Humane levenscyclus II – college aantekeningen
Hoorcollege A: intro
3 onderdelen: opgroeien in (on)gezondheid, ouder worden, ouderdomsziekten.
Tentamen telt 70% mee, min 5,5
Schrijfopdracht telt 30% mee, min 5,5
Werkgroepen:
Kritisch lezen; dinsdag
Verdiepend; vrijdag
Schrijfopdracht; donderdag
Je mag er 1 missen
Tentamenstof: interpreteren van teksten, tabellen en figuren. Kennis over statistiek.
Opbouw introductie wetenschappelijk artikel:
- Titel
- Duidelijke achtergrond van het probleem
- Maatschappelijke relevantie
- Resultaten uit voorgaand onderzoek; wat is er al bekend?
- Research gap: wat is het vernieuwende van jouw onderzoek?
- Onderzoeksvraag; wat ga je onderzoeken?
- Korte beschrijving van de onderzoeksopzet van min 100 woorden, dit kan mbv PICO.
- (Hypothese; wat verwacht je als resultaat)
Schrijfopdracht; 500-700 woorden (excl referentielijst en titel; incl tussenkopjes en
referentienummers). Gebruik van tussenkopjes sterk aanbevolen. Nederlands/engels mag allebei.
Minimaal 5 recente (van niet voor 2000) wetenschappelijke artikelen (RIVM en CBS horen hier niet
bij). Review artikel verwijs naar het originele artikel/onderzoek. Vancouver referentiestijl.
Keuze uit 4 onderwerpen; je moet inschrijven. GEZONDHEID VAN KINDEREN WERELDWIJD ( obesitas
en gevolgen (heeft obesitas bij kinderen invloed op de sociale ontwikkeling) (heeft obesitas bij
kinderen invloed op de lengtegroei (tekort aan bepaalde voedingstoffen)) (de invloed van
Amerikaanse ‘School-lunches’ op het ontstaan van obesitas bij kinderen) ), PUBERTEIT EN
ADOLESCENTIE, MECHANISMEN VAN VEROUDERING, HART- EN VAATZIEKTEN.
Na inschrijven:
- Maak de elearning
- Bedenk over welk probleem je binnen jouw ow wil schrijven
- Duik de literatuur in, bedenk: wat is er al bekend, en wat nog niet?
- Stel een onderzoeksvraag op
- Stel een onderzoeksopzet op
Deadline: maandag 29 jan voor 09:00u via canvas.
Pagina 1 van 58
,Humane levenscyclus II – college aantekeningen
Hoorcollege A; Groei en ontwikkeling van een gezond kind
Lichamelijke groei
Meten van lengte, gewicht, hoofdomtrek.
Lengte zegt niets over de lichaamssamenstelling. Gewicht zegt niets over de vorm. Hoofdomtrek zegt
niets over de inhoud. Altijd deze 3 dingen meten.
Vastgesteld of een kind voldoet aan de normen d.m.v. groeidiagrammen. X-as; leeftijd (in maanden),
Y-as; lengte (in cm). Specifiek voor jongens of meisjes. Lijnen zijn standaarddeviatie lijnen. De 0-lijn
geeft de gemiddelde lengte weer. Positieve standaard deviatie score zit boven de 0-lijn, negatieve
score eronder.
Factoren die lengtegroei bepalen; voeding, genen, hormonen, externe factoren (psychosociale
factoren).
Groeidiagrammen worden regelmatig vernieuwd, zo kan je ook de groei van kinderen over de tijd
vergelijken.
Nederlanders zijn de afgelopen 150 jaar 20 centimeter gegroeid; seculaire groeiverschuiving. Wat
zijn de factoren hiervan (factoren voor lengtegroei)?
- Betere/andere voeding
- Betere industrie
- Minder (infectie) ziektes (bv polio)
o O.a. door betere hygiëne
- Betere leefomstandigheden
- Betere (jeugd)zorg.
- Hormonen
- Genetische factoren
- Psychosociale factoren
Mogelijke factoren stagnatie lengtegroei (Nederlanders worden na 150 jaar niet meer langer):
- Integratie
- Biologisch zitten we op onze max (ongunstig; bv meer risico op kanker)
- Stabilisatie (tijdelijk?) van omgevingsfactoren die zorgden van lengtetoename (ze zijn al
optimaal)
- Ongezond eetgedrag
De groeisnelheid van het eerste levensjaar is hoog; lengtegroei en gewichtsgroei. Na 1 jaar is de
hoofdomtrek x 1,3, de lengte x 1,5, en het gewicht x 3 i.v.m. de geboorte. Grootste energiebehoefte
is vooral in de eerste 3 maanden. Gedurende de kindertijd neemt die energiebehoefte af (tijdens
puberteit iets toe). Eerste 6 maanden eet het kind alleen melk (borst of kunst), vanaf 6 maanden
heeft het kind ook vast voedsel nodig. Vanaf ong 9-12 maanden eet het kind met de pot mee.
