo begon het
als “Ik stuur je een WhatsApp-bericht”, toen “Ik stuur je een WhatsApp” en nu is het
“Ik stuur je een app(je)” met het werkwoord “appen”.

Conventioneel en arbitrair
 Conventioneel: er zijn stilzwijgende afspraken gegroeid over de betekenis van woorden
 Arbitrair: er is geen relatie tussen de vorm van een woord en de betekenis
(de vorm is willekeurig)
Modaliteit: manier, wijze waarop

 Uitzondering:

, onomatopeeën: wel een relatie tussen vorm en betekenis.
De meest bekende vormen van onomatopeeën zijn de geluiden die een voorwerp of dier
maakt.
Bijvoorbeeld: koekoek (uil), sissen (slang), broemmmm (auto)  vorm verwijst naar
betekenis

Leerdoel: De student kent de definitie voor ‘taal’ en kan beargumenteren waarom
gebarentalen echte talen zijn.

Kenmerken gebarentaal
­ Ook een menselijk communicatiemiddel, gebruikt in interactie
­ Ook natuurlijk ontstaan, in gemeenschappen van doven, vanuit de behoefte om te
communiceren
- in steden
- rond dovenscholen
­ Ook over alles communiceren
- wel soms nog een beperkt lexicon, om historische redenen
- o.a. de onderdrukking van gebarentaal en de beperkte deelname aan de
maatschappij
Gebarentaal werd veel onderdrukt en mocht lange tijd helemaal niet gebruikt
worden. Later wel, maar als men zich niet in een taalkundig veld begeeft als doof
zijnde, waarom zouden daar dan gebaren voor moeten zijn? Dit wil echter niks
zeggen over de natuurlijkheid van taal.
­ Ook los van hier en nu
­ Ook opgebouwd uit bouwstenen
- bouwstenen van gebaren (betekenisloos) (fonemen)
- morfemen
- gebaren
­ Ook conventioneel
­ Ook generatief
Dat betekent dat er bepaalde regels zijn aan de hand waarvan je zinnen kan maken.
Daarbij kan je aan de lopende band zinnen maken als een flexibel geheel, je hebt
namelijk een set taalregels op basis waarvan je continu verschillende type zinnen
kunt maken.
­ Ook een lexicon = gebarenschat
­ Ook een grammatica (fonologie, morfologie, syntaxis)
­ Wordt ook als moedertaal verworven en doorgegeven
­ Ook voortdurende ontwikkeling en verandering
­ Ook arbitrair, én iconisch!

Lexicon van gebarentalen / soorten gebaren
We onderscheiden gebaren in twee soorten, “arbitraire gebaren” en “iconische gebaren”.

Arbitraire gebaren:
• Er is geen relatie tussen de vorm van een gebaar en de betekenis.
Woorden als: OOK, GROEN, WONEN, VERRADEN

, Hoe het gebaar gemaakt wordt en wat het woord is hebben niks met elkaar te
maken / kun je niet afleiden.
Iconische gebaren:
• Er is wel een relatie tussen de vorm van een gebaar en de betekenis
Woorden als: ETEN, DRINKEN, POES, MELK, DROMEN
Zo lijkt het gebaar voor ‘eten’ en ‘drinken’ op de beweging ervan, maakt het gebaar
‘poes’ de snorharen van de poes, lijkt het gebaar ‘melk’ op het melken van een koe,
en maak je het gebaar ‘dromen’ bij je hoofd.

30% van het lexicon bestaat vermoedelijk uit iconische gebaren.

 Iconische gebaren (30% van gebarentaal)  vorm en betekenis komen overeen
 Arbitraire gebaren  vorm en betekenis hebben geen overeenkomst
• Dus: je kunt niet zondermeer zeggen dat het lexicon van gebarentalen net als dat van
gesproken talen ‘arbitrair’ is, omdat er ook zo’n 30% iconische gebaren zijn.
­ Dat betekent zeker niet dat gebarentalen ‘dus’ geen echte talen zijn.

