Bestuursprocesrecht colleges
College 1. Awb: structuur & systematiek, procesrecht
Besluit
Een besluit is een centrale notie in de Awb. De Awb is om het besluit begrip heen gebouwd. Het
besluit is ook de toegangspoort naar de bestuursrechter.
Verruimd: soms geen besluit, maar dan wel toegang tot de bestuursrechter.
Verengd: soms wel een besluit, maar geen toegang tot de bestuursrechter.
Stel het is geen besluit: betekent dat dan dat je je niets hoeft aantrekken als bestuur van regels en
beginselen uit de Awb en andere bestuursrechtelijke normen en beginselen?
Nee, de hoofdregel is dat het bestuursorgaan, ook al is er geen sprake van een besluit, bijv. een
privaatrechtelijke rechtshandeling zoals een overeenkomst toch ook de beginselen van behoorlijk
bestuur in acht moet nemen. Die beginselen staan in de Awb.
Maar waarom zijn dan die beginselen dan van toepassing, want de Awb gaat vooral over besluiten en
nú hebben we het niet over een besluit? En toch zouden die beginselen van toepassing moeten zijn,
hoe kan dit? Er staat een schakelbepaling in de Awb, art. 3:1 lid 2 Awb; ‘Op andere handelingen van
bestuursorganen dan besluiten zijn de afdelingen 3.2 t/m 3.4 van overeenkomstige toepassing, voor
zover de aard van de handeling zich daartegen niet verzet’.
Wat dan t.a.v. de nog niet gecodificeerde beginselen?
Dan hebben we rechtspraak. In het Amsterdam/IKON-arrest was de overweging dat de overheid/het
bestuur ook bij privaatrechtelijke rechtshandelingen de beginselen van behoorlijk bestuur in acht
moet nemen.
Als je nou geen besluit hebt, dan heb je dus geen rechtsbescherming bij de bestuursrechter. Kan je
dan niks doen tegen zo’n niet besluit van de overheid?
Jawel, dan kan je wel naar de civiele rechter.
Belanghebbende
Art. 1:2 Awb
F-OPERA criteria
Feitelijk, objectief bepaalbaar, persoonlijk, eigen. rechtstreeks en actueel.
We gaan het nu vooral over het rechtstreekse belang hebben.
Vroeger kon vaak een ieder tegen een besluit opkomen bij een bestuursrechter: actio popularis. Dat is
niet meer zo, je moet een speciale status hebben van belanghebbende, dan pas kan je procederen bij
de bestuursrechter.
Je moet wél rechtstreeks belanghebbende zijn. Ben je dat niet dan wordt je niet ontvankelijk
verklaart. Als je een afgeleid belang hebt dan ben je niet ontvankelijk bij de bestuursrechter.
,Hema-arrest
De HEMA is de huurder van een pand. College van B&W nam een besluit dat nadelig was voor de
HEMA, namelijk de laad en los regeling werd beperkt. Eerst mochten vrachtauto’s s ’morgens
tussen 5 en 10 door de stad rijden om o.a. de HEMA te bevoorraden. Het besluit van B&W besloot
dat het alleen maar mocht tussen 5 en 6 ‘s morgens. Dit was dus nadelig voor de HEMA die
huurder is van het pand. De HEMA heeft een overeenkomst met de verhuurder. De verhuurder is
de eigenaar van het pand.
Vroeger was het zo dat de HEMA belanghebbende is; HEMA kon het besluit dus aanvechten. De
eigenaar was geen belanghebbende omdat hij slechts een contractuele relatie had (huurder-
verhuurder). Hij is dus niet bevoegd om het besluit aan te vechten. De eigenaar was geen
rechtstreeks belanghebbende.
Dat werd zo raar gevonden dat er nu een andere regeling is:
Ook al is er een overeenkomst (HEMA-eigenaar) daarnaast is er toch een rechtstreeks belang
wanneer de eigenaar wordt geraakt in zijn fundamentele rechten, zoals zijn eigendomsrecht (het
pand). De slechte laad en los regeling houdt in dat het pand slechter kan worden verhuurd in de
toekomst. Zijn pand zal dus minder waard worden door het besluit. Daarom zal hij tóch
rechtstreeks belanghebbende zijn. Er is dus een uitbreiding van het belanghebbende begrip.
Parallel belang het belang van de huurder en de eigenaar zijn hetzelfde.
Bij tegengestelde belangen zou de eigenaar (verhuurder) sowieso ook belanghebbende zijn.
De spanning speelt dus slechts wanneer er parallelle belangen zijn.
Dus ondanks het feit dat het parallelle belangen betrof (ze wilde beide het besluit van tafel hebben),
ondanks dezelfde belangen was de eigenaar tóch belanghebbende, aangezien hij aangetast werd in
een fundamenteel recht.