Pagina 2 van 58
,Humane levenscyclus II – college aantekeningen
Tijdens groei kind veranderd de
verhouding hoofd : lichaam, het
hoofd wordt kleiner en de
ledematen langer. Ook het gebit
ontwikkeld. Rond 2-2,5 jaar heeft
een kind een volledig melkgebit. Rond 6 jaar wordt deze vervangen voor een volwassen gebit.
Andere maat voor groei is botrijping.
Motorische ontwikkeling
Ontwikkeling van het bewegen. Iedere fase heeft eigen
bewegingspatroon (aangepast aan soort taken waarvoor het kind in
die periode van ontwikkeling is gesteld). Verloopt niet geleidelijk; is
een discontinu verlopend proces.
Veel verschil tussen kinderen onderling wanneer ze een bepaald
patroon bereiken. En variatie in de weg waarlangs een bepaald
eindstadium wordt bereikt.
In de volgorde van ontwikkeling is minder variatie; verloopt van
proximaal (dichtbij de romp) naar distaal, van craniaal (kruin) naar
caudaal (teen), en van grof naar fijn.
Cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling
Cognitieve ontwikkeling
Proces van het leren (onthouden, toepassen en verwerken van kennis). Basis in de
zuigelingenperiode. Nieuwe ervaringen worden binnen een kenniskader geplaatst: Kind leert dus
m.b.v. nieuwe ervaringen.
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Ontwikkeling van een eigen persoonlijkheid binnen een sociale context.
Sociale ontwikkeling: het krijgen van begrip voor andere mensen en het ontwikkelen van positief
gedrag en vaardigheden t.o.v. anderen.
Pagina 3 van 58
, Humane levenscyclus II – college aantekeningen
Emotionele ontwikkeling: het leren om de gevoelens van zichzelf en anderen te (her)kennen en om
daar goed mee om te gaan.
Verloop:
- Eerste levensjaar:
o Vlak na de geboorte op zichzelf gericht (passief in contact) maar gaat al snel
interactie aan
- Peuter(puberteit) (1-4 jaar):
o Ontwikkeling van het ‘ik’
o Wilsontwikkeling
o Gevoel van onmacht en frustratie
- Kleuter (4 jaar):
o Evenwicht tussen doorzetten eigen wil en aanpassen aan sociale wensen
Taalontwikkeling
Het verwerven van kennis d.m.v. taalgebruik.
Er zijn verschillende fasen te onderscheiden:
1. Prelinguale fase
a. In het eerste levensjaar
b. Huilen, vocaliseren, vocaal spel, brabbelen
2. Vroeglinguale fase
a. Ongeveer 12 – 18 maanden
b. Productie van eerste woorden
3. Differentiatiefase
a. Ongeveer 18 maanden – 5 jaar
b. Productie van tweewoordzinnen (ongeveer 18 – 24 maanden) en geleidelijk langere
zinnen
4. Voltooiingsfase
a. 5 jaar en ouder
b. Uitwerking van gelegde basis naar volwassen taalgebruik
Het is bewezen dat tweetaligheid goed is voor het brein. Tweetalige kleuters scoren beter in leer- en
geheugentestjes. Tweetalige bejaarden worden gemiddeld 4 jaar later dement.
Er is een nauwe samenhang tussen verschillende typen ontwikkeling. Bijvoorbeeld:
- Taalontwikkeling stimuleert de cognitieve-ontwikkeling en sociaal-emotionele ontwikkeling.
- Motorische ontwikkeling stimuleert de cognitieve-ontwikkeling, sociale-ontwikkeling en
taalontwikkeling
Hoorcollege B: Gezondheid van kinderen wereldwijd
Kinder-/zuigelingensterfte en oorzaken
Zuigelingensterfte in NL erg gedaald, wereldwijd ook. Zuigelingensterfte =
sterfte in het eerste levensjaar. Neonatale sterfte = sterfte in de eerste 28
dagen van het leven.
Kindersterfte is vooral in sub-Sahara Afrika en zuidoost Azië.
Pagina 4 van 58