Leerdoel: De student kent het begrip ‘modaliteit’, en begrijpt de taalkundige vraagstelling
naar de mogelijke invloed van modaliteit op taalstructuur.

Modaliteit
Het kanaal (hoe geproduceerd en waargenomen) waarin een taal gebruikt wordt.

Productie Perceptie
Gesproken talen: oraal auditief
Gebarentalen: manueel visueel
Ook wel: de verschijningsvorm van een taal

 manueel = met je handen (‘manus’ = hand in het Latijn)

Modaliteitsvraag:
1. Leidt het verschil in modaliteit tussen gebarentalen en gesproken talen tot verschillen
in taalstructuur?
2. Wat zegt ons dat over het algemeen menselijk taalvermogen en over universele
kenmerken van taal?
• Taal is universeel, maar dat gaat bij gebarentaal niet op.
• Gebarentaal wordt links in hersenen bij het gewone taalgebied opgeslagen, dus niet
op een andere plek dan gesproken taal.

Mogelijke verschillen als gevolg van modaliteit
­ Iconiciteit van gebarentalen
… maar heeft dit vergaande gevolgen voor de structuur van de taal?
Antwoord: dit blijkt niet zo te zijn, gevolgen vinden we vooral op woordniveau, weinig
invloed op zinsniveau.
­ Simultaneïteit
- In gebarentalen vaak meer dingen gelijktijdig.

, uitdrukken (bijvoorbeeld vragend, ontkennend terwijl je ook de rest van de zin
gebaart)
- Een gebaar kost gemiddeld meer tijd.
- Maar door simultaneïteit is het tempo van informatie-overdracht toch hetzelfde als
in gesproken talen.

Simultaneïteit is mogelijk een gevolg van modaliteit. Het maakt dat we gelijktijdig een zin
kunnen maken (bijvoorbeeld je hoofd schudden als ontkennende zin).

Leerdoel: De student kan de begrippen sequentialiteit en simultaneïteit toepassen op de
fonologie van gesproken talen en gebarentalen.

Simultaneïteit
Voorbeelden in gebarentalen: veel
­ nee schudden (grammaticaal ontkenning)
ja knikken (grammaticaal bevestiging)
vragende mimiek (vragen)
­ bijvoorbeeld twee handen verschillend gebruiken
Voorbeelden in gesproken talen: weinig
­ intonatie?
­ klemtoon
­ toontalen
Sequentieel = achter elkaar  gesproken taal wordt achter elkaar geproduceerd, je
mondmotoriek kan geen twee klanken tegelijk maken
Simultaan = tegelijkertijd  gebarentaal kan wel tegelijk worden gemaakt (mondbeeld,
gebaar, bevestiging of ontkenning)

Gebarensysteem
= NMG  combinatie van twee talen (kan niet gekenmerkt worden als een natuurlijke taal)
• Weergave van een gesproken taal door middel van gebaren
• Nederlands (bv) spreken en tegelijkertijd ondersteunen met gebaren

Gebruik gebarensysteem
­ Vooral gebruikt in het contact tussen doven en horenden
­ En in het onderwijs aan dove kinderen
Doelstellingen gebarensysteem in het onderwijs:
­ Verbetering van de communicatie (na oraal)
­ Betere verwerving van de gesproken taal (lezen, schrijven)

Gebarensysteem in het onderwijs:
­ communicatie wel verbeterd.
­ verwerving van gesproken taal (lezen, schrijven) niet.
In Nederland was het onderwijs aan dove kinderen tweetalig en dat lijkt terug te gaan
naar NmG gebruik (mogelijk als gevolg van C.I.).

Het verschil tussen gebarentaal en gebarensystemen is belangrijk voor het tentamen:

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper groenewoud. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,24. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 56326 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€4,24  5x  verkocht
  • (1)
In winkelwagen
Toegevoegd