Soorten bepalingen in de Awb
Dwingend Bepalingen gelden voor het hele bestuursrecht, voor alle sub gebieden. Je kunt er
niet van afwijken.
Regelend ‘Dit en dit is de regeling tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald’, zie bijv. art.
4:1 awb.
Aanvullend Vangnetbepaling genoemd. Wat heeft het wettelijk voorschrift erover bepaalt? Staat
er daar niks over? Dan kijk je naar de vangnetbepaling. Kijk bijv. naar art. 4:13 Awb:
‘een beschikking dient te worden gegeven binnen de bij wettelijk voorschrift
(vreemdelingen wet bijv) bepaalde termijn, of bij het ontbreken van zulk een
termijn, binnen een redelijk termijn’.
Facultatief Uniforme Openbare Voorbereidingsprocedure afdeling 3.4
Wettelijk voorschrift definitie: wet in materiële zin (en vaak ook formele zin). Dus ook een lagere
regelgever is dan aangesproken.
Hoofdstukken 6, 7 en 8 bevatten vooral dwingend recht. Mag je daar dan nooit van afwijken? Dat kan
met 2 voorwaarden:
1) het moet dan afwijken in een wet in formele zin;
2) het moet uitdrukkelijk worden aangegeven in de MvT en in de wettelijke bepaling zelf.
De Awb is een wet in formele zin en is niet hoger dan andere wetten in formele zin; daarom
kan dit.
Voorbeeld: art. 69, lid 3, Vreemdelingenwet 2000
, Fase vóór besluit
Voorbereiding besluit (bip)
1) aanvraag
- Art. 3:2 (zorgvuldigheidsbeginsel) versus 4:2 (aanvraag beschikking) Awb: een soort spanning;
burger die iets moet doen 4:2 en anderzijds plichten voor het bestuursorgaan 3:2.
- Art. 4:5 Awb: herstelkans (wanneer de voorwaarden van 4:2 niet voldaan zijn, de burger krijgt
dan een kans om alsnog de vereisten te voldoen).
- Als iemand het beroepsschrift niet volledig heeft dan krijg je van de rechter de kans om dit te
herstellen; art. 6:5 Awb (formele vereisten bezwaar- of beroepschrift). Dus weer art. 4:5 Awb.
Stel er komt een besluit en je bent het ermee oneens: geschil oftewel de ‘contentieuze’ fase. Je wilt
dat besluit aanvechten. Onder welke condities kan dat?
Hoofdregel: niet direct beroep bij de rechter. Je moet eerst een bezwaarschriftprocedure doorlopen.
Soms kan je i.p.v. bezwaar ook in administratief beroep gaan.
Bestuurlijke voorprocedure:
1) Bezwaar, art. 7:1 Awb,
2) Administratief beroep,
3) ‘UOV’, afdeling 3.4 Awb.
Bestuursrechtelijke rechtsbescherming /procedures
Bezwaar: een bezwaarschrift sturen naar hetzelfde bestuursorgaan die het besluit heeft genomen
Administratief beroep: een bezwaarschrift sturen naar een ander bestuursorgaan dan die wat het
besluit genomen heeft. Dit vind je niet in de Awb maar in de bijzondere wetten!
UOV: als door de wetgever (en soms door het bestuursorgaan) afdeling 3.4 van de Awb, de uniforme
openbare voorbereidingsprocedure, van toepassing is verklaard. En je bent het oneens met het
besluit dat daaruit voortvloeit dan ga je tegen dat besluit geen bezwaar of administratief beroep
indienen maar dan ga je meteen naar de bestuursrechter. Waarom? De UOV heeft langere termijnen
om je zegje te doen. Dit is eigenlijk ook al een soort heroverweging. De wetgever vindt het een beetje
dubbelop om als dat is gedaan dan ook nog een keer bezwaar bij het bestuursorgaan in te dienen.
Het besluit is dus al zo goed bekeken en herbekeken dat je niet ook nog een keer bezwaar daarop
hoeft los te laten.
Aanvraag:
1) primair besluit (bip)
2) besluit op bezwaar (bob)
3) uitspraak bestuursrechter.
Bezwaar: bij de duivel te biecht? Het bestuursorgaan neemt het besluit, je vindt het niet deugen, dan
ga je naar hetzelfde bestuursorgaan. Hij is dan toch niet onpartijdig!? Wat hebben we daar nou aan?
1. Rechtsbescherming;
2. Heroverweging;
3. Foutenherstel;
4. Leereffect;
5. Zeef;
6. Dossiervorming.
Bezwaar: ex nunc; er wordt niet teruggekeken, er wordt naar het heden gekeken feiten en